direct naar inhoud van Artikel 7 Wonen
Plan: Glastuinbouw Sirjansland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1676.00038BpGhp-vast

Artikel 7 Wonen

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de huisvesting van personen in woningen;
  • b. wegen, parkeervoorzieningen, waterlopen, tuinen en andere voorzieningen ten dienste van de bestemming.

7.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels.

  • a. op deze gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd;
  • b. per bouwvlak is slechts 1 woning toegestaan;
  • c. de afstand tussen gebouwen bedraagt ten minste 3 m;
  • d. de afstand van aan- en uitbouwen en bijgebouwen tot perceelsgrenzen bedraagt ten minste 1 m;
  • e. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en zwembaden zijn ten minste 3 m achter de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw gelegen;
  • f. buiten het bouwvlak zijn geen gebouwen en overkappingen, toegestaan;
  • g. de inhoud van een woning, inclusief aan- en uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen, bedraagt:
    • 1. ten hoogste 500 m³ indien de inhoud ten tijde van het van kracht worden van dit bestemmingsplan 500 m³ of minder bedroeg;
    • 2. ten hoogste 750 m³ indien de inhoud ten tijde van het van kracht worden van dit bestemmingsplan 500 m³ of meer bedroeg;
  • h. de totale oppervlakte gebouwen bedraagt ten hoogste 50% van het bouwperceel;
  • i. de bouwhoogte, de oppervlakte en / of de inhoud van een gebouw of bouwwerk, geen gebouw zijnde, bedragen voor het overige ten hoogste:

bouwwerk   goothoogte   nokhoogte   oppervlakte  
woning   6 m   10 m    
bijgebouwen bij een woning, inclusief
overkappingen  
4 m   8 m   60 m2  
zwembad       50 m2  
vlaggenmast     10 m    
kunstobject     3 m    
overige bouwwerken, geen gebouwen
of overkappingen zijnde  
  2 m    

7.3 Afwijking van de bouwregels
7.3.1 Afwijken bouwen grotere woning (750m3)

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2 onder g, met inachtneming van het volgende:

  • a. de inhoud van de woning bedraagt ten hoogste 750 m³;
  • b. de afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen; alvorens de omgevingsvergunning te verlenen vraagt het bevoegd gezag hierover advies aan de milieudeskundige;
  • c. de woning past stedenbouwkundig goed in zijn omgeving.

7.3.2 Afwijken grotere bijgebouwen

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2 onder i, met inachtneming van het volgende:

  • a. het gezamenlijke oppervlak van de bijgebouwen bedraagt ten hoogste 100 m²;
  • b. de afwijking is noodzakelijk voor:
    • 1. het hobbymatig houden van dieren;
    • 2. de opslag van machines en materialen ten behoeve van het onderhoud van het eigen terrein.

7.3.3 Afwijken vervangend nieuw bouwen bijgebouwen

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2 onder i, voor het vervangend nieuw bouwen van een bijgebouw, met inachtneming van het volgende:

  • a. de omgevingsvergunning wordt verleend indien gelijktijdig met de nieuwbouw een oppervlakte aan bestaande bijgebouwen van ten minste tweemaal de oppervlakte van de nieuw op te richten bebouwing wordt gesloopt;
  • b. de afwijking is noodzakelijk voor:
    • 1. het hobbymatig houden van dieren;
    • 2. de opslag van machines en materialen ten behoeve van het onderhoud van het eigen terrein.

7.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. de opslag van goederen anders dan in gebouwen is niet toegestaan;
  • b. het huisvesten van seizoensarbeiders is niet toegestaan;
  • c. aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, tenzij het vloeroppervlak ten behoeve van de laatstbedoelde activiteiten niet meer bedraagt dan 25% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen en in een omvang van ten hoogste 50 m², is niet toegestaan.
  • d. tenzij elders in dit artikel anders is bepaald, is het aanbieden van meer dan 5 slaapplaatsen ten behoeve van logies met ontbijt per woning is niet toegestaan;
  • e. het gebruiken van een aan- of uitbouw of vrijstaand bijgebouw ten behoeve van het ontvangen of verlenen van mantelzorg, of als gastenverblijf is niet toegestaan;
  • f. paardenbakken zijn niet toegestaan;
  • g. lichtmasten en lichtreclame zijn niet toegestaan;
  • h. bij een paardenbak is een geluidsinstallatie niet toegestaan;
  • i. het gebruik van (een deel van) de gebouwen als seksinrichting is niet toegestaan.

7.5 Afwijking van de gebruiksregels
7.5.1 Afwijking ten behoeve van mantelzorg

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.4voor het bieden van mantelzorg in een woning, aan- of uitbouw of een bijgebouw, met in achtneming van het volgende:

  • a. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend ter plaatse van een bouwperceel waarop krachtens het plan een woning is toegestaan en ook feitelijk aanwezig is;
  • b. de omgevingsvergunning slechts verleend indien sprake is van een goed woon- en verblijfsklimaat;
  • c. afwijking wordt slechts verleend als een zorgindicatie van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) of een daartoe strekkende doktersverklaring wordt overlegd;
  • d. per woning is slechts 1 aan- of uitbouw of bijgebouw als mantelzorgwoning toegestaan;
  • e. afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen.

7.5.2 Afwijking gastenverblijf

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.4onder e voor het inrichten en gebruiken van een aan- of uitbouw of een bijgebouw als gastenverblijf, met in achtneming van het volgende

  • a. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend ter plaatse een bouwperceel waarop krachtens het plan een woning is toegestaan en ook feitelijk aanwezig is en als de woning permanent wordt bewoond;
  • b. afwijking wordt slechts verleend als de aanvrager eigenaar en / of bewoner is van de onder a bedoelde woning;
  • c. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien sprake is van een goed woon- en verblijfsklimaat;
  • d. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend als op eigen terrein voorzien wordt in parkeerruimte voor ten minste één auto;
  • e. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend als het gastenverblijf uitsluitend voor niet-permanente bewoning wordt gebruikt;
  • f. commercieel gebruik van het gastenverblijf is niet toegestaan;
  • g. per woning is slechts 1 aan- of uitbouw of bijgebouw als gastenverblijf toegestaan;
  • h. afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen.

7.5.3 Afwijking bouwen paardenbak

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.4onder f, voor een paardenbak, met in achtneming van het volgende:

  • a. het oppervlak van de paardenbak bedraagt ten hoogste 800 m²;
  • b. de omgevingsvergunning wordt niet verleend binnen een afstand van 50 m ten opzichte van de meest nabij gelegen woning van derden;
  • c. verlichting door middel van lichtmasten van de paardenbak is niet toegestaan;
  • d. afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelmogelijkheden van omliggende bestemmingen en functies;
  • e. voorzien wordt in een afschermende landschappelijke inpassing die bestaat uit een beplantingsstrook met een struik- en boomlaag van voornamelijk streekeigen soorten, met een breedte van ten minste 5 m.