Plan: | Chw bestemmingsplan Nieuw Boekhorst, Voorhout |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1525.BP2022TEY01074-VA02 |
het bestemmingsplan 'Chw bestemmingsplan Nieuw Boekhorst, Voorhout' met identificatienummer NL.IMRO.1525.BP2022TEY01074-VA02 van de gemeente Teylingen.
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een toevoeging van een afzonderlijke ruimte aan een hoofdgebouw, dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
een bijgebouw of overkapping gebouwd tegen een op hetzelfde perceel gelegen hoofdgebouw en/of tegen een op hetzelfde perceel gelegen aan en/of uitbouw en/óf tegen een ander tegen dit hoofdgebouw gebouwd bijgebouw of overkapping.
een vrij beroep, waarvan de activiteiten niet publiek gericht zijn, dat op kleine schaal in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning primair haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende beroepsuitoefening een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie. Zoals arts, notaris of advocaat.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn achter de achtergevel van het hoofdgebouw of achter een denkbeeldige lijn in het verlengde daarvan. Zie Figuur 2 in lid 1.144.2.
het voortbrengen van producten door middel van het hobbymatig telen van gewassen, of het hobbymatig houden van dieren ondergeschikt aan de onderliggende bestemming.
een bedrijf op beperkte schaal, opgenomen in de categorieën 1 of 2 van de Bijlage 1 of daarmee naar aard, omvang en invloed vergelijkbaar zijn, dat is gericht op het geheel of overwegend door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen van goederen en dat wordt uitgeoefend als klein ambachtelijk bedrijf.
een antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne.
een installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een of meer techniekkasten opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
een onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
het deel van het bouwperceel, of in de regels aangeduide aanduidingen op de verbeelding, uitgedrukt in procenten dat bebouwd mag worden.
het op kleine schaal tegen vergoeding aanbieden van ruimte voor nachtverblijf met een kortdurend en toeristisch karakter, al dan niet met ontbijt, in of bij een (bedrijfs)woning, zonder exploitatie van zaalaccommodatie en zonder zelfstandige kookgelegenheid.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen, alsmede verhuur, opslag en distributie van goederen.
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bestemd voor bewoning door (het huishouden van) één persoon, gezin of andere groep personen, die behoort bij en waarvan de bewoning verband houdt met de bedrijfsuitoefening of het beheer van het bedrijf of de instelling op het perceel waarop de woning zich bevindt.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet en de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
een bedrijf zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
een voor het publiek toegankelijke ruimte waarin het telen van bloemen, groenten en fruit en daarmee gelijk te stellen producten wordt uitgeoefend en verkoop van uit eigen tuin afkomstige producten plaatsvindt.
prostitutie, waarbij de seksueel-erotische dienstverlening in een besloten daarvoor specifiek bedoelde en ingerichte ruimte wordt aangeboden.
het plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke hoogte of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen binnenwerks is begrensd, dit met inbegrip van de begane grond en een dakterras en met uitsluiting van een zolder en (parkeer)kelder, die beiden lager zijn dan 1,5 m of niet voor verblijf geschikt zijn.
een al dan niet overdekt detailhandelsonderneming, waarin een volledig of nagenoeg volledig assortiment aan bouwmaterialen en doe-het-zelfproducten uit voorraad wordt aangeboden.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
de vloeroppervlakte van de ruimte, dan wel van meerdere ruimten van een vastgoedobject gemeten op vloerniveau langs de buitenomtrek van de (buitenste) opgaande scheidingsconstructie, die de desbetreffende ruimte(n) omhullen.
een gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
een woonvorm die niet op één lijn te stellen is met een huishouden, omdat:
een horecaonderneming, niet zijnde een discotheek of bar/dancing, uitsluitend of overwegend gericht op het verstrekken van dranken voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van kleine etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid.
vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en/of historische gaafheid.
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de dakgoot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van de constructie in het dakvlak is geplaatst.
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich boven de dakgoot bevindt, waarbij deze constructie (deels) boven de oorspronkelijke nok uitkomt en de onderzijden van de constructie in één of beide dakvlak(ken) is (zijn) geplaatst.
een buitenruimte, behorende bij het gebruik van het hoofdgebouw, dat bovenop het gehele of een gedeelte van een hoofdgebouw, aanbouw of uitbouw is gesitueerd.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen, die deze goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Waaronder niet begrepen een supermarkt of vergelijkbaar.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, internetwinkels en bankfilialen.
een detailhandelsonderneming nader te onderscheiden in de volgende branchegroepen:
een onderneming of instelling waarvan de werkzaamheden bestaan uit het verlenen van economische of maatschappelijke diensten aan derden, waaronder zijn begrepen kapsalons, schoonheidsinstituten, fotostudio's en naar aard daarmee gelijk te stellen bedrijven en inrichtingen, maar met uitzondering van een garagebedrijf en een seksinrichting.
een bouwkundige constructie die een ruimte in een gebouw scheidt van de buitenlucht, waarin geen te openen delen aanwezig zijn en met een karakteristieke geluidswering - conform NEN 5077 - die ten minste gelijk is aan het verschil tussen de geluidsbelasting van die constructie en 33 dB (ingeval van weg- en railverkeerslawaai) en 35 dB(A) (ingeval van industrielawaai), alsmede een bouwkundige constructie waarin alleen bij wijze van uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits die delen niet direct grenzen aan een geluidsgevoelige ruimte, zoals omschreven in artikel 1 van de Wet geluidhinder.
voorzieningen inzake onderwijs, en daarmee gelijk te stellen voorzieningen.
de bouwlaag op de begane grond.
een ruimte, waarin de hoofdtoegang van de woning is gelegen.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover dit bestemmingsplan deze die inrichting niet verbiedt.
het bedrijfsmatig, of in een omvang alsof die bedrijfsmatig is, prostitutie aanbieden door een natuurlijke persoon, groep van personen of rechtspersoon, die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend, zoals escortservices en bemiddelingsbureaus.
gebeurtenis, gericht op een groot publiek, met betrekking tot kunst, sport, ontspanning en cultuur.
gronden waarop evenementen plaatsvinden.
kruiden- en faunarijk grasland met een extensief beheer en gebruik dat is gericht op de realisatie en instandhouding van soortenrijke lage begroeiingen zodanig dat een bijdrage wordt geleverd aan de natuurwaarden.
recreatie met weinig dynamiek die nauwelijks druk uitoefent op de omgeving, zoals wandelen, fietsen, skaten, paardrijden, vissen en natuurobservatie.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
gevel die ten opzichte van de andere gevels van een geluidgevoelig gebouw relatief weinig wordt belast door geluid.
een al dan niet gebouwde voorziening kennelijk bedoeld voor het beperken van geluidhinder, zoals een scherm of geluidwal.
woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen en geluidsgevoelige terreinen, zoals bedoeld in artikel 1 van de Wet geluidhinder.
een woning, die zich bevindt in een woongebouw, dat bestaat uit vier of meer boven- of nagenoeg boven- elkaar gesitueerde woningen.
woning die rechtstreeks toegankelijk is op het straatniveau en waarvan één van de bouwlagen aansluit op het maaiveld.
een plan, dat al is gerealiseerd óf waarvoor vergunning is verleend of voor een plan dat nog niet (geheel) is gerealiseerd maar wel voorziet in een vergunning dat identiek is aan reeds vergund bouwplan voor hetzelfde type woning als de betreffende woning.
een gebouw dat geheel of vrijwel geheel bestaat uit glas of ander doorzichtig materiaal en dat dient voor het hobbymatig telen van planten.
het niet bedrijfsmatig en voor eigen particulier en hobbymatig gebruik houden van geringe aantallen vee zoals koeien, paarden, schapen en kippen.
een gebouw of een functioneel en/of bouwkundig samenhangend complex van gebouwen, dat op een bouwperceel door aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw aangemerkt moet worden.
een onderneming, gericht op één of meer van de navolgende activiteiten:
persoon of groep van personen, die een huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan, die binnen een woning gebruik maakt van dezelfde voorzieningen, niet zijnde bijzondere woonvorm.
nieuwe bouwwerken, maatregelen, voorzieningen die aansluiten op de behoeften van heden zonder dat schadelijke gevolgen ontstaan voor toekomstige generaties.
een deel van het water en de daarbij behorende voorzieningen, zoals aanlegsteigers, meerpalen en een botenhelling, ten behoeve van het afmeren van recreatieve vaartuigen voor zover dit bestemd en ingericht is voor het voor onbepaalde tijd veilig en beschut achterlaten van onbemande pleziervaartuigen en eventueel voor het tijdelijk verblijf van bemande pleziervaartuigen.
Niet als een bouwwerk aan te merken vouwwagen, kampeerauto, caravan, stacaravan of hiermee gelijk te stellen verplaatsbare onderkomen, die bestemd is voor recreatief verblijf en waarbij de gebruiker(s) hun hoofdverblijf elders hebben.
een voorziening gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
een constructie van één of meerdere schuine dakvlakken ter afdekking van een gebouw.
een bouwwerk van glas of ander lichtdoorlatend materiaal met een hoogte van 1,5 m of meer, ten behoeve van de teelt of veredeling van gewassen (trek-, tunnel-, schaduw-, boog-, gaas- en rolkassen daaronder begrepen, maar met uitzondering van schuurkassen).
bijeenkomstfunctie voor het bedrijfsmatig opvangen, verzorgen, opvoeden en begeleiden van kinderen die het basisonderwijs nog niet hebben beëindigd, maar geen gastouderopvang als bedoeld in de Wet kinderopvang.
het in een woning door de bewoner op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, voor zover sprake is van een inrichting type A, zoals bedoeld in het Activiteitenbesluit, en voor zover de woning in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt met een ruimtelijke uitstraling die daarbij hoort.
voorzieningen ten behoeve van activiteiten als wandelen, fietsen, vissen, zwemmen, kanoën, roeien en natuurobservatie in de vorm van bijvoorbeeld aanlegsteigers, picknickplaatsen, observatiepunten, informatieborden en banken.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, dat dient om kliko's uit het zicht te stallen.
bouwwerken, maatregelen, voorzieningen die de kwetsbaarheid voor klimaatverandering verminderen.
een constructie, die onderdeel uitmaakt van de erfafscheiding, waarbij de hoogte en de langste zijde van het grondvlak van de kolom een verhouding hebben van minimaal 2:1 en de langste zijde en de kortste zijde van dit grondvlak een verhouding hebben van maximaal 2:1.
voorziening met een of meer oplaadpunten, inclusief alle daarbij behorende en achterliggende installaties, en waarmee een elektrisch voertuig van stroom kan worden voorzien.
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van de aardoppervlakte, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
alle vormen van niet zijnde gemotoriseerd verkeer, waaronder (brom)fietsers, voetgangers, en geleiders/berijders van een dier.
educatieve, (para)medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke en religieuze voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van zorginstellingen en voorzieningen ten behoeve van de openbare dienstverlening, evenementen en verenigingsleven, alsmede ondergeschikte detailhandel en horeca in combinatie met en ten dienste van deze voorzieningen.
een huurwoning als bedoeld in artikel 1.1.1, eerste lid, onder j van het Besluit ruimtelijke ordening, met dien verstande dat op basis van de hardheidsclausule artikel 5 wordt afgeweken van de in de Doelgroepenverordening woningbouw gemeente Teylingen opgenomen regeling voor de jaarlijks te indexeren aanvangsprijs voor de woningen zoals opgenomen in artikel 1, aanhef, onderdeel c van de Doelgroepenverordening.
Indexatie middeldure huur in totaliteit, ook bij aanvangshuur op CPI+ 1% (CPI: jaarmutatie van de consumentenprijsindex reeks alle huishoudens zoals het Centraal Bureau voor de Statistiek jaarlijks in januari publiceert over het voorafgaande kalenderjaar).
de aan een gebied toegekende waarde gekenmerkt door botanische, faunistische, biologische bodemkundige en morfologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang.
de door de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut uitgegeven norm, zoals deze luidde op het moment van vaststelling van het plan.
verblijfsrecreatie waarbij uitsluitend van seizoensgebonden standplaatsen/ kampeermiddelen gebruik wordt gemaakt.
woningen die worden gerealiseerd na de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan. En waarbij er geen sprake is van herbouw of verbouw van een woning die reeds aanwezig is tijdens de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie, niet zijnde buurtaccu's.
een detailhandelsvoorziening binnen een andere hoofdbestemming of functie dan detailhandel, ten behoeve van en ondergeschikt aan die andere bestemming/functie, in oppervlakte maximaal 10% van het totale bedrijfsvloeroppervlak (b.v.o.) met een maximum van 100 m² (b.v.o.) en/of maximaal 20% van de totale omzet.
een woning die geen eigen toegang heeft en die de bewoner niet kan bewonen zonder daarbij afhankelijk te zijn van wezenlijke voorzieningen buiten de woning.
weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid onder b van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer.
erfafscheidingen bestaande uit lichte constructie met een overwegend transparante uitstraling.
alle vormen van maatschappelijke, ondersteunende dienstverlening van overheden afkomstig.
een bouwkundige constructie van enig omvang, geen gebouw zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak.
een locatie waar de consument uitsluitend via internet bestelde goederen kan afhalen of retourneren, waar uitsluitend logistiek en opslag van bestelde goederen gedurende een korte periode plaatsvindt en waarbij geen sprake is van uitstalling ten verkoop, of overige activiteiten.
elk vaartuig dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt voor enige vorm van pleziervaart, waterrecreatie of watersport met uitzondering van een zeilplank.
een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, architectonisch, kunstzinnig, juridisch, medisch, paramedisch, therapeutisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied.
vuurwerk, niet zijnde consumentenvuurwerk.
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
een seksinrichting of een escortonderneming.
dienstverlening, horecabedrijven uit ten hoogste categorie 1c van de Staat van horeca-activiteiten, publieksgerichte bedrijven, kantoren, praktijkruimte, aanvullende culturele en maatschappelijke voorzieningen zoals zijn opgenomen in bijlage 2 Lijst van aanvullende culturele- en maatschappelijke voorzieningen en ondergeschikte detailhandel in combinatie met en ten dienste van deze voorzieningen.
een horecaonderneming, uitsluitend of overwegend gericht op het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van dranken.
een bouwwerk of een bouwwerk, geen gebouw, zijnde bestemd voor het schuilen van dieren.
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte in een gebouw of een vaartuig, waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof het bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden; hieronder wordt tevens verstaan een seksbioscoop, escortbedrijf, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub, (raam)prostitutiebedrijf en een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
een bedrijfsmatige activiteit gericht op het verrichten van seksuele handelingen en/of het verrichten van erotisch/pornografische vertoningen.
alle voorzieningen, die uitnodigen om te spelen en te ontmoeten.
gebruiksfunctie voor het beoefenen van sport.
de Staat van Bedrijfsactiviteiten, die van deze regels deel uitmaakt.
de Staat van Horeca-activiteiten die van deze regels deel uitmaakt.
een al dan niet drijvende waterbouwkundige constructie, waaronder mede begrepen aanmeervoorzieningen, voor het aanleggen van boten en overige aanmeervoorzieningen, zoals meerpalen.
een buiten de besloten ruimte van een inrichting liggend deel van een horecabedrijf waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie kunnen worden bereid of verstrekt.
een vergroting van een ruimte van een hoofdgebouw, dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
de digitale kaart, waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden zijn aangegeven.
een bouwkundige constructie aangebracht aan de buitenzijde van een gevel van een gebouw met een geluidwerende functie ten behoeve van de betrokken gevel van het gebouw.
een constructie mede bedoeld voor het aanleggen van boten.
vervallen
gronden waarop voor particulier gebruik op recreatieve wijze voedings- en siergewassen worden geteeld.
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of ''uitstraling'' als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
de lijn waarin de voorgevel van een hoofdgebouw is gelegen, alsmede het verlengde daarvan. Zie Figuur 1 in lid 1.144.1.
de voorkeurswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder.
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
een niet-aangebouwde woning.
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
een bodemenergiesysteem, waarbij met behulp van een open of gesloten bronsysteem warmte/grondwater wordt onttrokken en warmte/grondwater na gebruik terug in de bodem ingebracht/geïnfiltreerd.
een voor de waterbeheersing bestemde geul die meestal permanent water bevat zoals rivier, kanaal, beek, sloot, gracht, met uitzondering van duikers.
de Wet geluidhinder.
bedrijf, zoals bedoeld in artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht, die in belangrijke mate geluidshinder kan veroorzaken.
het duurzaam hoofdverblijf houden door een huishouden in een woning of wooneenheid.
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor huisvesting van niet meer dan één huishouden.
een complex met zorgeenheden met bijbehorende voorzieningen waarbij in meer of minder mate zorg wordt verleend aan de bewoners, alsmede maatschappelijke en commerciële voorzieningen en horeca, ondersteunend aan activiteiten binnen het complex.
twee tegen elkaar geplaatste hellende dakvlakken boven twee (nagenoeg) evenwijdige muren, waarbij de andere muren tot onder of even boven de dakschilden zijn opgetrokken.
een zelfstandige woning is een woning met een eigen toegangsdeur die de bewoner van binnen en buiten op slot kan doen. In de woning moeten in elk geval aanwezig zijn: een eigen woon(slaap)kamer, een eigen keuken met aanrecht, aan- en afvoer voor water en een aansluitpunt voor een kooktoestel.
een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het verlenen van diensten als genoemd onder het begrip 'kantoor', waarbij de dienstverlening niet ten dienste staat van en verbonden is aan de uitoefening van bedrijfsactiviteiten, maar een afzonderlijke eenheid vormt.
de gronden die behoren bij het hoofdgebouw en gelegen zijn aan de zijkant(en) van het hoofdgebouw en tussen een denkbeeldige lijn in het verlengde van de voor- en achtergevel van het hoofdgebouw. Zie Figuur 2 in lid 1.144.2.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Bij het toepassen van deze regels wordt als volgt gemeten/gerekend:
de afstand tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot bouwperceelsgrenzen wordt daar gemeten waar deze afstand het kleinst is.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Bij ondergrondsbouwen: vanaf peil tot aan de bovenkant van de laagst gelegen afgewerkte vloer onder peil van een bouwwerk/gebouw.
Indien in of op het water wordt gebouwd: vanaf het Normaal Amsterdams Peil dan wel een ander plaatselijk aan te houden (gemiddeld) oppervlaktewaterpeil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Bij het bouwen binnen de molenbiotoop wordt de bouwhoogte gemeten vanaf het maaiveld van de molen (-0,2 m t.o.v. NAP).
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidingsmuren; bij afwezigheid van een gevel: de rand van het bouwwerk geprojecteerd op het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de gebruiksoppervlakte volgens het geldende Bouwbesluit.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. druiplijn, het boeiboord, daktrim, de nagenoeg horizontale dakrand van een plat dak of een ander, daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Indien in of op het water wordt gebouwd: het Normaal Amsterdams Peil dan wel een ander plaatselijk aan te houden (gemiddeld) oppervlaktewaterpeil tot aan de bovenkant van de goot c.q. druiplijn, het boeiboord, daktrim, de nagenoeg horizontale dakrand van een plat dak of een ander, daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Bij het bouwen binnen de molenbiotoop wordt de goothoogte gemeten vanaf het maaiveld van de molen (-0,2 m t.o.v. NAP).
tussen het peil, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de totale vloeroppervlakte van een in, winkel of bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
het overdekte grondoppervlak, dat loodrecht gelegen is onder het dakoppervlak.
deze worden buitenwerks gemeten, met dien verstande dat functioneel ondergeschikte bouwdelen zoals gangboorden tot een maximum van 0,50 meter buiten beschouwing worden gelaten.
De diepte van aanbouwen, uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen en – overkappingen aan de achtergevel wordt gemeten haaks vanuit de betreffende achtergevel van het hoofdgebouw.
De breedte van aanbouwen, uitbouwen en aangebouwde bijgebouwen en – overkappingen aan de zijgevel wordt gemeten haaks vanuit de betreffende zijgevel van het hoofdgebouw.
Als uit een nader akoestisch onderzoek blijkt dat de geluidbelasting op een woning lager is dan de bepaalde hogere waarde, dan geldt die lagere geluidwaarde voor de desbetreffende woning.
De voor Agrarisch aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Voor bouwwerken geen gebouw zijnde en geen overkappingen zijnde gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' is het in afwijking van het bepaalde in lid 3.2.1 toegestaan bestaande bouwwerken in stand te houden en opnieuw op te richten.
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Agrarisch zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 3.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 3.4.1 zijn slechts toelaatbaar, als daardoor de natuur- en landschapswaarden niet onevenredig worden. Hiervoor moet advies worden ingewonnen bij een landschapsdeskundige.
De voor Agrarisch - Waardevolle graslanden aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Agrarisch - Waardevolle graslanden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 4.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 4.3.1 zijn slechts toelaatbaar, als daardoor de natuur- en landschapswaarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast en als het leefgebied voor de rugstreeppad behouden blijft. Hiervoor moet advies worden ingewonnen bij een landschapsdeskundige en ecoloog.
De voor Bedrijf aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 6.1, aanhef, onderdeel b voor het realiseren van een voetbalkooi en skatepark, mits:
De voor Natuur aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag niet worden gebouwd.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Natuur zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 7.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in lid 7.3.1 zijn slechts toelaatbaar, als daardoor de natuur- en landschapswaarden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast en als het leefgebied voor de rugstreeppad behouden blijft. Hiervoor moet advies worden ingewonnen bij een landschapsdeskundige en ecoloog.
De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Voor erkers gelden de volgende regels:
Voor luifels gelden de volgende regels:
Voor bouwwerken geen gebouw zijnde en geen overkappingen zijnde gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' is het in afwijking van het bepaalde in lid 8.2.1 toegestaan bestaande bouwwerken in stand te houden en opnieuw op te richten.
De voor Verkeer aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor Verkeer - Verblijfsgebied aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor Water aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Breedte oppervlaktewater | Steiger | ||
Maximale breedte gemeten haaks op de oeverlijn | Maximaal oppervlak van de steiger | ||
> 3 m en < 10 m | 1/10 van de breedte van het oppervlaktewater | 2,5 m2 | |
> 10 m en < 20 m | idem | 5 m2 | |
> 20 m en < 50 m | idem | 10 m2 | |
> 50 m | idem | 15 m2 |
Tabel 1
De voor Wonen - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Voor dakterrassen gelden de volgende regels:
Achter de voorgevelrooilijn is per woning één zwembad toegestaan, met dien verstande dat:
Ten aanzien van het gebruik gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.1 voor het toestaan van kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten met in achtneming van de volgende regels:
De voor Woongebied aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Het gebruik van gronden en bouwwerken voor wonen (zoals bedoeld in artikel 13, lid 13.1 onderdeel a) binnen de bestemming ‘Woongebied’ is niet toegestaan indien niet binnen twee jaar na ingebruikname van gronden en bouwwerken voor wonen gemiddeld minimaal 75 m² aan openbare groenvoorziening per in gebruik genomen woning binnen de bestemming ‘Woongebied’ of ‘Groen’ is aangelegd en deze openbare groenvoorzieningen vervolgens niet in stand worden gehouden.
Onder openbare groenvoorziening in de zin van dit artikel (13.2.2) wordt verstaan: openbare groenstroken, parken, plantsoenen, bermen, wadi’s en speelplaatsen.
Vervallen
In aanvulling op het bepaalde in artikel 13.2.1, onderdeel a, wordt de omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen die tot gevolg heeft dat ten minste 1125 woningen binnen de bestemming kunnen worden gerealiseerd slechts verleend als aannemelijk is dat uiterlijk twee jaar na het verlenen van die vergunning een hoofdontsluitingsweg ten behoeve van de betreffende woningen is gerealiseerd, met een minimaal profiel conform Bijlage 4.
In aanvulling op het bepaalde in artikel 13.2.1, onderdeel a, wordt een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen voor het realiseren van gestapelde of grondgebonden woningen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van woongebied - voorwaardelijke verplichting trillingshinder - 1', of een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen voor het realiseren van grondgebonden woningen ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van woongebied - voorwaardelijke verplichting trillingshinder - 2' niet eerder verleend dan nadat een rapport is overgelegd, waaruit door middel van een dynamische berekening van de trillingssterkte blijkt dat de streefwaarden voor wonen nieuwe situatie, zoals bedoeld in Richtlijn deel B van Stichting Bouwresearch, niet worden overschreden.
Ter plaatse van de aanduiding 'sport' en de aanduiding 'maatschappelijk':
Voor erkers aan de voorgevel van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor erkers aan de zijgevel van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor dakterrassen gelden de volgende regels:
Achter de voorgevelrooilijn is per vrijstaande woning één zwembad toegestaan, met dien verstande dat:
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken geldt, in aanvulling op het bepaalde in artikel 20.5.2, dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk' en de aanduiding 'overige zone - publieke voorzieningen' nadere eisen te stellen aan de situering van vluchtwegen ten opzichte van risicobronnen.
Ten aanzien van het gebruik gelden de volgende regels:
Ter plaatse van sportvoorzieningen als bedoeld in 13.1, onderdeel e zijn tennis, padel, en hockey niet toegestaan.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 13.1, aanhef, onderdeel a, voor het toestaan van kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten met in achtneming van de volgende regels:
De voor Leiding - Hoogspanning aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor hoogspanningsleidingen met de daarbij behorende beschermingszone aan weerszijden uit het hart van de kabel.
Voor het bouwen geldt dat in afwijking van het bepaalde bij de bestemmingen zoals bedoeld in artikel 14.1 niet mag worden gebouwd.
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.2 en toestaan dat in de andere daar voorkomende bestemming(en) gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde worden gebouwd, mits:
In het belang van de hoogspanningsleidingen als bedoeld in artikel 14.1 is het, behoudens het bepaalde in artikel 14.4.2, verboden op en in de in artikel 14.1 bedoelde gronden zonder omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in artikel 14.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 14.4.1 zijn slechts toelaatbaar, mits:
De voor Leiding - Riool aangewezen gronden zijn – behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) – mede bestemd voor een rioolleiding.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 15.2 onder b. Deze omgevingsvergunning wordt verleend, indien de bij de betrokken bestemming(en) behorende bouwregels in acht worden genomen en het belang van de leiding(en) door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad. Hiervoor is een schriftelijk advies nodig van de beheerder van de rioolleiding.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Leiding - Riool' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 15.4.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 15.4.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien het leidingbelang daardoor niet onevenredig wordt geschaad. Hiervoor is een schriftelijk advies nodig van de beheerder van de rioolleiding.
De voor Waarde - Archeologie aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van 16.3.1 is niet van toepassing, als de werken en werkzaamheden, die:
Het archeologisch onderzoek als bedoeld in dit lid wordt uitgevoerd op basis van een Programma van Eisen opgesteld overeenkomstig de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie. Het Programma van Eisen wordt goedgekeurd door het bevoegd gezag. In het Programma van Eisen wordt aangegeven op welke wijze de voorwaarden die aan de omgevingsvergunning worden verbonden worden uitgevoerd.
Het bevoegd gezag kan besluiten dat het overleggen van een rapport van een archeologisch onderzoek als bedoeld in dit lid niet is vereist, als de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate op een andere wijze is vastgesteld.
Burgemeester en wethouders kunnen besluiten met toepassing van artikel 3.6 eerste lid onder a van de Wet ruimtelijke ordening, geheel of gedeeltelijk de verbeelding van het bestemmingsplan te wijzigen door:
De voor 'Waterstaat - Waterkering 1' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar geldende bestemming(en) - tevens bestemd voor de waterkering.
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 17.2. Deze vergunning wordt verleend, als de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het waterkeringsbelang door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad. Hiervoor is een schriftelijk advies nodig van de beheerder van de waterkering.
De voor 'Waterstaat - Waterkering 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), tevens bestemd voor het in stand houden van de peilscheiding.
Op de in lid 18.1 bedoelde gronden mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de in dit artikel bedoelde bestemming worden gebouwd en mogen andere bouwwerken en gebouwen overeenkomstig de bouwregels van de andere daar voorkomende bestemmingen worden gebouwd, mits het vloerpeil minimaal 0,4 m boven NAP ligt.
Het is verboden op of in de in lid 18.1 bedoelde gronden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 18.3.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 18.3.1 zijn slechts toelaatbaar, als advies wordt ingewonnen bij de beheerder van de peilscheiding en door die werken en werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen (onevenredige) afbreuk wordt gedaan aan de belangen van de peilscheiding.
Grond, die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen met betrekking tot de situering, de afmeting en de vormgeving van bebouwing, als dit naar hun oordeel noodzakelijk is in verband met:
Geluidgevoelige objecten en locaties | Waarden geluid wegverkeer (dB) incl. aftrek ex art 110g Wgh. | Waarden geluid railverkeer (dB) |
woning | 48 | 55 |
overige geluidsgevoelige objecten* | 48 | 53 |
Tabel 2 waarden geluid
*Artikel 1.2 Besluit geluidhinder: onderwijsgebouwen, ziekenhuizen en verpleeghuizen, verzorgingstehuizen, psychiatrische inrichtingen en kinderdagverblijven.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen met betrekking tot:
Maatregelen die zijn getroffen om het geluidniveau te verbeteren, om te voldoen aan de regels zoals genoemd in de artikelen 20.2 en 23.4 worden in stand gehouden, tenzij op aanvraag toestemming is verleend om via een gelijkwaardige maatregel minimaal hetzelfde geluidreducerend effect te bereiken. Het gestelde in dit artikel geldt dan voor die gelijkwaardige maatregel.
In aanvulling op het bepaalde in Hoofdstuk 2 mogen vlonders aangrenzend aan de watergangen worden gerealiseerd, waarbij het is toegestaan om een boot aan te meren, mits de vlonders centraal worden geconcentreerd op de kavel en maximaal 1/3 van de breedte van de kavel beslaan, met dien verstande dat een minimale breedte van 3 m altijd is toegestaan.
Voor het uitvoeren van ondergrondse werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden gelden, behoudens in deze regels opgenomen bepalingen, geen beperkingen.
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken, gelden de volgende bepalingen, tenzij in de regels anders is opgenomen:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 20.5.2 voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken met een ondergrondse bouwhoogte van maximaal 10 m onder maaiveld onder de voorwaarde dat de waterhuishouding niet ontoelaatbaar wordt verstoord.
Tot een gebruik in strijd met alle bestemmingen wordt in ieder geval begrepen:
Onverminderd het bepaalde in Hoofdstuk 2 en Artikel 21, lid 21.6 van dit bestemmingsplan geldt dat niet-locatiegebonden evenementen, zoals bedoeld in artikel 2.24 van de Algemene Plaatselijke Verordening Teylingen, in het plangebied zijn toegestaan.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 21.1 , voor het gebruik van gronden ten behoeve van terrassen behorende bij een horecabedrijf, mits:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 21.1, voor het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van evenementen op evenemententerreinen, ter plaatse van de aanduidingen 'overige zone - publieke voorzieningen', 'sport', en 'maatschappelijk' is, mits:
In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' de volgende regels:
vervallen
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - overgangszone' zijn de gronden, naast de aldaar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het instandhouden en versterken van de geomorfologische, bodemkundige, landschapsvisuele en ecologische overgang tussen de bestemmingen Natuur en Agrarisch - Waardevolle graslanden.
In aanvulling op het bepaalde in Hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'overige zone - publieke voorzieningen', ter plaatse van de bestemming Woongebied, de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 21.2 voor het toestaan van een hoger aantal, of hoger percentage, mits:
Het bevoegd gezag kan - tenzij hiervoor op grond van Hoofdstuk 2 al een omgevingsvergunning kan worden verleend - een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van de regels voor overschrijding van bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein; de overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bouwvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot. Deze omgevingsvergunning wordt niet verleend, als daardoor onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.
Het bevoegd gezag kan voor het realiseren van geluidsgevoelige objecten bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in Artikel 20, sublid 20.2.1, als het treffen van maatregelen voor het verlagen van de geluidbelasting op de gevels niet doelmatig is, voor zover:
Bij toepassing van het vorige lid 23.4 wordt:
Het bevoegd gezag kan in afwijking van de regels van dit bestemmingsplan eenmalig een extra kinderdagverblijf toestaan, mits het woon- en leefklimaat niet onevenredig wordt aangetast, waarbij tenminste wordt voldaan aan de in artikel 25.1 opgenomen geluidregels die overeenkomstige toepassing zijn.
Burgemeester en wethouders kunnen op grond van artikel 3.6, lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen besluiten één of meer bestemmingsvlakken met de bestemming Waarde - Archeologie geheel of gedeeltelijk te verwijderen, als:
Dagdeel | 07.00 - 19.00 uur | 19.00 - 23.00 uur | 23.00 - 07.00 uur |
Langtijdgemiddelde beoordelingsniveau LAr,LT als gevolg van activiteiten | 50 dB (A) | 45 dB (A) | 40 dB (A) |
Maximaal geluidniveau LAmax als gevolg van activiteiten | -- | 65 dB (A) | 60 dB (A) |
Tabel 3 geluidwaarden niet wonen functies
Het realiseren en gebruiken van laadpalen is toegestaan, met dien verstande dat:
Het realiseren en het gebruik van laadpalen op eigen terrein is togestaan, met dien verstande dat:
Bij omgevingsvergunning zijn in afwijking van de bouwregels in Hoofdstuk 2, bouwwerken toegestaan die innovatieve duurzaamheid en klimaatadaptatie bevorderen, met dien verstande dat:
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Chw bestemmingsplan Nieuw Boekhorst, Voorhout'.