direct naar inhoud van 2.2 Provinciaal beleid
Plan: Recycling Westerveld Oeveraseweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1701.0000BP000000000555-0004

2.2 Provinciaal beleid

Het ruimtelijk beleid van de provincie Drenthe is verwoord in de Omgevingsvisie Drenthe (vastgesteld juni 2010). Deze omgevingsvisie is hét strategische kader voor de ruimtelijk-economische ontwikkeling van Drenthe en beschrijft de voorgestelde ontwikkeling van Drenthe voor de periode tot 2020. De visie formuleert de belangen, ambities, rollen, verantwoordelijkheden en sturing van de provincie in het ruimtelijke domein.

In de Omgevingsvisie Drenthe wordt de volgende missie verwoord: "Het koesteren van de Drentse kernkwaliteiten en het ontwikkelen van een bruisend Drenthe, passend bij deze kernkwaliteiten."

De kernkwaliteiten van Drenthe zijn:

  • rust, ruimte, natuur en landschap;
  • oorspronkelijkheid (authenticiteit, Drents eigen);
  • naoberschap;
  • menselijke maat;
  • veiligheid;
  • kleinschaligheid (Drentse schaal).

Er zijn vier 'systemen' die in de ogen van de provincie de dragers zijn voor de ruimtelijke ontwikkeling van Drenthe:

  • sociaal-economische systeem;
  • watersysteem;
  • natuursysteem;
  • landbouwsysteem.

Voor de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van Drenthe moeten deze vier systemen 'robuust' zijn. Een systeem is robuust als een verstoring als gevolg van een ontwikkeling geen significante gevolgen heeft voor het functioneren ervan. Binnen de robuuste systemen staat de ontwikkeling van de betreffende hoofdfunctie (wonen, werken, water, natuur of landbouw) voorop. Dit betekent dat de ontwikkeling van andere functies geen significante negatieve invloed mag hebben op het functioneren van de hoofdfunctie. Voor alle ontwikkelingen, dus ook die van de hoofdfunctie, geldt dat de ruimtelijke kwaliteit er door moet worden versterkt. In sommige situaties komen twee robuuste systemen samen, met mogelijk conflicterende belangen. In die gevallen is het van belang maatwerk te leveren met betrekking tot de gewenste ontwikkeling.

Kernkwaliteiten binnen plangebied

De omgevingsvisie benoemt twee landschappelijke kernkwaliteiten in en rondom het plangebied. Dit zijn de steilrand van het Drents Plateau en het beekdal van de Oude Vaart. Dit is weergegeven in figuur 2.

afbeelding "i_NL.IMRO.1701.0000BP000000000555-0004_0002.jpg"  
Figuur 2: kernkwaliteiten provinciale omgevingsvisie  

Bouwen in beekdalen

Voor het bouwen in beekdalen hanteert de provincie het 'Nee, tenzijbeleid'. Het 'Nee, tenzijbeleid' betekent dat kapitaalintensieve functies zo veel mogelijk worden geweerd. Daarbij gaat het om woon- en werkgebieden en kapitaalintensieve vormen van agrarisch grondgebruik, zoals glastuinbouw, intensieve veehouderijen en kwekerijen. Nieuwe kapitaalintensieve functies zijn alleen toegestaan als aan vier voorwaarden is voldaan:

  • 1. er is sprake van een zwaarwegend maatschappelijk belang;
  • 2. er zijn geen alternatieven;
  • 3. de functie vormt op de locatie geen feitelijke belemmering om in de toekomst de afvoer- en bergingscapaciteit van het regionale watersysteem te vergroten;
  • 4. het negatieve effect op het watersysteem wordt in het plan gecompenseerd.

Steilrand

Het plangebied ligt in een zone die deel uitmaakt van de steilrand van het Drents-Fries keileemplateau. In de omgevingsvisie is de steilrand beleidsmatig aangeduid. Voor de steilrand geldt dat de provincie de doelstelling heeft deze te behouden en te versterken. In deze zone ligt de steilrand die overgaat in een veenvlakte. Het veen, dat vanaf het Holoceen in het beekdal van de huidige Oude Vaart is ontstaan, wigt uit tegen het hoger liggende plateau. Om dit verschijnsel zichtbaar te houden vergt dit zorg op zowel de steilrand als de aanliggende veenvlakte, die samen als een zone op de kaart staan. Het plangebied wordt op de Geomorfologische Kaart van Drenthe als veenvlakte aangeduid. Ook de omliggende terreinen maken deel uit van deze vlakte. Het reliëf is, zoals de naam veenvlakte al aangeeft, gering. Op het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN) van het plangebied is nauwelijks hoogteverschil waar te nemen.

Waterbergingsgebied

Het gebied Darperweiden (zie figuur 2) is door de provincie Drenthe aangewezen als zoekgebied voor waterberging. De bescherming van de waterbergingsgebieden is gericht op het behouden van de bergingscapaciteit zodat deze gebieden voor deze functie bruikbaar blijven in de toekomst. In de aangewezen bergingsgebieden zijn kapitaalintensieve functies, zoals bebouwing of recreatie, in principe ongewenst, tenzij de bergingscapaciteit gehandhaafd blijft, geen schade optreedt aan deze functies bij inundatie van het gebied en geen beperkingen ontstaan voor de inzetbaarheid van het bergingsgebied voor waterberging. In hoofdstuk 4 is hier bij het omgevingsaspect water nader op ingegaan.

Strategische grondwaterwinning

Darperweiden is aangeduid als 'strategische grondwaterwinning' (zie figuur 3). Dit gebied is gelegen ten zuiden van het plangebied. In gebieden met aanduiding strategische grondwaterwinning kan een vergunning worden aangevraagd voor een strategische reservering voor een drinkwatervoorziening. Bij het beoordelen van een aanvraag hiervoor, kijkt de provincie naar de volgende aspecten:

  • De reservering is bedoeld als strategische reserve voor het geval er zich een calamiteit voordoet bij één van de bestaande grondwaterwinningen;
  • De gevolgen voor andere belangen zijn goed in beeld gebracht. De mogelijkheden om deze gevolgen technisch of financieel te compenseren, zijn maximaal benut.
  • Het waterleidingbedrijf moet de noodzaak voor de grondwaterwinning aantonen.
afbeelding "i_NL.IMRO.1701.0000BP000000000555-0004_0003.jpg"  
Figuur 3: ligging waterbergingsgebied en strategische grondwaterwinning Darperweiden