Gendringen - Noord, Ranonkel 18

1.2 Leeswijzer

Het bestemmingsplan bestaat formeel uit twee delen: de regels en een verbeelding, en gaat vergezeld van een toelichting. In de toelichting worden de overwegingen gegeven die hebben geleid tot het geven van een bepaalde bestemming aan een stuk grond evenals een uitleg van de gebruikte bestemmingen.

De toelichting is als volgt opgebouwd: Allereerst wordt in hoofdstuk 2 de bestaande situatie in het plangebied beschreven. In hoofdstuk 3 wordt de toekomstige situatie geschetst (mede door middel van bouwtekeningen). Hoofdstuk 4 bevat het beleidskader, waarbinnen de planvorming plaatsvindt. Vooral het planologisch beleid op provinciaal en gemeentelijk niveau komt aan bod.

In hoofdstuk 5 komen de zogenaamde omgevingsaspecten aan de orde. Ook wordt hier ingegaan op de aspecten archeologie en flora & fauna. De zogenaamde waterparagraaf wordt apart behandeld in hoofdstuk 6. Hoofdstuk 7 bevat de juridisch bestuurlijke aspecten van het bestemmingsplan. Zo wordt er een toelichting gegeven op het juridische plansysteem en op alle afzonderlijke bestemmingen.

In hoofdstuk 8 wordt kort ingegaan op de economische uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan. In hoofdstuk 9 is ten slotte plaats ingeruimd voor een korte toelichting op de maatschappelijke uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan. Eventueel ingediende zienswijzen zullen hier worden verwerkt.