direct naar inhoud van 4.2 Provinciaal beleid
Plan: Multifunctioneel gebouw Vragender
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1586.BPVRA002-VG02

4.2 Provinciaal beleid

4.2.1 Streekplan Gelderland 2005

Ingevolge het Streekplan Gelderland 2005 is het perceel gelegen in Multifunctioneel gebied, Waardevol Landschap. In het Streekplan is opgenomen dat conform het generiek beleid een 'ja-mits' benadering geldt voor het toevoegen van bouwlocaties en andere ruimtelijke ingrepen, waarbij recht wordt gedaan aan de kernkwaliteiten van de desbetreffende landschappen. Voor deze gebieden geldt dat de kernkwaliteiten worden versterkt.

Genoemd Waardevol landschap maakt deel uit van het Nationaal Landschap Winterswijk.

Uitgewerkte kernkwaliteiten

De Nota Ruimte typeert het Nationaal Landschap Winterswijk als een kampen- en essenlandschap dat wordt gekenmerkt door een bijzondere kleinschalige openheid met een zeer groen karakter. Het zandplateau wordt doorsneden door kleine beekdalen en bevat ook nog enkele restanten van hoogveenontwikkeling en kleine boscomplexen. De weilanden en akkers, hier vaak kampen (eenmansessen), worden omzoomd door houtwallen.

In het Streekplan Gelderland 2005 is Winterswijk aangeduid als Waardevol Landschap. De volgende kernkwaliteiten worden in het streekplan beschreven:

- Kleinschalig, organisch begroeid halfopen landschap met afwisseling van bosjes, houtwallen, landbouwgrond, lanen, beken, boerderijen (oostelijke helft kleinschaliger dan westelijke helft);

- Rijk aan microreliëf (steilranden, essen en eenmansessen), een duidelijke terrasrand (westzijde);

- Meanderende beken in smalle dalen als doorgaande structuren, met natuurlijke begroeiing (elzen en essen) in halfopen landschap; overstromingsvlaktes in laagtes;

- Fraaie, open essen (opvallend groot op de plateaurand van Aalten tot Groenlo) en bijzondere broekgebieden;

- Historisch nederzettingspatroon vervlochten in het landschap: oude boerderijplaatsen (zoals scholtenhoeve), vele gehuchten en grotere nederzettingen.

In de vorm van een streekplanuitwerking heeft de provincie beleid en de begrenzing van de Nationale Landschappen bepaald. Hierin zijn de kernkwaliteiten voor het waardevol landschap Winterswijk als volgt uitgewerkt:

Kleinschalig, organisch begroeid halfopen landschap met afwisseling van bosjes, houtwallen, landbouwgrond, lanen, beken, boerderijen; oostelijke helft kleinschaliger dan westelijke helft

- De kleinschaligheid is deels te herleiden tot de kleinschalige geologie en geomorfologie van het Oost-Nederlands Plateau, die sterk afwijkt van het aanliggende dekzandlandschap: met heel karakteristieke structuren van kleine ingesneden beken op korte afstand van elkaar.

- De veel voorkomende NSW-landgoederen (Natuurschoonwet-landgoederen) met hun landerijen zijn karakteristiek voor het landschap. De afwisseling van natuur, bos en landschap en agrarisch gebruik zijn in ecologisch opzicht van grote waarde en geven het gebied het aanzien van een economisch, levend landschap. De landbouw speelt een belangrijke rol in het beheer van het landschap. In het oudhoevige landschap dragen de landgoederen bij aan een besloten, gevarieerd karakter, met een nog sterk aanwezige cultuurhistorische identiteit. In het jonge ontginningenlandschap heeft landgoedvorming plaatselijk eveneens een gevarieerd karakter doen ontstaan, maar hier ontbreken de oude bouwvallen (essen) en oude boerderijen, en valt de strakke, rechte verkavelingsstructuur op. Het grondgebruik, de afwisseling van grasland en akkerbouw naast de houtwalstructuren en de bossen geven het gebied zijn karakteristieke eigenschappen en vormen tezamen een waardevol agrarisch cultuurlandschap. De landbouw is een onmisbare activiteit in dit geheel.

- De koeien in de wei vormen een onmisbaar element in het landschap voor onder andere de genietende, recreërende en rustzoekende recreant.

- In de westelijke helft komt tussen de plateaurand Aalten-Groenlo en Winterswijk een komvormige laagte voor waar een afwijkende landschap is ontstaan op voormalig broek en veen. Dit jongere landschap is eveneens kleinschalig maar kent niet de afwisseling met beken, oude bouwlanden en hoeven. Dezelfde soort jongere landschappen komen voor aan de noordrand (o.a. Meddosche Veld en Masterveld).

Rijk aan microreliëf (steilranden, essen en eenmansessen), een duidelijke terrasrand (westzijde)

- De terrasrand ligt tussen Aalten en Groenlo. Bovenop de rand komen grote open escomplexen voor: tussen Aalten en Barlo en bij Vragender, en verspreid talloze kleinere essen; het patroon is grillig met veel gebogen wegen en esranden. Op de terrasrand komen veel jongere heideontginningen met rechthoekige patronen voor zoals Schaarsheide en Vragenderveld met heel andere patroonkenmerken. De hoge ligging nodigde in het verleden militaire activiteit uit waaraan de Besselinkschans bij Lievelde en de vestingstad Groenlo met zijn circumvallatielinie uit de Tachtigjarige oorlog nog herinnert.

- Essen, eenmansessen met steilranden komen overal in het gebied voor behalve in de jongere heide- broek- en veenontginningen.

Meanderende beken in smalle dalen als doorgaande structuren, met natuurlijke begroeiing (elzen en essen) in halfopen landschap; overstromingsvlaktes in laagtes

- De structuur van beken en beekjes die samenstromen in de Groenlose Slinge en de Bovenslinge wordt bepaald door de ondergrond en menselijke activiteit.

- Langs de beken zijn veel kleine tot middelgrote (loof)bossen gelegen. Op hogere plaatsen langs de beken is het natuurlijke reliëf opgehoogd met esdekken.

Fraaie, open essen (opvallend groot op de plateaurand van Aalten tot Groenlo) en bijzondere broekgebieden

- Voor de essen zie boven bij 'rijk aan microreliëf'.

- Bijzondere broek- en veengebieden zijn het Korenburgerveen en omgeving en het Wooldsche Veen, die getuigen van kleinschalige turfwinning.

Historisch nederzettingspatroon vervlochten in het landschap: oude boerderijplaatsen (zoals scholtenhoeven), vele gehuchten en grotere nederzettingen

- De enige grote nederzetting in het gebied zelf is Winterswijk dat als een spin in een web van wegen zit. Aan de westrand van het gebied en het plateau liggen Groenlo, Lichtenvoorde en Aalten.

- De vele gehuchten liggen verspreid in het land, de meeste bestaan uit oude en jongere gebouwen, van oorsprong veelal hoeven, in een karakteristieke losse structuur gegroepeerd bij of rond essen en esjes en in veel gevallen aan een beek.

- De verspreid gelegen oude boerderijen hebben veelal een bijbehorende eenmanses.

Wanneer een van de in het geding zijnde kernkwaliteiten wordt aangetast, maar andere kernkwaliteiten worden versterkt, en er over het geheel genomen sprake is van versterking van de kernkwaliteiten, kan dit acceptabel zijn. Bij toepassing van deze benadering kan het nodig zijn om het plangebied te vergroten om tot een acceptabele uitkomst te kunnen komen. Dat is niet het geval bij aantasting van onvervangbare en/of zeldzame kernkwaliteiten als karakteristieke openheid of sommige verkavelingspatronen. Algemene regels zijn hiervoor niet te geven: het is maatwerk dat Gedeputeerde Staten van geval tot geval zullen beoordelen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1586.BPVRA002-VG02_0005.png"

Het verzoek is gericht tot oprichten van een multifunctionele accommodatie naast de bestaande sporthal welke gedeeltelijk wordt uitgebreid aan de Kapelweg. Daarnaast worden in het landelijk gebied parkeerplaatsen aangelegd. Om de kernkwaliteiten te versterken zal het perceel landschappelijk worden ingepast.

In het gebied waar de ontwikkeling plaatsvindt is op grond van het bestemmingsplan "Buitengebied 1998" de volgende landschapswaardering van toepassing:

Ten noorden van het plangebied, daar waar de parkeervoorzieningen worden aangelegd, is de waardering:

b: (kleine) houtopstanden;

h: (kleinschalige) hoogteverschillen;

v: rustige omstandigheden/onverharde wegen.

Ten westen van het plangebied, buiten het plangebied, is de waardering

h: (kleinschalige) hoogteverschillen;

o: openheid;

v: rustige omstandigheden/onverharde wegen.

Om te waarborgen dat er een bijdrage wordt geleverd aan de ruimtelijke kwaliteit en de voornoemde landschapswaarderingen worden gehandhaafd of versterkt is door de initiatiefnemer een inrichtingsplan voor het plangebied ontwikkeld. Daarbij is aangesloten op het Landschapsontwikkelingsplan (LOP) van de gemeente Oost Gelre "Groen licht voor het landschap".

4.2.2 Landschapsplan

Op grond van het LOP is het perceel gelegen in het ensemble De Marke Vragender. De grote Vragender Es is een fenomeen. Vanouds was deze es als een echte es in gebruik als bouwland. tegenwoordig is hij overwegend in gebruik als gras- en maïsland. Om de es ligt een krans van oude boerenerven, verbonden door slingerende wegen. In het oosten ligt een smalle strook ontginning met daarachter het Vragenderveen. Het gebied wordt gekenmerkt door weidebouw en bouwland op de es, en om de es een gordel van kleinschalige afwisseling van wonen, landbouw, recreatie- en andere bedrijvigheid, daaromheen een overgang naar de agrarisch gebruikte ontginningen.

Bij de ontwikkeling van het inrichtingsplan is rekening gehouden met het karakter van de Marke Vragender. Door verzoeker is een schets ingediend met hierop de landschappelijke inpassing aangegeven. Dit plan is door de gemeentelijke landschapsdeskundige goed gekeurd. De schets behelst de aanleg van een beukenhaag rondom het aan te leggen parkeerterrein. De schets is bijgevoegd.

Door middel van een anterieure overeenkomst zal worden gewaarborgd dat deze landschappelijke inpassing ook daadwerkelijk wordt uitgevoerd.