direct naar inhoud van 4.8 Archeologie en cultuurhistorie
Plan: Sassenheim-West
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1525.BP2010SAS03003-0501

4.8 Archeologie en cultuurhistorie

4.8.1 Regelgeving en beleid

Rijksbeleid

Als gevolg van het Verdrag van Valletta, dat in 1998 door het Nederlandse parlement is goedgekeurd en in 2006 zijn beslag heeft gekregen in de Wet op de Archeologische Monumentenzorg, is de Monumentenwet 1988 gewijzigd. Rijk en provincie stellen zich op het standpunt dat in het ruimtelijk beleid zorgvuldig met het archeologische erfgoed moet worden omgegaan. Voor gebieden waar archeologische waarden voorkomen of waar reële verwachtingen bestaan dat ter plaatse archeologische waarden aanwezig zijn, dient voorafgaand aan bodemingrepen archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd. De uitkomsten van het archeologisch onderzoek dienen vervolgens volwaardig in de belangenafweging te worden betrokken.

Het Rijk heeft deze beleidsuitgangspunten neergelegd in onder meer de Cultuurnota 2005-2008, de Nota Belvedère, de Nota Ruimte en het Structuurschema Groene Ruimte 2.

Provinciaal beleid

De provincie Zuid-Holland hanteert in de Nota Regels voor Ruimte 2005 het uitgangspunt dat op terreinen die voorkomen op de Archeologische Monumentenkaart Zuid-Holland en in gebieden die op de kaart archeologische waarden van de Cultuurhistorische Hoofdstructuur (CHS) ten minste een redelijke tot grote kans op archeologische sporen hebben, archeologisch vooronderzoek in het kader van de planvoorbereiding dient plaats te vinden. Voor zover er onzekerheid bestaat over de precieze aanwezigheid van archeologische waarden, dient in het bestemmingsplan voor het bouwrijp maken een omgevingsvergunningsstelsel te worden gehanteerd. Het verlenen van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt daarbij afhankelijk gesteld van de uitkomsten van nader archeologisch onderzoek en de belangenafweging op grond daarvan.

Gemeentelijk beleid

In de nota 'Onder de grond - Beleid voor archeologie in Teylingen' (vastgesteld door de gemeenteraad op 20 mei 2010) is het gemeentelijk archeologiebeleid vastgelegd. Het beleid is gebaseerd op wetgeving en de archeologische verwachtings- en beleidskaart van Teylingen en heeft tot doel om het archeologisch erfgoed te behouden en te beschermen. Voor het nemen van beslissingen is een archeologische verwachtings- en beleidskaart opgesteld. Deze geeft inzicht in de archeologische waarden en verwachtingen in Teylingen. Op basis van deze kaart kunnen initiatiefnemers zo goed mogelijk worden geïnformeerd over eventuele archeologische consequenties van ruimtelijke ingrepen.

Op de archeologische beleidskaart zijn de archeologisch waardevolle gebieden aangegeven. De gebieden zijn onderverdeeld in Archeologisch Waardevolle Verwachtingsgebieden AWV 1 t/m 6 en Archeologische Waardevolle Gebieden AWG 1 t/m 2. Per gebied is een voorschrift aangegeven.

4.8.2 Onderzoek archeologie

Vanwege de verschillende gebieden met een archeologische verwachtingswaarde is in het plangebied de dubbelbestemming Waarde - Archeologie opgenomen. Binnen bepaalde voorwaarden dient voorafgaand aan de werkzaamheden een verkennend archeologisch onderzoek te worden uitgevoerd. Onderstaande figuur geeft de archeologische beleidskaart ter plaatse van het plangebied weer.

afbeelding "i_NL.IMRO.1525.BP2010SAS03003-0501_0010.jpg"

4.8.3 Onderzoek cultuurhistorie

Landgoed

Binnen het plangebied is het landgoed Het Oude Koningshuis gelegen. Deze van oorsprong zijnde buitenplaats werd waarschijnlijk rond 1628 aangelegd. Het buiten stond toen bekend als 'Ter Nieuwburgh', naar de stichter, jonkheer Johan van Nyenburgh. In 1680 kwam het landgoed in handen van stadhouder-koning Willem III. Waarschijnlijk is de naam Het Oude Koningshuis aan deze periode te danken.

afbeelding "i_NL.IMRO.1525.BP2010SAS03003-0501_0011.jpg"

Het Oude Koningshuis

In de achttiende eeuw heette het buiten ook wel 'Sassigt'. Rond het huisterrein lag een grillig vergraven gracht met eiland. Voor en achter het huis waren zichtassen. Nog altijd is het zicht vanuit het huis over de Wilhelminalaan vrij. De voormalige oprijlaan naar het huis liep ten zuiden van het huis en kwam uit bij het koetshuis. Bij de Hoofdstraat stond een koepel. In de tweede helft van de negentiende eeuw werd het terrein Het Oude Koningshuis grotendeels verkaveld.

Overeenkomstig artikel 14 van de Verordening Ruimte (zie paragraaf 2.1.2) is voor de landgoedbiotoop een vrijwaringszone op de verbeelding opgenomen. Volgens de verordening bestaat de landgoedbiotoop uit een aantal onderdelen:

  • 1. de buitenplaats zelf en daaromheen;
  • 2. de koppeling van het landgoed aan een structuur;
  • 3. het panorama;
  • 4. de zichtlijn;
  • 5. het blikveld.

Hieronder wordt ingegaan op de waarden van de landgoedbiotoop van Het Oude Koningshuis.

1. Buitenplaats zelf en daaromheen

De buitenplaats bestaat uit het complex in de huidige situatie met het in zeventiende-eeuwse herenhuis en een laatnegentiende-eeuws koetshuis. Daaromheen ligt het park met de gracht.

2. Basisstructuur

De (basis)structuur waar een buitenplaats bewust aan gekoppeld is kan bestaan uit een waterloop, weg, of beide. De basisstructuur is vaak gerelateerd aan de landschappelijke onderlegger. Een buitenplaats kan direct aan de basisstructuur grenzen, maar daaraan ook verbonden zijn via zichtlijnen (al dan niet gecombineerd met lanen). Voor het landgoed Het Oude Koningshuis wordt de basisstructuur gevormd door de Hoofdstraat.

3. Panorama / 4. Zichtlijn

Een panorama is een zichtrelatie tussen het hoofdhuis en de openbare ruimte buiten het complex. Het gaat vaak om een op enige afstand gelegen weg van waar het zicht door bomen in een trechtervorm wordt ‘geleid’ naar het huis. Een panorama waaiert uit en is geen nauw ingekaderde lijn: de zichtlijn.

Een zichtlijn is een nauw ingekaderde, ontworpen lijn, die van buiten de buitenplaats zicht geeft op het hoofdhuis en vice versa. De zichtlijn op de voorgevel van het Oude Koningshuis wordt gevormd door de ten zuidoosten van de buitenplaats gelegen Wilhelminalaan. Er is geen sprake van een panorama.

5. Blikveld

Het blikveld bestaat uit de vrije ruimte die nodig is om de buitenplaats van buiten af als geheel (dus vooral het park) te kunnen herkennen en ervaren. Het gaat om buitenplaatsen met hoog opgaande beplanting in een vlak en grotendeels open, groen, al dan niet agrarisch gebied. Het blikveld heeft een straal die overeenkomt met respectievelijk voorkant, achterkant en zijkant van de buitenplaats, plus het grotendeels open gebied tot de grens van de dichtstbijzijnde openbare ruimte (weg, meer, water en dergelijke). Indien een servituut van kracht is dat voorziet in een ruimer blikveld, dan wordt dat servituut aangehouden.

Het blikveld van Het Oude Koningshuis is gelegen te noordoosten van de buitenplaats, ter plaatse van de openbare ruimte bij het gemeentekantoor.

Monumenten

Binnen het plangebied zijn een drietal rijksmonumenten aanwezig en evenveel MIP-objecten (Monumenten Inventarisatie Project). De MIP-objecten bevinden zich langs de Hoofdstraat: villa Berkenrode (nr. 63), woonhuis Nancy (nr. 85) en een woonhuis (nr.15). De Rijksmonumenten, zoals genoemd in tabel 4.3 zijn niet weergegeven op de verbeelding behorende bij het bestemmingsplan omdat deze aanduiding niet in de SVBP2008 is opgenomen.

Tabel 4.3 Overzicht Rijksmonumenten in het plangebied

rijksmonument   monumentennummer   beschrijving   ligging  
Boerderij 'Hofstede Witrijk'   33031   gepleisterd langhuis 17e eeuw   Hoofdstraat 55-55a  
Boerderij 'Schoonewegen'   33039   langhuis 17e eeuw en schuur 18e eeuw   Rijksstraatweg 71
 
Het Koningshuis   33040   oorspronkelijke functie kasteel, buitenplaats   Wilhelminalaan 13-15