direct naar inhoud van 4.10 Vormvrije m.e.r.-beoordeling
Plan: Buitengebied, herziening 2005, partiële herziening Lindrot 10
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1700.BPBG2010PH0002-ont2

4.10 Vormvrije m.e.r.-beoordeling

4.10.1 Algemeen

Op 1 april 2011 is het gewijzigde Besluit milieueffectrapportage in werking getreden. Een belangrijke wijziging betreft het indicatief maken van de drempelwaarden in onderdeel D (betreft de m.e.r.-beoordeling) van de bijlage bij het Besluit milieueffectrapportage. Concreet betekent dit dat, ook wanneer ontwikkelingen onder de in bijlage D opgenomen drempelwaarden blijven, het bevoegd gezag zich er nog steeds van moet vergewissen of activiteiten geen aanzienlijke milieugevolgen kunnen hebben, de zogenaamde 'vergewisplicht'.

Het komt er op neer dat voor elk besluit of plan dat betrekking heeft op activiteit(en) die voorkomen op de D-lijst die beneden de drempelwaarden vallen een toets moet worden uitgevoerd of belangrijke nadelige milieugevolgen kunnen worden uitgesloten. Voor deze toets, die dus een nieuw element is in de m.e.r.-regelgeving, wordt de term vormvrije m.e.r.-beoordeling gehanteerd. Deze vormvrije m.e.r.-beoordeling kan tot twee conclusies leiden:

  • belangrijke nadelige milieugevolgen zijn uitgesloten: er is geen m.e.r.(-beoordeling) noodzakelijk;
  • belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu zijn niet uitgesloten: er moet een m.e.r.-beoordeling plaatsvinden of er kan direct worden gekozen voor m.e.r.

De toetsing in het kader van de vormvrije m.e.r.-beoordeling dient te geschieden aan de hand van de selectiecriteria in bijlage III van de EEG-richtlijn milieueffectbeoordeling. In deze bijlage staan drie hoofdcriteria centraal:

  • de kenmerken van het project;
  • de plaats van het project;
  • de kenmerken van de potentiële effecten.
4.10.2 Onderzoeksresultaten vormvrije m.e.r.-beoordeling

In het plangebied is sprake van de sloop van een aanzienlijke hoeveelheid landschapsontsierende bebouwing, het bestemmen van een dubbele bedrijfswoning als burgerwoning en de realisatie van 1 nieuwe woning in het buitengebied.

Deze activiteit komt niet voor in de D-lijst van het Besluit milieueffectrapprotage waardoor het voorliggende bestemmingsplan ook niet m.e.r.-(beoordelings)plichtig is.

Tevens wordt hierbij opgemerkt dat in het kader van de voorbereiding is geconstateerd dat het plan niet binnen een kwetsbaar of waardevol gebied ligt. Ook is uit dit hoofstuk gebleken dat er geen sprake is van belangrijke nadelige milieugevolgen voor de omgeving.

4.10.3 Conclusie

De ontwikkeling wordt niet genoemd in het Besluit milieueffectrapportage en is derhalve niet m.e.r.-(beoordelings)plichtig.