direct naar inhoud van Artikel 30 Leiding - Hoogspanning
Plan: Buitengebied 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0988.BPBuitengebied-VA01

Artikel 30 Leiding - Hoogspanning

30.1 Bestemmingsomschrijving
30.1.1

De voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor een bovengrondse hoogspanningsverbinding van ten hoogste 150 kV.

30.1.2

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 45.2.

30.2 Bouwregels
30.2.1 Gebouwen

Op de voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

30.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op de voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die noodzakelijk zijn voor de aanleg en instandhouding van de in artikel 30.1 bedoelde hoogspanningsverbinding met dien verstande dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, maximaal 2,00 m mag bedragen, met uitzondering van de hoogte van masten ten behoeve van de in artikel 30.1 bedoelde hoogspanningsverbinding waarvan de bouwhoogte maximaal 40,00 m mag bedragen.

30.3 Nadere eisen

Niet van toepassing.

30.4 Afwijken van de bouwregels

Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 30.2, ten behoeve van het bouwen van gebouwen of andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde op de voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden, met dien verstande dat:

  • a. het doelmatig functioneren van de in artikel 30.1 bedoelde hoogspanningsverbinding niet wordt aangetast;
  • b. vooraf advies wordt ingewonnen bij de beheerder van de verbinding;
  • c. bebouwing mogelijk is op grond van de onderliggende bestemming.
30.5 Specifieke gebruiksregels

Niet van toepassing.

30.6 Afwijken van de gebruiksregels

Niet van toepassing.

30.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
30.7.1 Vergunningplicht

Het is verboden op of in de voor 'Leiding - Hoogspanning' aangewezen gronden zonder of in afwijking van omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanbrengen van hoog opgroeiende beplantingen of bomen;
  • b. het vellen of rooien van hoogopgaande beplanting of bomen;
  • c. het opslaan van producten en materialen, hoger dan 1,5 meter;
  • d. het wijzigen van het bestaande bodemniveau door het ophogen, afgraven of bodemverlagen boven een maat van 1,5 meter;
  • e. het aanleggen van andere kabels en leidingen dan de in artikel 30.1 bedoelde hoog-spanningsverbinding en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.
30.7.2 Uitzonderingen

Het verbod als bedoeld in artikel 30.7.1 is niet van toepassing, indien de werkzaamheden of werken:

  • a. werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip verleende (omgevings)vergunning/ontheffing of anderszins mogen worden uitgevoerd.
30.7.3 Toelaatbaarheid

De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 30.7.1 zijn slechts toelaatbaar indien:

  • a. door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen het doelmatig functioneren van de in artikel 30.1 bedoelde hoogspanningsverbinding niet wordt aangetast;
  • b. daarover vooraf advies wordt ingewonnen bij de beheerder van de verbinding.
30.8 Wijzigingsbevoegdheid

Niet van toepassing.