In deze regels wordt verstaan onder:
1.1 Plan
Het bestemmingsplan ‘Laone 20- Renesse’ met identificatienummer NL.IMRO.1676.00374BphRE-VA01 van de gemeente Schouwen- Duiveland.
1.2 Bestemmingsplan
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
1.3 Aan- of uitbouw
Een uit de gevel springend, in architectonisch opzicht ondergeschikt deel van een woning dat door haar indeling en inrichting is bestemd hoofdzakelijk te worden gebruikt ten behoeve van de woning;
1.4 Aanduiding
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
1.5 Aanduidingsgrens
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
1.6 Aanduidingsvlak
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde aanduiding, begrensd door een aanduidingsgrens.
1.7 Achtererf bij een hoofdgebouw
Erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1 m van de voorkant, van het hoofdgebouw;
1.8 Achtergevel
Het meest achterwaarts gelegen deel van een hoofdgebouw, aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen daaronder niet begrepen;
1.9 Achtergevellijn
Denkbeeldige lijn die strak loopt langs de achtergevel van een hoofdgebouw tot aan de bouwperceelsgrenzen.
1.10 Afgewerkt bouwterrein
De gemiddelde hoogte van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, omringende grond; bij hellende terreinen: het hoogste punt van de gebouwen e bouwwerken, geen gebouwen zijnde, omringende grond;
1.11 Archeologisch deskundige
De provinciaal archeoloog van Zeeland, de Rijksarcheoloog van de Rijksdienst voor het
Cultureel Erfgoed of een ander deskundig archeologisch adviesbureau;
1.12 Archeologische waarde
De in het kader van dit plan aan het gebied toegekende waarde gekenmerkt door voorwerpen of bewoningssporen van vroegere samenlevingen direct onder het aardoppervlak;
1.13 Bebouwing
Één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
1.14 Bebouwingspercentage
Een aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een maatvoeringsvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd.
1.15 Bed & breakfast
Een nevenactiviteit in een bestaande woning waar logies wordt verstrekt en waar eventueel afzonderlijke maaltijden worden verstrekt aan gasten.
1.16 Beroepsmatig gebruik van een woning
Het gebruik van (een gedeelte van) een woning en/of daarbij behorende aanbouw of bijgebouw voor een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, vastgesteldtechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende aan- of bijgebouw met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend;
1.17 Bestaand
- bestaande bouwwerken: bestaand ten tijde van de terinzagelegging van het bestemmingsplan als vastgesteld, dan wel mogen worden gebouwd krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning;
- bestaand gebruik: bestaand ten tijde van het in werking treden van het bestemmingsplan.
1.18 Bestemmingsgrens
De grens van een bestemmingsvlak.
1.19 Bestemmingsvlak
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
1.20 Bijgebouw
Een met het hoofdgebouw verbonden of daarvan vrijstaand gebouw dat ten dienste staat van het hoofdgebouw en door zijn ligging, constructie of afmetingen ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
1.21 Bordes (woning)
Verhoogd platform voor de ingang van een gebouw bereikbaar via een aantal treden of een trap;
1.22 Bouwaanduidingsvlak
Een geometrisch bepaald vlak, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het bebouwen van deze gronden;
1.23 Bouwen
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
1.24 Bouwgrens
De grens van een bouwvlak.
1.25 Bouwperceel:
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
1.26 Bouwperceelsgrens
De grens van een bouwperceel
1.27 Bouwvlak
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
1.28 Bouwwerk
Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
1.29 Detailhandel
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
1.30 Erf
Al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.
1.31 Erfgrens
De grens van het erf;
1.32 Escortbedrijf
De natuurlijke persoon, groep of rechtspersoon die bedrijfsmatig, of van omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte (van een seksinrichting) wordt uitgeoefend;
1.33 Gastenverblijf
Een aan- of uitbouw of vrijstaand bijgebouw welke ten dienste staat van een woning en welke uitsluitend gebruikt wordt om logies te bieden aan personen die elders hun hoofdverblijf hebben;
1.34 Gebouw
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.35 Gevellijn
Denkbeeldige lijn die strak langs de gevel van een gebouw loopt tot aan de bouwperceelsgrenzen, dan wel de aangeduide lijn;
1.36 Hoofdgebouw
Een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, functie constructie of afmetingen, dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken;
1.37 Nutsvoorzieningen
Voorzieningen ten behoeve van openbaar nut, zoals transformatorhuisjes, schakelhuisjes, duikers, gemaalgebouwtjes, bemalingsinstallaties, bergbezinkbassins, gasreduceerstations, etc.;
1.38 Ondergeschikte functie
Functie waarvoor maximaal 15% van de vloeroppervlakte als zodanig mag worden gebruikt;
1.39 Overkapping
Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak en optioneel een wand;
1.40 Passend in straat- en bebouwingsbeeld
- een goede verhouding tussen bouwmassa en open ruimte;
- een goede hoogte-/breedteverhouding tussen de bebouwing onderling;
- een samenhang in bouwvorm/architectonisch beeld tussen bebouwing die ruimtelijk op elkaar georiënteerd is;
- de cultuurhistorische samenhang van de omgeving.
1.41 Peil
- voor gebouwen, waarvan de hoofdtoegang onmiddellijk grenst aan de weg: de hoogte van die weg ter plaatse van de hoofdtoegang;
- in andere gevallen: de gemiddelde hoogte van het aansluitende afgewerkte maaiveld, op het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan;
1.42 Permanente bewoning
Bewoning van een ruimte als hoofdverblijf.
1.43 Prostitutie
Het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
1.44 Raamprostitutie
Een seksinrichting met één of meer ramen van waarachter de prostitué/prostituee tracht de aandacht van passanten op zich te vestigen met als doel het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
1.45 Seksbioscoop/-theater:
Een inrichting of daarmee gelijk te stellen gelegenheid waarin vertoningen van erotische en/of pornografische aard worden gegeven.
1.46 Seksinrichting:
De voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische-massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.
1.47 Straatprostitutie
Het zich op de openbare weg respectievelijk op openbare ruimten of in een zich op de openbare weg respectievelijk openbare ruimte bevindend voertuig beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
1.48 Voorgevel van een hoofdgebouw
Het meest naar de weg zijde gekeerde deel van een hoofdgebouw.
1.49 Voorgevellijn
Denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een hoofdgebouw tot aan de bouwperceelsgrenzen.
1.50 Vrijstaand
Een gebouw zonder gemeenschappelijke wand met een ander gebouw;
1.51 Webwinkel
Detailhandelsbedrijf zonder showroom en zonder afhaalmogelijkheden ter plaatse;
1.52 Weg
Voor het openbaar verkeer openstaande weg of pad inclusief de daarin liggende bruggen en duikers en de tot die weg behorende paden en bermen of zijkanten;
1.53 Woning
Een hoofdgebouw dat dient voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;
1.54 Zijerf bij een hoofdgebouw
Gedeelte van het erf tussen een zijgevellijn en de aan die zijde van het gebouw gelegen erfgrens;
1.55 Zijgevel
Een gevel van een gebouw, die niet een voorgevel of een achtergevel is;
1.56 Zijgevellijn
Denkbeeldige lijn die strak loopt langs de zijgevel van een bouwwerk tot aan de bouwperceelsgrenzen.