direct naar inhoud van 5.2 Archeologie
Plan: Buitengebied 2005, partiële herziening Zomerweg 56 Den Ham
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1700.BPBG2009PH0021-0401

5.2 Archeologie

Op 1 september 2007 is de Wet op de Archeologische Monumentenzorg (Wamz) van kracht geworden. Deze wet, een wijziging op de Monumentenwet 1988, regelt de omgang met het archeologisch erfgoed. Nieuw in de wet is dat gemeenten een archeologische zorgplicht krijgen en dat initiatiefnemers van projecten waarbij de bodem wordt verstoord, verplicht zijn rekening te houden met de archeologische relicten die in het plangebied aanwezig (kunnen) zijn. Hiervoor is onderzoek noodzakelijk: het archeologisch vooronderzoek. Als blijkt dat in het plangebied behoudenswaardige archeologische vindplaatsen aanwezig zijn, dan kan de initiatiefnemer verplicht worden hiermee rekening te houden. Dit kan leiden tot een aanpassing van de plannen, waardoor de vindplaatsen behouden blijven, of tot een archeologische opgraving en publicatie van de resultaten.

Bureau Baac heeft voor het grondgebied van de gemeente Twenterand een inventarisatie opgesteld van de archeologische verwachtingen. Het plangebied is getoetst aan archeologische verwachtingskaart. Een uitsnede van de kaart is opgenomen in figuur 5.1.

afbeelding "i_NL.IMRO.1700.BPBG2009PH0021-0401_0013.jpg"

Figuur 5.1. Archeologische verwachtingskaart.

Voor het plangebied geldt een hoge verwachting voor archeologische bodemvondsten. Tevens is het erf aangeduid als 'verspreide bebouwing in 1832' .

Het archeologiebeleid van de gemeente Twenterand geeft aan dat het uitgangspunt voor zones met een hoge archeologische verwachtingswaarde luidt dat behoud 'in situ' nagestreefd wordt. Plangebieden met een verstoringsdiepte van maximaal 40 centimeter of met een oppervlakte kleiner dan 2.500 m2 zijn echter vrijgesteld van onderzoek.

Aangezien het hier gaat om een relatief klein gebouw (ruim 100 m2) is nader archeologisch onderzoek niet noodzakelijk.