direct naar inhoud van Artikel 7 Leiding - Riool
Plan: Cuijk Heeswijkse Kampen, noordoever Heeswijkse Plas
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1684.08BPnoordoever-VA01

Artikel 7 Leiding - Riool

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

  • a. een rioolwatertransportleiding, ten behoeve van het transport van rioolwater;

met daarbij behorende beschermingszone (2 x 3,5 m.) ter weerszijden van de op de verbeelding aangeduide leidingen.

7.2 Bouwregels
7.2.1 Algemeen

Op de tot 'Leiding - Riool' bestemde gronden mag niet worden gebouwd. De gronden worden ten alle tijden vrijgehouden voor regulier onderhoud en calamiteiten.

7.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde geldt de volgende regel:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer dan 2,50 m bedragen.
7.3 Afwijken van de bouwregels
7.3.1 Algemeen

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 7.2 en toestaan dat wordt gebouwd ten dienste van en conform de overige voor deze gronden aangewezen bestemming(en).

7.3.2 Afwegingskader

Een in 7.3.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien uit overleg met de leidingbeheerder blijkt dat daartegen met het oog op het doelmatig functioneren van de transportleiding geen bezwaar bestaat.

7.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
7.4.1 Algemeen

Het is verboden op of in de voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het egaliseren en ophogen van gronden en/of het anderszins ingrijpend wijzigen van de bodemstructuur;
  • b. graafwerkzaamheden dieper dan 30 cm;
  • c. het in de grond drijven van voorwerpen dieper dan 30 cm;
  • d. diepploegen dieper dan 30 cm;
  • e. het aanleggen van gesloten oppervlakteverhardingen;
  • f. het planten van hoogopgaande bomen en/of houtopstanden die dieper (kunnen) wortelen dan 30 cm;
  • g. het permanent opslaan van goederen, waaronder ook begrepen het opslaan van afvalstoffen;
  • h. het verrichten van grondroeractiviteiten, zoals het aanbrengen van rioleringen, kabels, leidingen en drainage, anders dan normaal spit- en ploegwerk;
  • i. het aanleggen van waterlopen of het vergraven, verruimen of dempen van bestaande waterlopen.
7.4.2 Uitzonderingen op verbod

Het in 7.4.1 genoemde verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud en/of de normale exploitatie betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
7.4.3 Afwegingskader

Een in 7.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien:

  • a. het behoud van een veilige ligging van de transportleiding en de continuïteit van de functie van de leiding zijn gewaarborgd;
  • b. met het oog op een zorgvuldige afweging door burgemeester en wethouders advies is ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.
7.4.4 Strafregel

Overtreding van het verbod in 7.4.1 is een strafbaar feit.