Plan: | Fietspad Roekebosch |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1708.BGBFietsproekBP-VA01 |
Omgevingsvisie en -verordening Overijssel
Het provinciale beleid voor de provincie Overijssel is verwoord in de Omgevingsvisie die op 1 juli 2009 is vastgesteld. In de Omgevingsvisie is de provinciale visie op de fysieke leefomgeving in de provincie uiteengezet waarbij vooruit is gekeken tot het jaar 2030. De Omgevingsvisie heeft een meerledige status, waaronder die van Provinciaal Verkeer- en Vervoerplan onder de Planwet Verkeer en Vervoer.
Voor fietsverkeer zijn de ambities en hoofdlijnen van het beleid genoemd. Vergroten van kwaliteit en aandeel fietsverkeer is als ambitie benoemd. Een hoofdlijn van deze ambitie is het ontwikkelen van een samenhangend routenetwerk met een goede aansluiting van utilitaire en recreatieve fietspaden op hoofdfietsroutes, (regionale) stations en knooppunten van en naar stedelijke netwerken en streekcentra. Hiervoor wordt een samenhangend fietsroutenetwerk ontwikkeld. Om dit te bereiken wordt geïnvesteerd in de hoofdfietsroutes in en naar stedelijke centra in fietssnelwegen en hoogwaardige fietsroutes. Daarnaast worden stallingvoorzieningen en omfietsconcepten uitgebreid. Voor het fietsverkeer in het buitengebied gaat het om een goede kwaliteit van utilitaire en recreatieve fietspaden. Het provinciale beleid is er dan ook mede op gericht om in verblijfsgebieden een fijnmazig netwerk met utilitaire en recreatieve fietspaden te ontwikkelen.
Figuur 2.1 Uitsnede omgevingsvisiekaart (Bron: provincie Overijssel)
Ontwikkelingsperspectieven
Op de omgevingsvisiekaart heeft het plangebied de ontwikkelingsperspectieven 'aaneengesloten structuur van natuurgebieden', 'schoonheid van de moderne landbouw' en 'buitendijksgebied, beekdal of veenweidegebied'.
Gebieden met de aanduiding 'Aaneengesloten structuur van natuurgebieden' zijn gebieden met als hoofdaccent de ontwikkeling van natuur en versterking van het watersysteem. Dit omvat de EHS inclusief de Natura-2000 gebieden, alsmede ecologische verbindingszones.
Gebieden met de aanduiding 'Schoonheid van de moderne landbouw' zijn gebieden voor landbouw die bijdragen aan de kwaliteit van grote open cultuurlandschappen. Om de toegankelijkheid van het buitengebied, waar deze ontwikkelingsperspectieven onder vallen, te garanderen wordt geïnvesteerd in fietspaden.
Gebieden met de aanduiding 'Buitendijksgebied, beekdal of veenweidegebied' betreft gebieden met veenpakket in de ondergrond en/of laaggelegen gebieden langs waterlopen waarbij ontwatering niet dieper dan nodig is voor gebruik als grasland. In dit perspectief worden de ontwikkelingsmogelijkheden van landbouw maar ook van andere sectoren zoals recreatie nog nadrukkelijker verbonden met behoud en versterking van cultuurhistorische natuurlijke en landschappelijke elementen.
Catalogus Gebiedskenmerken (onderdeel van de Omgevingsvisie)
Ruimtelijke kwaliteit is een van de centrale begrippen in de Omgevingsvisie van provincie Overijssel. Burgers, recreanten en toeristen genieten van deze ruimtelijke kwaliteit, die voor een groot deel gedragen wordt door het landschap. Een groot deel van Overijssel is agrarisch cultuurlandschap met per gebied een karakteristieke sfeer.
Kenmerkend voor het plangebied zijn de zogenoemde laagveengebieden en de restanten van halfnatuurlijke laagveengebieden. Het betreft grote gebieden waar onder invloed van stagnerend water en grondwater uitgestrekte veenmoerassen zijn ontstaan. Deze laagveenmoerassen zijn deels ontwaterd, verveend en in cultuur gebracht als landbouwgrond.
Het fietspad volgt zoveel mogelijk de natuurlijke lijnen in het landschap. Het eerste deel volgt de waterlijn. Het tweede deel volgt de karakteristieke structuur die is ontstaan door de laagveenontginningen. Het fietspad sluit derhalve aan bij het gebiedskenmerk laagveen. De laagveenrestanten zijn gericht op instandhouding van de waterkwaliteit en de natuurkwaliteit. De overige delen van de laagveengebieden zijn gericht op behoud van het veenpakket en daarnaast is het waterpeil hier niet lager dan voor graslandgebruik noodzakelijk is.
Ecologische hoofdstructuur
De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) van Overijssel is door de Provincie vastgesteld in de Omgevingsvisie. Met het gereedkomen van de Omgevingsvisie in juli 2009 is de (te verwerven) EHS op perceelsniveau begrensd. Het onderzoeksgebied, het tracé waar het fietspad zou komen te liggen, ligt deels binnen de begrenzing van de Ecologische Hoofdstructuur.
Het tracé ligt niet in ganzen- of weidevogelgebied. Deze gebieden liggen op een afstand van respectievelijk één en drie kilometer van het tracé (Provincie Overijssel, 2009).
In de Provinciale Verordening zijn regels opgenomen over het opnemen van de EHS in bestemmingsplannen. In artikel 2.7.3 van de Verordening is bepaald dat bestemmingsplannen uitsluitend mogen strekken tot het behoud, herstel of de duurzame ontwikkeling van de wezenlijke kenmerken en waarden van gebieden behorende tot de gebiedscategorieën bestaande natuur en nieuwe natuur of de categorieën nieuwe nog niet gerealiseerde natuur en zoekgebieden. Bovendien mogen er geen activiteiten mogelijk gemaakt worden die significant negatieve effecten op de wezenlijke kenmerken en waarden kunnen of zullen hebben. Deze waarden en kenmerken dienen middels regels beschermd te worden. Dit betekent dat in ieder geval het areaal, kwaliteit en samenhang van de betrokken gebieden behouden dienen te blijven. Gedeputeerde Staten kunnen ontheffing verlenen van de hiervoor genoemde verplichtingen.
In hoofdstuk 4 wordt nader ingegaan op de gevolgen van de realisatie van het fietspad voor de EHS. Daaruit blijkt dat de wezenlijke kenmerken en waarden van het gebied behouden blijven en dat er geen significante negatieve effecten zullen optreden.
Op 28 mei 2013 hebben Gedeputeerde Staten van de provincie Overijssel op grond van artikel 2.7.6 lid 4 van de Omgevingsverordening besloten ontheffing te verlenen ten behoeve van het fietspad Roekebosch in de EHS. Deze ontheffing is als bijlage 4 toegevoegd. Ontheffing is mogelijk, omdat het fietspad een relatief kleinschalige wijziging betreft. Ontheffing wordt verleend, omdat:
Raamplan Fietspaden 2008
Het onderhavige fietspad vindt zijn oorsprong in het Raamplan Fietspaden. Het tracé van dit pad is onder nummer 836 als aan te leggen in dit plan opgenomen. In de huidige situatie wordt er veel gebruik gemaakt van de Gasthuisdijk welke de plaatsen Steenwijk, Meppel en Wanneperveen met elkaar verbindt. Met de komst van het aan te leggen fietspad kan men de recreatieve route nemen.