Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Bestemmingsplan Overbroekerstraat 110
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0917.BP010600W000001-0401

Artikel 5 Wonen - Vrijstaand

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Wonen – Vrijstaand’ aangewezen gronden zijn bestemd voor vrijstaand wonen met aangrenzend erf. Binnen deze bestemming zijn, met inachtneming van het ‘schema inrichting’, toegelaten:
a. vrijstaande woningen;
b. aanbouwen en bijgebouwen;
c. bouwwerken, niet zijnde gebouwen;
d. verhardingen;
e. groenvoorzieningen;
f. voorzieningen ten behoeve van de waterhuishouding;
g. bijbehorende voorzieningen.
schema inrichting

5.2 Bouwregels

Binnen deze bestemming mag worden gebouwd ten dienste van deze bestemming en met inachtneming van de volgende bepalingen.
 
5.2.1 Woningen
Voor het bouwen van woningen gelden de volgende eisen:
a. situering binnen het bouwvlak, waarbij de voorgevel van de woning in of evenwijdig aan de voorste bouwgrens geplaatst dient te worden;
b. bouwwijze vrijstaand;
c. bouwhoogte maximaal 10,00 meter;
d. goothoogte maximaal 7 meter;
e. bebouwingspercentage maximaal 100 van het bouwvlak;
f. het aantal wooneenheden maximaal het aantal op de verbeelding ter plaatse van de aanduiding ‘aantal wooneenheden’ mag bedragen.
 
5.2.2 Bijgebouwen
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende eisen:
a. situering binnen het bestemmingsvlak;
b. bouwhoogte, daar waar bij de dakvorm sprake is van een platte afdekking maximaal 3,50 meter, daar waar voor de dakvorm aansluiting wordt gezocht bij een schuine kap: maximaal 5,00 meter;
c. bebouwingspercentage maximaal 50 van het bestemmingsvlak met een maximum van 60 m².
 
5.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende eisen:
a. situering, binnen het bestemmingsvlak;
b. bouwhoogte maximaal 2,50 meter indien gelegen op een minimale afstand van 1 meter achter de voorgevel van de hoofdbouw en maximaal 1 meter indien gelegen op een afstand van minder dan 1 meter achter de voorgevel van de hoofdbouw;
c. aard bij de bestemming passend.

5.3 Specifieke gebruiksregels

Ten aanzien van het gebruik van deze gronden gelden de volgende bepalingen:
a. de uitoefening van een aan huis gebonden beroep is toegestaan in de woning en de bijgebouwen met dien verstande dat maximaal 30% van het vloeroppervlak van de woning inclusief de daarbij behorende bijgebouwen tot een maximum van 80 m² als zodanig mag worden gebruikt;
b. de uitoefening van een consumentverzorgend beroep is niet toegestaan.

5.4 Afwijken van de gebruiksregels

5.4.1 consumentverzorgend beroep
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels zoals aangegeven in artikel 5.3, onder b, ten behoeve van het gebruik van de woning en de bijgebouwen voor de uitoefening van een consumentverzorgend beroep onder de voorwaarden dat:
a. het is een eenmansbedrijf;
b. er geen zelfstandige vorm van detailhandel ontstaat, met dien verstande dat beperkte verkoop inherent aan de betreffende activiteit is toegestaan;
c. voorzover de voorgenomen activiteiten meldings- c.q. vergunningplichtig zijn op grond van het bepaalde in de Wet milieubeheer zijn deze activiteiten in beginsel niet toegestaan, tenzij er geen overlast voor de omgeving op zal treden;
d. in totaal mag maximaal 30% van de grondvloeroppervlakte, maar nooit meer dan 80 m² worden gebruikt ten behoeve van een consumentverzorgend beroep;
e. de woonfunctie van het betreffende pand blijft in overwegende mate behouden;
f. geen onevenredige hinder wordt of kan worden toegebracht aan de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
g. het betreft niet zodanige verkeersaantrekkende activtiteiten die verkeersoverlast veroorzaken of die verkeersmaatregelen, waaronder extra parkeervoorzieningen, noodzakelijk maken;
h. er worden geen reclameborden groter dan 0,50 m² bij of aan de woning geplaatst.