direct naar inhoud van 7.3 De planregels
Plan: Geluidsschermen A73 toerit
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0957.BP00000234-VG01

7.3 De planregels

7.3.1 Inleidende regels

Artikel 1. Begrippen

Dit artikel benoemt alle begrippen die in de planregels worden gebruikt c.q. die uitleg behoeven.

Artikel 2. Wijze van meten

Dit artikel bevat alle technische regelingen over het bepalen van oppervlakten, hoogtes, dieptes, breedtes, et cetera.

7.3.2 Bestemmingsregels

Artikel 3. Verkeer

Deze bestemming is toegekend aan het gebied waarop de weginrichting en de bijbehorende voorzieningen wordt gerealiseerd.

Functieaanduiding: 'geluidsscherm' (gs)

Deze functieaanduiding is toegekend aan de gronden waarop een geluidsscherm wordt aangebracht. Deze functieaanduiding biedt in combinatie met de bestemming 'Verkeer' een directe bouwtitel.

Artikel 4. Water

De watervoerende (primaire) wateren en watergangen in het plangebied hebben deze bestemming gekregen. Het betreft de Maasnielderbeek en de Spickerbroeklossing. De keur is op deze watergangen van toepassing. Deze hebben een primaire, watervoerende functie.

Binnen de bestemming Water zijn water en waterhuishoudkundige voorzieningen, groenvoorzieningen, eventueel in combinatie met infiltratievoorzieningen en bruggen toegestaan. Op de gronden mogen slechts bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de bestemming worden gebouwd met een maximale hoogte van 3 meter.

Tevens zijn de betreffende gronden bestemd voor de ondergeschikte functies verhardingen, oevers, taluds en onderhoudspaden.

Artikel 5. Leiding - Gas

In het plangebied ligt een aargastransportleiding die planologisch relevant is. Voor de gasleiding is de dubbelbestemming 'Leiding - Gas' opgenomen in het bestemmingsplan. De bestemming is ruimer gelegd in verband met bij de leiding in acht te nemen veiligheidsstroken (belemmerde strook).

De gronden waarop deze dubbelbestemming rust zijn primair bestemd voor de aanwezige gasleiding. Deze bestemmingsbepaling creƫert daarmee een voorrangsregeling ten opzichte van de onderliggende bestemming ten behoeve van de instandhouding van de leiding.

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van andere, voor deze gronden geldende bestemmingen, zijn uitsluitend toelaatbaar indien de belangen in verband met de betrokken leiding(en) zich hier niet tegen verzetten. Voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden is een omgevingsvergunning vereist. Bij het beoordelen van een aanvraag voor een omgevingsvergunning dient het college van burgemeester en wethouders advies in te winnen bij de leidingbeheerder.

Artikel 6. Waterstaat - Beschermingszone water

De gronden met deze medebestemming, gelegen binnen 5 meter aan weerszijden van een op de verbeelding weergegeven primair water, zijn mede bestemd voor nstandhouding en bescherming van de op de verbeelding weergegeven primaire wateren. De keur is op deze wateren van toepassing.

Artikel 7. Waterstaat - Waterlopen

De op de legger van het waterschap Roer en Overmaas weergegeven primaire wateren die geen oppervlakte water zijn en dus overkluist zijn, zijn met een breedte van 1,5 meter mede bestemd ten behoeve van een waterloop. De keur is op deze wateren van toepassing.

7.3.3 Algemene regels

Artikel 8. Antidubbeltelregel

Deze bepaling dient te voorkomen dat situaties ontstaan welke niet in overeenstemming zijn met de bedoeling van het plan. Omdat om een gebouw een zeker open terrein is vereist, wordt via de dubbeltelbepaling voorkomen dat grond die al eerder is ingebracht bij de beoordeling van een bouwplan (hetgeen nodig was om bijvoorbeeld aan de oppervlakte eis te kunnen voldoen) niet nogmaals bij de beoordeling van een omgevingsvergunning mag worden meegeteld.

Artikel 9. Algemene bouwregels

In dit artikel is de aanvullende werking van de bouwverordening uitgesloten. Verder is hier ingegaan op het rooilijnenbeleid en zijn beperkte overschrijdingen van de bouwregels verklaard.

Artikel 10. Algemene gebruiksregels

In dit artikel is onder andere bepaald dat met de bestemming strijdig gebruik verboden is. Het artikel vult artikel 7.10 Wro aan. Er is in aangegeven wat in ieder geval onder verboden gebruik van gronden en opstallen ten opzichte van het bestemmingsplan wordt verstaan. Daarnaast is in dit artikel de ontheffingsregel inzage het mees doelmatig gebruik (de "toverformule") opgenomen.

Artikel 11. Algemene aanduidingsregels

Binnen deze regels zijn drie aanduidingen opgenomen. Het betreft de geluidzone industrie, de veiligheidszone-LPG, de geluidzone-weg, vrijwaringszone-weg 50 meter, vrijwaringszone-weg 100 meter (beide ten behoeve van de A73), vrijwaringszone-weg 25 meter en de geluidszone-luchtvaart. Voor deze aanduidingen geldt dat de gronden naast de daar voorkomende bestemmingen mede bestemd zijn voor een ander doel. De geluidzone-industrie is bestemd voor de instandhouding en bescherming van de geluidsruimte in verband met de nabijheid van een inrichting als bedoeld in artikel 41 Wet geluidhinder. De veiligheidszone-LPG is bestemd voor de bescherming van het woon- en leefklimaat in verband met een LPG-installatie. De vrijwaringszones voor de wegen A73, N280 en N293 zijn bestemd voor de bescherming van wegen en betreft gronden waarop, in verband met de nabijheid van de betreffende weg, geen bebouwing opgericht mag worden. De geluidszone - luchtvaart is bestemd vanwege de invliegfunnel van het nabij gelegen vliegveld Bruggen, waarmee rekening gehouden dient te worden bij het wijzigen van functies.

Artikel 13. Algemene wijzigingsregels

Dit artikel geeft de mogelijkheid om een reconstructie van een gebied te realiseren of bestemmingen te wijzigen. Deze bepaling vindt zijn grondslag in artikel 3.6 lid a en b Wro.

7.3.4 Overgangs- en slotregels

Artikel 14.1. Overgangsrecht bouwwerken

Bouwwerken welke op het moment van tervisielegging bestaan (of waarvoor een omgevingsvergunning voor het bouwen is aangevraagd) mogen blijven bestaan, ook al is er strijd met de bebouwingsregels.

Artikel 14.2 Overgangsrecht gebruik

Het gebruik van grond en opstallen, dat afwijkt van de planregels op het moment waarop het plan rechtskracht verkrijgt, mag gehandhaafd worden. Indien de bouw of het gebruik plaats heeft gevonden in strijd met het voorheen geldende plan, is het overgangsrecht niet van toepassing.

Artikel 15. Slotregel

Deze bepaling geeft aan op welke manier het bestemmingsplan kan worden aangehaald.