Plan: | Beheersverordening Eemshaven |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | beheersverordening |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1651.03BVEemshaven-0401 |
Bestaande situatie
Doel van deze beheersverordening is om gedurende een overgangsperiode tot een nieuw bestemmingsplan van kracht is te voorzien in een planologische regeling, die de bestaande rechten niet vergroten of verkleinen. In de voorliggende beheersverordening is het vigerend bestemmingsplan Buitengebied-Noord (Eemshaven) uit 1993 daarom als uitgangspunt genomen. De regelingen die hierin zijn opgenomen, zijn de basis geweest voor deze verordening. Daarnaast is echter zo veel mogelijk rekening gehouden met nieuwe wet en regelgeving (zoals beschreven in hoofdstuk 2 en 3).
De regels van de verordening zullen, gezien het bovenstaande, deels herkenbaar zijn vanuit het bestemmingsplan uit 1993 en deels ook nieuwe elementen bevatten. In de verordening zijn wijzigingsbevoegdheden niet overgenomen uit het bestemmingsplan uit 1993. Elementen waar geen gebruik meer van wordt gemaakt of die niet passen bij het beheerskarakter van een beheersverordening, zoals een beschrijving in hoofdlijnen, zijn ook niet overgenomen.
Naast overname van de vigerende bestemmingen, is de bestaande feitelijke situatie zoals die zich in de afgelopen 20 jaar heeft voorgedaan ook vastgelegd.
De verbeelding is eveneens een vertaling van de vigerende regeling uit 1993 en de vernieuwingen in het omgevingsrecht en bestaande situatie. Het betreft hier zowel de feitelijke bestaande situatie (actuele gebruik van de gronden) als de vigerende juridische regelingen. Specifieke regelingen met betrekking tot ontwikkelingen die inmiddels gerealiseerd zijn (zoals aanleg van wegen en fietspaden) komen niet terug in de beheersverordening.
Opzet regels
De beheersverordening maakt onderscheid in bouwregels, gebruiksregels en regels ten behoeve van nader toetsing in het kader van omgevingsvergunningsverlening (afwijkingsmogelijkheden van de rechtensregels en een omgevingsvergunningstelsel voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, en van werkzaamheden (voorheen het aanlegvergunningstelsel)). Hoofdregel is dat het bestaande gebruik mag worden voortgezet (mits niet illegaal uiteraard) en dat bestaande bebouwing mag worden herbouwd met dezelfde afmetingen. In de regels zijn de planologische mogelijkheden van het geldende bestemmingsplan overgenomen. In de beheersverordening is ook overgangsrecht opgenomen, dat wil zeggen dat illegale situaties niet door een beheersverordening worden gelegaliseerd.
In sommige gevallen is de regeling uit het oude bestemmingsplan niet meer herkenbaar. Zoals aangegeven heeft dit voornamelijk betrekking op onderdelen die tegenwoordig niet meer in planologische regelingen voorkomen (beschrijving in hoofdlijnen) of omdat die in een beheersverordening niet thuis horen (grootschalige ontwikkelingen). In andere gevallen is dit gebeurd omdat nieuwe wetgeving de betreffende regelingen heeft achterhaald. Een voorbeeld daarvan is dat in het vigerend bestemmingsplan specifieke categorieën BRZO 1999 bedrijven en opslag van gevaarlijke stoffen waren uitgesloten. Dit met name vanwege de bescherming van het Waddengebied. Aangezien de betreffende BRZO-inrichtingen nu ook onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen vallen en deze in het plan bij recht zijn uitgesloten, is in de verordening dus wel op een gelijke wijze als in het bestemmingsplan uit 1993 (nadere afweging op gevolgen voor Natuurgebied Waddenzee) bescherming opgenomen.