7.3 Afwijking van de bouwregels
7.3.1 Afwijken bouwen grotere woning (750m3)
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2 onder g, met inachtneming van het volgende:
-
a. de inhoud van de woning bedraagt ten hoogste 750 m³;
-
b. de afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van de gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen; alvorens de omgevingsvergunning te verlenen vraagt het bevoegd gezag hierover advies aan de milieudeskundige;
-
c. de woning past stedenbouwkundig goed in zijn omgeving.
7.3.2 Afwijken grotere bijgebouwen
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2 onder i, met inachtneming van het volgende:
-
a. het gezamenlijke oppervlak van de bijgebouwen bedraagt ten hoogste 100 m²;
-
b. de afwijking is noodzakelijk voor:
-
1. het hobbymatig houden van dieren;
-
2. de opslag van machines en materialen ten behoeve van het onderhoud van het eigen terrein.
7.3.3 Afwijken vervangend nieuw bouwen bijgebouwen
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.2 onder i, voor het vervangend nieuw bouwen van een bijgebouw, met inachtneming van het volgende:
-
a. de omgevingsvergunning wordt verleend indien gelijktijdig met de nieuwbouw een oppervlakte aan bestaande bijgebouwen van ten minste tweemaal de oppervlakte van de nieuw op te richten bebouwing wordt gesloopt;
-
b. de afwijking is noodzakelijk voor:
-
1. het hobbymatig houden van dieren;
-
2. de opslag van machines en materialen ten behoeve van het onderhoud van het eigen terrein.
7.5 Afwijking van de gebruiksregels
7.5.1 Afwijking ten behoeve van mantelzorg
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.4voor het bieden van mantelzorg in een woning, aan- of uitbouw of een bijgebouw, met in achtneming van het volgende:
-
a. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend ter plaatse van een bouwperceel waarop krachtens het plan een woning is toegestaan en ook feitelijk aanwezig is;
-
b. de omgevingsvergunning slechts verleend indien sprake is van een goed woon- en verblijfsklimaat;
-
c. afwijking wordt slechts verleend als een zorgindicatie van het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) of een daartoe strekkende doktersverklaring wordt overlegd;
-
d. per woning is slechts 1 aan- of uitbouw of bijgebouw als mantelzorgwoning toegestaan;
-
e. afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen.
7.5.2 Afwijking gastenverblijf
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.4onder e voor het inrichten en gebruiken van een aan- of uitbouw of een bijgebouw als gastenverblijf, met in achtneming van het volgende
-
a. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend ter plaatse een bouwperceel waarop krachtens het plan een woning is toegestaan en ook feitelijk aanwezig is en als de woning permanent wordt bewoond;
-
b. afwijking wordt slechts verleend als de aanvrager eigenaar en / of bewoner is van de onder a bedoelde woning;
-
c. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien sprake is van een goed woon- en verblijfsklimaat;
-
d. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend als op eigen terrein voorzien wordt in parkeerruimte voor ten minste één auto;
-
e. de omgevingsvergunning wordt slechts verleend als het gastenverblijf uitsluitend voor niet-permanente bewoning wordt gebruikt;
-
f. commercieel gebruik van het gastenverblijf is niet toegestaan;
-
g. per woning is slechts 1 aan- of uitbouw of bijgebouw als gastenverblijf toegestaan;
-
h. afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen.
7.5.3 Afwijking bouwen paardenbak
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 7.4onder f, voor een paardenbak, met in achtneming van het volgende:
-
a. het oppervlak van de paardenbak bedraagt ten hoogste 800 m²;
-
b. de omgevingsvergunning wordt niet verleend binnen een afstand van 50 m ten opzichte van de meest nabij gelegen woning van derden;
-
c. verlichting door middel van lichtmasten van de paardenbak is niet toegestaan;
-
d. afwijking leidt niet tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelmogelijkheden van omliggende bestemmingen en functies;
-
e. voorzien wordt in een afschermende landschappelijke inpassing die bestaat uit een beplantingsstrook met een struik- en boomlaag van voornamelijk streekeigen soorten, met een breedte van ten minste 5 m.