direct naar inhoud van 4.3 Bodemkwaliteit
Plan: Buitengebied herziening 2005, partiële herziening 4e Blokweg 18
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1700.BPBG2009PH0030-vas1

4.3 Bodemkwaliteit

Bij de vaststelling van een bestemmingsplan dient te worden bepaald of de aanwezige bodemkwaliteit past bij het toekomstige gebruik van die bodem en of deze aspecten optimaal op elkaar kunnen worden afgestemd. Om hierin inzicht te krijgen, dient een bodemonderzoek te worden verricht.

Kruse Milieu uit Geesteren heeft ter plaatse een bodemonderzoek verricht (zie Bijlage 1). Op basis van de resultaten van de chemische analyses kan het volgende worden geconcludeerd:

  • De bovengrond is niet verontreinigd;
  • De ondergrond is niet verontreinigd;
  • het grondwater is licht verontreinigd met barium, kobalt en zink en sterk verontreinigd met nikkel;
  • het grondwater is na herbemonstering sterk verontreinigd met nikkel.

In het grondwater zijn enkele verontreinigingen aangetoond. De boven- en ondergrond is niet verontreinigd. Er heeft een herbemonstering plaatsgevonden naar aanleiding van de overschrijding van de interventiewaarde voor nikkel in het grondwater. In overleg met de gemeente Twenterand is besloten af te zien van nader onderzoek.

Op basis van het historisch vooronderzoek kan gesteld worden dat de onderzoekslocatie niet asbestverdacht is. Door de veldwerker zijn zintuiglijk geen asbestverdachte materialen waargenomen.

Bij de geplande nieuwbouw komt in de toekomst mogelijk grond vrij. Afvoer van de grond dient te voldoen aan het Besluit Bodemkwaliteit en de voorschriften van het bevoegd gezag (de ontvangende gemeente).

Op basis van de huidige onderzoeksresultaten kan een indicatieve toetsing in het kader van het Besluit Bodemkwaliteit worden uitgevoerd. Alle onderzochte grond, die bij de bouwwerkzaamheden mogelijk vrij komt, is multifunctioneel toepasbaar, aangezien geen verontreinigingen zijn aangetroffen in de boven- of ondergrond. Met andere woorden: er gelden geen beperkingen ten aanzien van het hergebruik van de grond.

Uit milieukundig oogpunt bestaat er geen bezwaar tegen de voorgenomen nieuwbouwplannen, aangezien de vastgestelde verontreinigingen geen risico's voor de volksgezondheid opleveren. De bodem wordt geschikt geacht voor het huidige en toekomstige gebruik (wonen met tuin).