Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Vennendreef
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0984.BP09010-va01

Artikel 12 Leiding - Gas

12.1 Bestemmingsomschrijving

 
De voor “Leiding –Gas” aangewezen gronden zijn behalve voor de andere voorkomende bestemmingen mede bestemd voor de aanleg, instandhouding en bescherming van een ondergrondse gasleiding.

12.2 Bouwregels

 
Op de in lid 12.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bedoelde leidingen worden gebouwd.

12.3 Afwijken van de bouwregels

 
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de in de aanhef van dit artikel genoemde waarden en doeleinden kan bij een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in lid 12.2 voor het oprichten van bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemming(en) indien de belangen van de leidingfunctie dit gedogen, waarbij naast de directe leidingbelangen ook de veiligheid een rol speelt. Met het oog hierop wordt advies ingewonnen bij de beheerder van de betrokken leiding.

12.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 
12.4.1 Verboden werkzaamheden
Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de in de volgende tabel vermelde werken en werkzaamheden uit te voeren of te doen uitvoeren. De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend met inachtneming van de in de bestemmingsomschrijving genoemde waarden en als wordt voldaan aan de in de tabel genoemde criteria.
 
Omgevingsvergunning
plichtige werken /werkzaamheden
plichtige werken /werkzaamheden
Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning
  1. het wijzigen van het bodemniveau;
  2. het aanbrengen van gesloten oppervlakte verhardingen;
  3. het aanbrengen of rooien van diepwortelende beplanting;
  4. het uitvoeren van graafwerkzaamheden, anders dan normaal spit- en ploegwerk;
  5. het heien of anderszins in de grond brengen van voorwerpen.
De werken of werkzaamheden zijn slechts toelaatbaar, indien door de werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de bedrijfsveiligheid van de betrokken leiding niet in gevaar wordt of kan worden gebracht. Hieromtrent wordt advies ingewonnen bij de beheerder van de betrokken leiding.
 
12.4.2 Toegestane werkzaamheden
Het in lid 12.4.1 vervatte verbod geldt niet voor de werken of werkzaamheden:
  1. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan aanlegvergunning is verleend;
  2. die ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren;
  3. die betreffen het normale beheer en/of onderhoud.