direct naar inhoud van Artikel 4 Wonen
Plan: Genooyerweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0983.BP201202GENOOYERWG-VA01

Artikel 4 Wonen

4.1 Bestemmingsomschrijving
4.1.1 Bestemming

De op de Verbeelding voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. de uitoefening van beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten in hoofdgebouw en bijgebouw(en), met dien verstande dat het oppervlak ten behoeve van die activiteiten maximaal 40% van het vloeroppervlak per woning inclusief de bijgebouwen bedraagt, met een maximum van 50 m² en de activiteiten door de bewoners van het hoofdgebouw zelf worden uitgeoefend;
  • c. waterhuishoudkundige voorzieningen.

4.2 Bouwregels

Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde gelden de aanwijzingen op de verbeelding alsmede de volgende bepalingen:

4.2.1 Algemeen

Woningen en bijgebouwen zijn uitsluitend toegestaan binnen het bouwvlak.

4.2.2 Woning
  • a. De inhoud van de woning mag maximaal 900 m³ bedragen.
  • b. Ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand' mag uitsluitend een vrijstaande woning worden gebouwd.
  • c. De afstand tot de perceelsgrenzen moet ten minste 5 meter bedragen.
  • d. Per bouwvlak is één woning toegestaan.
  • e. De goothoogte van de woning mag niet meer bedragen dan 6 meter. De maximale nokhoogte bedraagt 9 meter.
  • f. Woningen dienen met een kap te worden afgedicht.

4.2.3 Bijbehorende bouwwerken
  • a. De bijbehorende bouwwerken mogen uitsluitend worden gebouwd op een afstand tot de perceelsgrenzen van tenminste 5 meter.
  • b. De maximale oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken mag maximaal 100 m² bedragen.
  • c. De goot- en nokhoogte van bijbehorende bouwwerken mag maximaal 3,3 meter respectievelijk 6 meter bedragen.

4.2.4 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

a. Op de gronden gelegen achter de gevellijn mag de hoogte maximaal 3 meter bedragen, met uitzondering van erfafscheidingen waarvan de hoogte maximaal 2 meter mag bedragen.

b. Op de gronden gelegen voor de gevellijn mag niet worden gebouwd.

4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing:

a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat;

b. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;

c. ter waarborging van de verkeersveiligheid;

d. ter waarborging van de sociale veiligheid;

e. ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing en/of oppervlakteverharding;

f. ter waarborging van de brandveiligheid en rampenbestrijding.

4.4 Specifieke gebruiksregels
4.4.1 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

a. detailhandel;

b. seksinrichtingen;

c. opslag van goederen en materialen voor de gevellijn;

d. wonen in een bijgebouw.

4.4.2 Voorwaardelijke bepaling dove gevels

Ten einde een goed woon- en leefklimaat zeker te stellen in de gewenste woning dient de woning te zijn voorzien van een dove gevel. Voor het bouwvlak geldt dat de noordoostelijke gevel van het hoofdgebouw wordt uitgevoerd als dove gevel.

4.4.3 Voorwaardelijke bepaling boscompensatie

Alvorens er binnen de bestemming Wonen gebouwd mag worden, dient het compensatieperceel, kadastraal bekend als locatie Velden, sectie M, nummer 41, te zijn ingericht volgens de bestemmingsomschrijving Bos die in dit bestemmingsplan aan de betreffende locatie gegeven is.