direct naar inhoud van Artikel 6 Groen
Plan: Bebouwde kom Zonnemaire/Ouwerkerk/Sirjansland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1676.00048BpAwk-vast

Artikel 6 Groen

6.1 Bestemmingsomschrijving
6.1.1 Bestemming

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. plantsoenen, bermstroken, bermsloten, waterpartijen, taluds, oevers, bruggen, paden, verhardingen, speelvoorzieningen, straatmeubilair, afvalverzamelvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van openbaar nut, geluidwerende voorzieningen en andere tot de bestemming behorende groen- en recreatieve voorzieningen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'landschapswaarden': behoud van de landschappelijke inpassingsfunctie;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'terras': tevens een horecaterras met een maximale oppervlakte van 200 m2.
6.1.2 Bebouwing

Op deze gronden mogen, met inachtneming van de aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in lid 6.1.1 bedoelde bestemming worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
6.2 Bouwregels
6.2.1 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

De gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de oppervlakte van gebouwen bedraagt maximaal 15m2;
  • b. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal 3,50 meter;
  • c. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde bedraagt maximaal:
1   antennes   5,00 meter  
2   speeltoestellen   4,00 meter  
3   openbare nutsvoorzieningen   3,50 meter  
4   lichtmasten en overige masten   8,00 meter  
5   overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde   2,00 meter  
6.3 Afwijken van de bouwregels
6.3.1 Afwijking

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 6.2.1, sub c tot een bouwhoogte van maximaal 10,00 meter, met uitzondering van overkappingen:

6.3.2 Afwegingskader

De in lid 6.3.1 genoemde afwijking kan slechts worden verleend, mits:

  • a. dit passend is in het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast.
6.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
  • a. Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag ter plaatse van de aanduiding 'landschapswaarden' de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren:
    • 1. het rooien van bomen, heesters en andere opgaande beplanting.
  • b. Het in lid 6.4 sub a vervatte verbod geldt niet voor het uitvoeren van:
    • 1. normale onderhoudswerkzaamheden gericht op en noodzakelijk voor de instandhouding van het onderhavige plangebied;
    • 2. werken en/of werkzaamheden die ten tijde van de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan in uitvoering zijn.