direct naar inhoud van 2.4 Waterhuishouding
Plan: Woldmeenthe, 2e herziening
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1708.00003625-VA01

2.4 Waterhuishouding

Bij de ontwikkeling van het bestemmingsplan Woldmeenthe is destijds met het waterschap overleg gepleegd over de waterhuishouding.

Op 10 juni 2008 heeft met het waterschap een oriƫnterend overleg plaatsgevonden over de herziening van dit bestemmingsplan, in dit geval de 2e herziening van bestemmingsplan Woldmeenthe.

Op basis van de bergingsberekening die de gemeente ten behoeve van de aanleg van het P&R terrein heeft opgestuurd gaat het waterschap akkoord met de aanleg van het P&R terrein. Het regenwater dat op de parkeerplaatsen valt wordt in infiltratiekoffers opgevangen. Deze koffers komen onder de wegen te liggen. De afvoer vindt vertraagd plaats in noordelijke richting.

Voor wat betreft het onderwijsgebouw en het bedrijfsverzamelgebouw gaat het waterschap uit van het principe dat beide gebieden allereerst "hun eigen broek moeten ophouden" voordat kan worden geloosd op het water in de Woldmeenthe of de Steenwijker Aa. Hiervoor zijn voldoende mogelijkheden te bedenken in combinatie met het aanwezige groen of de functiecombinatie met de parkeerterreinen. Bij het graven van nieuwe watergangen is het belangrijk dat er minimaal 0,5 meter waterdiepte aanwezig is in verband met stank en droogvallen van een watergang. Met een droogleggen van minimaal 1,2 meter kan worden uitgerekend op welk niveau het waterpeil maximaal mag uitstromen.

Deze herziening op het bestemmingsplan Woldmeenthe maakt deze ontwikkeling mogelijk. Wanneer aan bovenstaande criteria wordt voldaan, gaat het waterschap akkoord met het plan.


Het bestemmingsplan Woldmeenthe bevat reeds een planologische regeling voor het P&R terrein.

Voor de realisatie van het schoolgebouw dient een herziening van het bestemmingsplan plaats te vinden. In het kader van de waterparagraaf is een vergelijk tussen het vigerende bestemmingsplan en de nieuwe situatie op zijn plaats.

Het vigerende bestemmingsplan bevat bebouwingsvlakken waarop maximaal 5.890 m2kan worden bebouwd. Voor de oppervlakte van het onderwijsgebouw wordt uitgegaan van circa 3.000 m2. Voor het nog te bouwen kantoorgebouw noordelijk van het onderwijsgebouw kan maximaal 500 m2 worden bebouwd. De gezamenlijke oppervlakte van de oorspronkelijke bebouwing was eveneens 500 m2.

Het saldo nieuw bebouwd oppervlak komt hiermee op 3.000 m2, aanzienlijk minder dan volgens het vigerende bestemmingsplan zou kunnen worden gerealiseerd.

Bij brief van 25 augustus 2008 heeft het waterschap een positief wateradvies gegeven (zie bijlage "Overlegreacties").