direct naar inhoud van Artikel 10 Gemengd - 3
Plan: Kom Huissen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1705.30-VG01

Artikel 10 Gemengd - 3

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Gemengd - 3’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. detailhandel;
  • b. dienstverlening;
  • c. wonen op de verdieping, met dien verstande dat per bouwperceel maximaal één woning op de verdieping is toegestaan, behoudens daar waar ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpplan meerdere woningen bestaan;

met de daarbij behorende:

  • d. wegen en paden;
  • e. groenvoorzieningen;
  • f. parkeervoorzieningen;
  • g. waterlopen en waterpartijen;
  • h. duikers.
10.2 Bouwregels
10.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' worden gebouwd, behoudens het bepaalde in sub d;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' mag het vlak volledig worden bebouwd;
  • c. de goot- en bouwhoogte mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' met deze aanduiding is aangeduid;
  • d. gebouwen zijn buiten de aanduiding 'bouwvlak' toegestaan onder de volgende voorwaarden:
    • 1. de gebouwen mogen uitsluitend gebouwd worden ter plaatse van de aanduiding ‘erf’;
    • 2. de maximale oppervlakte van gebouwen buiten de aanduiding 'bouwvlak' bedraagt 20% van de oppervlakte van de aanduiding 'bouwvlak' per bouwperceel;
    • 3. de minimale afstand tot de bouwperceelgrens bedraagt 3 m¹;
    • 4. de maximale bouwhoogte bedraagt 4 m¹, met dien verstande dat indien de maximale bouwhoogte van gebouwen gelegen op hetzelfde bouwperceel als bedoeld in sub d minder bedraagt dan 4 m¹, de maximale bouwhoogte niet meer mag bedragen dan deze hoogte.
10.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 m¹ bedragen, met dien verstande dat de hoogte voor erf- en terreinafscheidingen vóór de naar de weg gekeerde gevel maximaal 1 m¹ mag bedragen;
  • b. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 2,5 m¹ bedragen.
10.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. seksinrichtingen;
  • b. coffeeshops;
  • c. detailhandel in volumineuze goederen;
  • d. verkooppunten voor motorbrandstoffen.