direct naar inhoud van 4.9 Geur
Plan: Recycling Westerveld Oeveraseweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1701.0000BP000000000555-0004

4.9 Geur

Recycling Westerveld B.V. is voornemens de bestaande inrichting voor de compostering van groenafval aan de Oeveraseweg 27 te Havelte uit te breiden met een voercentrum. Bij het voercentrum wordt gedurende een korte periode gras en maïs aangevoerd en vervolgens opgeslagen (ingekuild). Gespreid over het jaar wordt het voer vervolgens weer uitgekuild en afgevoerd. Per jaar wordt circa 40.000 ton materiaal aangevoerd en 40.000 ton afgevoerd.

In 2005 is de Wet milieubeheer aangepast en is het begrip BBT (Beste Beschikbare Technieken) geïntroduceerd. Dat betekent dat bij het bestrijden van geurhinder voortaan de beste beschikbare technieken moeten worden toegepast om een hoog beschermingsniveau te bereiken. Het begrip hoog beschermingsniveau uit de Wet milieubeheer (of Wet algemene bepalingen omgevingsrecht) is in de Nederlandse emissie Richtlijn lucht (NeR) voor geurhinder gelijk gesteld aan het acceptabel hinderniveau. Voor het bepalen van het acceptabele hinderniveau geeft de NeR de hindersystematiek.

Met behulp hiervan kan een situatie van geuroverlast worden beoordeeld. Toepassen van de hindersystematiek leidt tot een specifieke afweging voor een individuele situatie of tot het toepassen van een bijzondere regeling.

In hoofdstuk 3 van de 'Nederlandse emissie Richtlijn lucht' (NeR) is voor een aantal specifieke processen bijzondere regelingen aangegeven. Voor groencompostering is de bijzondere regeling G2, 'Compostering van groenafval' van toepassing. Voor het voercentrum geldt geen bijzondere regeling, zodat de algemene emissie-eisen van de NeR van toepassing zijn. In de vigerende vergunning is in voorschrift 7.1.1 aangegeven dat teneinde eventuele geurhinder ten gevolge van het composteringsproces te voorkomen moet worden voldaan aan de 'Maatregelen met betrekking tot procesvoering' en de eisen ten aanzien van agrarisch afval zoals die staan omschreven in de Bijzondere regeling G2 Compostering van groenafval van de Nederlandse emissierichtlijn (NeR).

Met behulp van rekenprogramma Geomilieu, module Stacks-G, versie 1.91 is een indicatieve berekening uitgevoerd van de te verwachten geurimmissieconcentratie vanwege het voercentrum in de omgeving (WNP raadgevende ingenieurs, 23 mei 2012). In het rekenprogramma is het Nieuw Nationaal Model geïmplementeerd. In de berekening is ervan uitgegaan dat de geuremissie plaatsvindt tijdens het uitkuilen van het voer. De geurimmissieconcentratie is berekend ter plaatse van woningen van derden en op een berekeningsgrid met een onderlinge afstand tussen de rasterpunten van 20 meter zowel in horizontale (oost –west) als in verticale (noord – zuid) richting.

Door bij de compostering te voldoen aan de 'maatregelen met betrekking tot procesvoering' en de eisen ten aanzien van agrarisch afval zoals die staan omschreven in de Bijzondere regeling G2 Compostering van groenafval van de Nederlandse emissierichtlijn (NeR) en door de kuilbult(en) luchtdicht af te dekken (ook om de kwaliteit van de bult te waarborgen) wordt de geuremissie vanwege de inrichting van Recycling Westerveld B.V. naar de omgeving zoveel mogelijk beperkt. Gezien de ligging van de inrichting ten opzichte van bestaande woningen van derden (ten minste 120 meter ten noordwesten van de inrichting) zal de geurbelasting ter plaatse van deze woningen, bij een zorgvuldige bedrijfsvoering, niet tot een onacceptabele hinder leiden. De geurbelasting zal met name worden bepaald door (het omzetten bij) de compostering. De situatie bij de compostering blijft ongewijzigd.