direct naar inhoud van Artikel 10 Recreatie
Plan: Partiële herziening buitengebied diverse percelen 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1509.BP000085-DE01

Artikel 10 Recreatie

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. recreatie;
  • b. een kampeerterrein ter plaatse van de aanduiding 'kampeerterrein';
  • c. een groepsaccomodatie ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie';
  • d. een kampeerboerderij ter plaatse van de aanduiding "kampeerboerderij".
  • e. een bedrijfswoning ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning';
  • f. aan huis verbonden beroep;
  • g. bed & breakfast;
  • h. horeca als nevenactiviteit;
  • i. detailhandel als nevenactiviteit;
  • j. bijbehorende gebouwen, bouwwerken geen gebouwen zijnde, sanitaire voorzieningen, voet- en fietspaden, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, kunstwerken, water en voorzieningen voor de waterhuishouding, tuinen en erven en nutsvoorzieningen.

10.2 Bouwregels
10.2.1 Algemeen
  • a. Gebouwen, bedrijfswoningen, recreatiewoningen, bijbehorende gebouwen bij een bedrijfswoning en bouwwerken geen gebouwen zijnde moeten, binnen het bouwvlak worden gebouwd.
  • b. Het bebouwde oppervlak zoals aangeduid op de verbeelding, mag niet worden overschreden.

10.2.2 Bedrijfsgebouwen
  • a. De goothoogte mag niet meer zijn dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' is aangegeven;
  • b. De bouwhoogte mag niet meer zijn dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is aangegeven.

10.2.3 Bedrijfswoningen
  • a. Bedrijfswoningen moeten binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. De inhoud van een bedrijfswoning is maximaal 750 m3;
  • c. De goothoogte van bedrijfswoningen is maximaal 3,5 meter;
  • d. De bouwhoogte van bedrijfswoningen is maximaal 8 meter.

10.2.4 Bijbehorende gebouwen bij bedrijfswoningen
  • a. De goothoogte van een bijbehorend gebouw bij een bedrijfswoning is maximaal 3 meter;
  • b. De bouwhoogte van een bijbehorend gebouw bij een bedrijfswoning is maximaal 6 meter.

10.2.5 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
  • a. De bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen is maximaal:
    • 1. voor (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw 1 meter;
    • 2. achter (het verlengde van) de voorgevel van het hoofdgebouw 2 meter;
  • b. De bouwhoogte van masten is maximaal 10 meter;
  • c. De bouwhoogte van speelvoorzieningen is maximaal 4 meter;
  • d. De bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde is maximaal 3 meter.

10.2.6 Recreatiewoningen
  • a. Recreatiewoningen moeten binnen het bouwvlak worden gebouwd met de nadere functieaanduiding 'recreatiewoning';
  • b. De inhoud van een recreatiewoning is maximaal 200 m³;
  • c. De goothoogte van een recreatiewoning is maximaal 3 meter;
  • d. De bouwhoogte van een recreatiewoning is maximaal 5 meter.

10.2.7 Bijbehorende gebouwen bij een recreatiewoning
  • a. De oppervlakte van bijbehorende gebouwen bij een recreatiewoning bedraagt maximaal 15 m2;
  • b. De goothoogte van een bijbehorend gebouw bij een recreatiewoning is maximaal 3 meter;
  • c. De bouwhoogte van een bijbehorend gebouw bij een recreatiewoning is maximaal 5 meter.

10.2.8 Ondergronds bouwen
  • a. Ondergronds bouwen is alleen toegestaan onder hoofd- en bijbehorende gebouwen;
  • b. Ondergronds bouwen is niet toegestaan onder recreatieverblijven, met uitzondering van funderingen en kabels en leidingen.
  • c. De verticale diepte is maximaal 3,50 meter.

10.3 Specifieke gebruiksregels

10.3.1 strijdig gebruik

Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval begrepen, het gebruik van vrijstaande bijgebouwen voor zelfstandige permanente bewoning of als afhankelijke woonruimte.

10.3.2 aan huis verbonden beroep
  • a. De oppervlakte die gebruikt wordt ten behoeve van het aan huis verbonden beroep beslaat maximaal 30% van het woonoppervlak met een maximum van 50 m2;
  • b. Het aan huis verbonden beroep wordt uitgeoefend door de bewoner van de woning.

10.3.3 Bed & breakfast
  • a. De ruimte die wordt gebruikt voor bed and breakfast voor maximaal 6 personen;
  • b. De accommodatie maakt deel uit van de woning;
  • c. De oppervlakte van de gehele accommodatie beslaat maximaal 30% van de woning, met een maximum van 50 m2;
  • d. De bewoner van de woning woont in het hetzelfde gebouw als de accommodatie;
  • e. Op eigen terrein dient in de parkeerbehoefte te worden voorzien;
  • f. Er mag geen opslag van goederen in de openlucht plaatsvinden;
  • g. Het gebruik mag door de visuele aspecten, zoals reclameuitingen en technische installaties, het landelijke karakter niet onevenredig aantasten.

10.3.4 Horeca als nevenactiviteit
  • a. Horeca als nevenactiviteit is naar aard en omvang gelijk aan categorie I van de staat van Horeca-activiteiten;
  • b. De oppervlakte van de ruimte voor horeca is maximaal 30% van het bedrijfsvloeroppervlak met een maximum van 50 m2;
  • c. De activiteit moet worden uitgeoefend door de ondernemer van de bijbehorende hoofdactiviteit;
  • d. Een zelfstandige vorm van horeca is niet toegestaan.

10.3.5 Detailhandel als nevenactiviteit
  • a. De oppervlakte van de ruimte voor detailhandel is maximaal 30% van het bedrijfsvloeroppervlak met een maximum van 50 m2;
  • b. De activiteit moet worden uitgeoefend door de ondernemer van de bijbehorende hoofdactiviteit;
  • c. Een zelfstandige vorm van detailhandel is niet toegestaan.

10.3.6 Kampeerterrein
  • a. Een kampeerterrein biedt ruimte aan maximaal 25 kampeermiddelen;
  • b. Ten behoeve van het kamperen zijn alleen mobiele kampeermiddelen toegestaan;
  • c. Van 15 maart tot 31 oktober mag het kampeerterrein in gebruik worden genomen. Buiten deze periode dient het kampeerterrein volledig te worden ontruimd.
  • d. uitsluitend binnen het bouwvlak bouwen van daarbij behouden, niet voor bewoning bestemde gebouwen, zoals sanitaire ruimten, en bouwwerken geen gebouwen zijnde, tot en goothoogte van 3 meter en een hoogte van 6 meter.

10.3.7 Uitsluiting permanente bewoning van recreatieverblijven

Onder verboden gebruik als bedoeld in artikel 7.10 eerste lid Wro wordt mede verstaan een gebruik van recreatiewoningen en stacaravans ten behoeve van permanente bewoning.

10.4 Afwijken van de gebruiksregels
10.4.1 Aan huis verbonden bedrijf

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in lid 1 voor het in gebruik nemen van een gedeelte van de woning met bijbehorende gebouwen voor de uitoefening van een bedrijf. De afwijking wordt verleend onder de voorwaarden dat:

  • a. de oppervlakte van de voor het bedrijf uit te oefenen ruimte maximaal 30% is van de vloeroppervlakte met een maximum van 50 m2;
  • b. er geen zelfstandige vorm van detailhandel ontstaat, uitgezonderd een beperkte verkoop in verband met het uitgeoefende bedrijf;
  • c. er geen milieutechnische belemmeringen zijn.