Correctieve herziening bestemmingsplan Buitengebied

Regels

1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

De volgende begripsbepalingen worden vervangen door de volgende omschrijving en/of ingevoegd en/of aangevuld in artikel 1:

1.1 plan

het bestemmingsplan 'Correctieve herziening bestemmingsplan Buitengebied' van de gemeente Zundert

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand

NL.IMRO.0879.BPCHBuitengebied-OW01 

1.3 bestemmingsplan Buitengebied

de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0879.BPBuitengebied-VS01

1.4 bedrijfsgebouw

een gebouw, dat dient voor de uitoefening van een bedrijf

, niet zijnde de bedrijfswoning met bijbehorende bouwwerken.

Artikel 2 Wijze van meten

Geen onderdeel van deze herziening.

2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Agrarisch

 

3.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

3.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

3.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel artikel 3 lid 3 sub e. wordt gewijzigd in:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012

3.4 Afwijken van de bouwregels

3.4.1 Afwijken bouwhoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Het bepaalde in artikel 3 lid 4.1 sub f wordt gewijzigd in:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012

  

3.4.2 Afwijken ten behoeve van een hobbymatige paardenbak

Het bepaalde in artikel 3 lid 4.2 sub e wordt gewijzigd in:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012;

3.5 Specifieke gebruiksregels

3.5.1 Strijdig gebruik

Geen onderdeel van deze herziening.

3.5.2 Toegestaan gebruik

Geen onderdeel van deze herziening.

3.6 Afwijken van de gebruiksregels

3.6.1 Afwijken ten behoeve van minicampings

Het bepaalde in artikel 3 lid 6.1 sub g. wordt gewijzigd in:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012;

3.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

3.7.1 Verbod

Geen ondereel van deze herziening.

3.7.2 Uitzonderingen op het verbod

Geen onderdeel van deze herziening.

3.7.3 Afwegingskader

Het bepaalde in artikel 3 lid 7.3 sub b onder 3. wordt gewijzigd in:

 

er is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing en/of van een dusdanige positionering dat de landschappelijke waarden niet worden aangetast en voldaan wordt aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012;

 

3.7.4 Waarden

Geen onderdeel van deze herziening.

3.8 Wijzigingsbevoegdheid

3.8.1 Wijziging ten behoeve van vormverandering agrarisch bedrijf

Het bepaalde in artikel 3 lid 8.1 sub b wordt als volgt aangevuld:

 

deze wijzigingsbevoegdheid is niet van toepassing voor intensieve veehouderijen in de reconstructiewetzone - extensiveringsgebied, tenzij:

1. er sprake is van een omschakeling naar een grondgebonden bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3 
2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij, niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij, waarbij de vormverandering noodzakelijk is enkel voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;

Het bepaalde in artikel artikel 3 lid 8.1 sub i wordt als volgt gewijzigd:  

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

3.8.2 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf zonder aanduiding, of met de aanduiding glastuinbouw, bomenteelt, intensieve kwekerij of paardenhouderij

Het bepaalde in artikel 3 lid 8.2 wordt als volgt gewijzigd/aangevuld:

 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a. van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van vergroting van het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf (niet zijnde met de aanduiding intensieve veehouderij) mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

 

1. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan, indien de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf strak rondom een solitair gebouw is gelegen;
2. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan voor intensieve veehouderijen tenzij:
   1. er sprake is van omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3;
   2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij waarbij de vergroting enkel noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;
3. de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -ontwikkeling naar een reëel agrarisch bedrijf;
4. voor grondgebonden agrarische bedrijven, tevens boomteeltbedrijven met de aanduiding bomenteelt is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf toegestaan met een maximale omvang van 2 ha en met een maximale oppervlakte aan kassen van 5.000 m2 netto glas, mits geen omschakeling plaatsvindt naar een glastuinbouwbedrijf;
5. voor niet-grondgebonden agrarische bedrijven, al dan niet met de aanduiding intensieve kwekerij en niet zijnde een intensieve veehouderij is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf tot een omvang van 1,5 ha toegestaan met een maximale oppervlakte aan kassen van 5.000 m2 netto glas;
6. voor bestaande glastuinbouwbedrijven met de aanduiding glastuinbouw is vergroting toegestaan tot een maximum van 4 ha en maximaal 3 ha netto glas;
7. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - ecologische verbindingszone is uitsluitend toegestaan indien het functioneren van de ecologische verbindingszone niet onevenredig wordt geschaad;
8. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - zoekgebied beekherstel is uitsluitend toegestaan indien dit gebied niet minder geschikt wordt voor de verwezenlijking en het behoud, beheer en herstel van watersystemen;
9. de bestaande waterhuishouding niet negatief wordt beïnvloed;
10. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waarbij blijkt dat de natuurlijke, cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt dat voldaan wordt aan de milieuwetgeving;
11. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast. Dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;
12. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen;
13. een advies, zoals genoemd onderl.behoeft niet te worden gevraagd indien de vergroting enkel voor het plaatsen van permanente teeltondersteunende voorzieningen noodzakelijk is. De aanduiding specifieke vorm van agrarisch - teeltondersteunende voorzieningen zal dan worden opgenomen op de planverbeelding binnen de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf. De overige bepalingen in dit artikel blijven wel van toepassing;
14. er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

3.8.3 Wijziging ten behoeve van vergroting van agrarisch bedrijf met aanduiding intensieve veehouderij

Het bepaalde in artikel artikel 3 lid 8.3 wordt als volgt aangevuld/gewijzigd:

 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6 lid 1 onder a. van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van vergroting van het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf met de aanduiding intensieve veehouderij mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden: 

1. deze paragraaf is niet van toepassing indien er sprake is van:
   1. omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf, zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding 'intensieve veehouderij' gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3;
   2. een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij  niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij waarbij de vergroting noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;

           dan is artikel 3 lid 8.2 van toepassing;

 

    b.  de intensieve veehouderij niet gelegen is ter plaatse van de aanduiding reconstructiewetzone -

          extensiveringsgebied en/of wro-zone - ecologische verbindingszone;

    c.  de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -

          ontwikkeling van een reëel agrarisch bedrijf;

    d.  de vergroting is alleen mogelijk indien deze noodzakelijk is in het kader van dierenwelzijn;

    e.  er vindt geen uitbreiding plaats van het aantal dierplaatsen;

    f.    indien aan b. t/m d. wordt voldaan is een vergroting toegestaan naar maximaal 1,5 ha;

    g.  de bestaande waterhuishouding wordt niet negatief beïnvloed. Er wordt hieromtrent advies ingewonnen bij

         het Waterschapsbestuur;

    h.  er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waaruit blijkt dat de natuurlijke,

         cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt

        dat er voldaan wordt aan de milieuwetgeving;

    i.  het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetst. Dit betekent in ieder geval dat

        de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;

    j.  er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de

        Verordening ruimte 2012, conform de handreiking die als bijlage 2 behorende bij deze regels is

        opgenomen. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan

        door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

    k. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen.

3.8.4 Wijziging ten behoeve van vergroting en/of vormverandering Bedrijf

Aan het bepaalde in artikel 3 lid 8.4 sub e wordt het volgende toegevoegd:

 

oppervlakte van het bestemmingsvlak Bedrijf mag na vergroting niet meer bedragen dan 5.000 m2. zijn de huidige bestemmingsvlakken al groter, kan er geen gebruikt worden gemaakt van deze wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van vergroting;

 

Het bepaalde in artikel 3 lid 8.4 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

3.8.5 Wijziging ten behoeve van waterberging

Geen onderdeel van deze herziening.

3.8.6 Wijziging ten behoeve van natuurontwikkeling

Geen onderdeel van deze herziening.

3.8.7 Wijziging ten behoeve van ecologische verbindingszone

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 4 Agrarisch - Agrarisch bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

4.2 Bouwregels

4.2.1 Algemeen

Geen onderdeel van deze herziening.

4.2.2 Agrarische gebouwen, niet zijnde kassen

Geen onderdeel van deze herziening.

4.2.3 Kassen

Geen onderdeel van deze herziening.

4.2.4 Teeltondersteunende voorzieningen

Geen onderdeel van deze herziening.

4.2.5 Bedrijfsgebouwen ter plaatse van de aanduiding horeca en specifieke vorm van horeca - ijssalon

Geen onderdeel van deze herziening.

4.2.6 Bedrijfswoningen

Geen onderdeel van deze herziening.

4.2.7 Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen

Geen onderdeel van deze herziening.

4.2.8 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Het bepaalde in artikel 4 lid 2.8 sub j onder 4 wordt geschrapt:

 

er is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing;

4.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 4 lid 3 sub h wordt gewijzigd in:

    

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012;

4.4 Afwijken van de bouwregels

4.4.1 Afwijken ten behoeve van een grotere hoogte kassen

Het bepaalde in artikel 4 lid 4.1 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012;

4.4.2 Afwijken van de minimale afstanden

Geen onderdeel van deze herziening.

4.4.3 Afwijken gebouwen t.b.v. tijdelijke huisvesting tijdelijke werknemers (woonunits en/of stacaravans)

Het bepaalde in artikel 4 lid 4.3 wordt als volgt gewijzigd en aangevuld:

 

Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 4 lid 2.1 voor het plaatsen van tijdelijke huisvesting (stacaravan of woonunit) voor tijdelijke werknemers onder de voorwaarden dat:

 

1. de tijdelijke huisvesting van werknemers noodzakelijk is voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering vanuit het oogpunt van de opvang van de grote arbeidsbehoefte van dat bedrijf;
2. huisvesting ten gunste van andere bedrijven is toegestaan, mits minimaal 75% van de gehuisveste arbeidsmigranten werkzaam zijn binnen het eigen bedrijf of de inzetbaarheid binnen het eigen bedrijf minimaal 75% van de maximale huisvestingstermijn bedraagt;
3. het aantal te huisvesten arbeidsmigranten bedraagt per bedrijf niet meer dan 50, tenzij aannemelijk wordt gemaakt dat een groter aantal werknemers nodig is in verband met de specifieke bedrijfsvoering van het agrarisch bedrijf;
4. er wordt advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen met betrekking tot aanvragen voor de huisvesting van arbeidmigranten voor meer dan 15 personen;
5. de huisvesting wordt per kalenderjaar voor ten minste zes aaneengesloten weken onderbroken;
6. de stacaravan of woonunit heeft maximaal één bouwlaag;
7. de gezamenlijke oppervlakte van woonunits en/of stacaravans bedraagt maximaal 600 m2;
8. ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012;
9.  er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de in het geding zijnde belangen, waaronder die van omwonenden en omliggende (agrarische) bedrijven;
10. parkeren dient op eigen terrein te worden opgelost, inhoudende dat er minimaal één parkeerplaats per drie huisvestingsplaatsen moeten worden gerealiseerd;

 

Burgemeester en wethouders trekken de omgevingsvergunning in, indien de bij het verlenen van de omgevingsvergunning gebleken noodzaak voor huisvesting van tijdelijke werknemers niet meer aanwezig is.

4.4.4 Afwijken ten behoeve van tijdelijke woonunits voor mantelzorg

Geen onderdeel van deze herziening.

4.4.5 Afwijken grotere bouwhoogte agrarische bedrijfsgebouwen

Het bepaalde in artikel 4 lid 4.5 sub c wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.

4.5 Specifieke gebruiksregels

 Geen onderdeel van deze herziening.

4.6 Afwijken van de gebruiksregels

4.6.1 Afwijken ten behoeve van afhankelijke woonruimte ten behoeve van mantelzorg

Geen onderdeel van deze herziening.

4.6.2 Afwijken tijdelijke huisvesting tijdelijke werknemers

Het bepaalde in artikel 4 lid 6.2 wordt als volgt aangevuld:

 

k. er wordt advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen met betrekking tot aanvragen voor de huisvesting van arbeidmigranten voor meer dan 15 personen;

4.6.3 Afwijken ten behoeve van beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten aan huis

Geen onderdeel van deze herziening.

4.6.4 Afwijken ten behoeve van nevenactiviteiten; dagrecreatie en zorg

Het bepaalde in artikel 4 lid 6.4 sub d wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.

4.6.5 Afwijken ten behoeve van nevenactiviteiten; minicamping

Het bepaalde in artikel 4 lid 6.5 sub g wordt geschrapt:

 

 

4.6.6 Afwijken ten behoeve van nevenactiviteiten; bed & breakfast

Geen onderdeel van deze herziening.

4.6.7 Afwijken ten behoeve van nevenactiviteiten; recreatief plattelandsverblijf

Geen onderdeel van deze herziening.

4.7 Wijzigingsbevoegdheid

4.7.1 Wijziging ten behoeve van vergroting/vormverandering agrarisch bedrijf

4.7.1.1 Vormvergroting

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.1.1 wordt als volgt aangevuld:

 

Burgemeester en wethouder zijn bevoegd met toepassing van het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemmingsgrens van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf te doorbreken ten behoeve van een vergroting. Deze wijzigingsbevoegdheid dient gelijk met de wijzigingsbevoegdheid zoals genoemd in artikel 3 lid 8.2 artikel 3 lid 8.3 artikel 5 lid 8.2 artikel 5 lid 8.3 artikel 6 lid 7.2 artikel 6 lid 7.3 artikel 7 lid 8.2 artikel 7 lid 8.3 artikel 8 lid 8.2 artikel 8 lid 8.3  gevolgd te worden en gelden de voorwaarden zoals in die artikelen zijn opgenomen.

4.7.1.2 Vormverandering

Geen onderdeel van deze herziening.

4.7.2 Wijziging ten behoeve van omschakeling naar/hervestiging van boomteeltbedrijf

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.2 sub d wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

4.7.3 Wijziging ten behoeve van hervestiging van een grondgebonden agrarisch bedrijf

 Het bepaalde in artikel 4 lid 7.3 wordt als volgt aangepast en gewijzigd:

 

Burgemeester en wethouders izjn bevoegd met toepassing van het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen en op gronden met de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf de aanduiding specifieke vorm van agrarisch - voormalig agrarisch bedrijf, intensieve veehouderij of intensieve kwekerij te verwijderen en eventueel indien noodzakelijk de aanduiding 'bomenteelt' toe te kennen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

 

1. het dient te gaan om een volwaardig grondgebonden agrarisch bedrijf zonder intensieve neventak, dan wel een bedrijf dat naar verwachting binnen redelijke termijn zal uitgroeien tot een volwaardig grondgebonden agrarisch bedrijf;
2. er wordt advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen;
3. er is sprake van een
   ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;
4. de natuurlijke, cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden mogen niet onevenredig worden aangetast;
5. indien ter plaatse de dubbelbestemming Waterstaat - Waterwingebied is opgenomen, kan alleen gebruik gemaakt worden van deze wijzigingsbevoegdheid indien de aanleg, onderhoud en/of bescherming van het waterwingebied niet wordt benadeeld;
6. de wijziging is milieuhygiënisch uitvoerbaar;
7. indien noodzakelijk, kan deze wijzigingsgevoegdheid gelijk met de wijzigingsbevoegdheid zoalsgenoemd in artikel 3 lid 8.1 artikel 3 lid 8.2 artikel 5 lid 8.1 artikel 5 lid 8.2 artikel 6 lid 7.1 artikel 6 lid 7.2 artikel 7 lid 8.1 artikel 7 lid 8.2 artikel 8 lid 8.1 artikel 8 lid 8.2 worden ingezet (waarbij dan ook de in die artikelen geldende voowaarden van toepassing zijn).

  

4.7.4 Wijziging ten behoeve van de bouw van een eerste bedrijfswoning

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.4 sub j wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.  Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

4.7.5 Wijziging naar agrarisch hulpbedrijf of agrarisch verwant bedrijf

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.5 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.  Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vasgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

4.7.6 Wijziging naar niet-agrarisch bedrijf (niet zijnde agrarisch hulpbedrijf of agrarisch verwant bedrijf)

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.6 sub f wordt als volgt gewijzigd:

 

indien het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf geheel of gedeeltelijk grenst aan de bestemming Agrarisch met waarden - Beekdal en/of Agrarisch met waarden - Groenblauwe mantel moet deze nieuwe functie gepaard gaan met een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.  Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

4.7.7 Wijziging naar paardenhouderij

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.7 wordt als volgt gewijzigd/aangevuld:

 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf (al dan niet met de aanduiding specifieke vorm van agrarisch - voormalig agrarisch bedrijf) te wijzigen door de aanduiding paardenhouderij toe te kennen (en eventueel indien noodzakelijk de aanduiding specifieke vorm van agrarisch - voormalig agrarisch bedrijf te verwijderen), na verkleining, tevens in de bestemming Agrarisch, Agrarisch - Ahs plus, Agrarisch met waarden - Beekdal of Agrarisch met waarden - Groenblauwe mantel. waarbij na bedrijfsbeëindiging een paardenhouderij kan worden toegestaan onder de voorwaarden dat:

 

1. ter plaatse alle overige agrarische bedrijfsactiviteiten zijn beëindigd;
2. overtollige bebouwing is of wordt gesloopt;
3. slechts de vestiging van één bedrijf per bestemmingsvlak mogelijk wordt gemaakt;
4. in geval van vestiging van een productiegerichte paardenhouderij geldt dat deze grenst aan de bestemming Agrarisch, Agrarisch - Ahs plus, Agrarisch met waarden - Beekdal en/of Agrarisch met waarden - Groenblauwe mantel;
5. de oppervlakte van het bestemmingsvlak mag nooit meer bedragen van 1,5 ha;
6. de nieuwe functie leidt tot een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;
7. indien de bebouwing is aangeduid als cultuurhistorische waarde mag de functiewijziging geen onevenredige aantasting van de cultuuhistorische waarden tot gevolg hebben. Hieromtrent wordt advies gevraagd aan een ter zake deskundige commissie of instantie;
8. indien het betreffende voormalige agrarische bestemmingsvlak is gelegen op gronden die zijn aangeduid als Waarde - Kwetsbare soorten of Waarde - Struweelvogels, geldt dat het hergebruik zich dient te beperken tot de voormalige agrarische bedrijfslocatie, de rijhal een oppervlakte van maximaal 1.000 m2 mag hebben en er geen publieks en/of verkeersaantrekkende voorzieningen worden gebouwd en/of aangelegd;
9. zijn de in sub h genoemde aanduidingen niet op de betreffende gronden opgenomen, dan mag een rijhal van maximaal 1.500 m2 worden opgericht;
10. er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
11. de natuurlijke, cultuurhistorische, visueel-landschappelijke, abiotische en archeologische waarden niet onevenredig mogen worden aangetast;
12. sprake is van een goede milieuhygiënische uitvoerbaarheid;
13. de publieks- en/of verkeersaantrekkende werking mag niet onevenredig toenemen in relatie tot de functie en de aard van de weg aaraan de locatie is gelegen;
14. detailhandel is niet toegestaan;
15. horeca is en zelfstandige kantoren (met of zonder baliefunctie) zijn niet toegestaan.

 

4.7.8 Wijziging naar statische opslag

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.8 sub d wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

 

4.7.9 Wijziging naar recreatieve activiteiten

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.9 sub d wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

4.7.10 Wijziging naar maatschappelijk

Het bepaalde in artikel 4 lid 7.10 sub c wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

 

4.7.11 Wijziging naar Wonen

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 5 Agrarisch - Ahs plus

5.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

5.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

5.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 5 lid 3 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

5.4 Afwijken van de bouwregels

5.4.1 Afwijken bouwhoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Het bepaalde in artikel 5 lid 4.1 sub f wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

5.4.2 Afwijken ten behoeve van een paardenbak voor hobbymatig gebruik

Het bepaalde in artikel 5 lid 4.2 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

5.5 Specifieke gebruiksregels

5.5.1 Strijdig gebruik

Geen onderdeel van deze herziening.

5.5.2 Toegestaan gebruik

Geen onderdeel van deze herziening.

5.6 Afwijken van de gebruiksregels

5.6.1 Afwijken ten behoeve van minicampings

Het bepaalde in artikel 5 lid 6.1 sub g wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

5.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Geen onderdeel van deze herziening.

5.8 Wijzigingsbevoegdheid

5.8.1 Wijziging ten behoeve van vormverandering agrarisch bedrijf

Het bepaalde in artikel 5 lid 8.1 sub b wordt als volgt aangevuld:

 

deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan voor intensieve veehouderijen in de reconstructiewetzone - extensiveringsgebied, tenzij:

1. er sprake is van een omschakeling naar een grondgebonden bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3
2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding 'intensieve veehouderij' niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij, waarbij de vormverandering noodzakelijk is enkel voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren

Het bepaalde in artikel 5 lid 8.1 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.  Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

5.8.2 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf zonder aanduiding of met de aanduiding glastuinbouw, bomenteelt, intensieve kwekerij of paardenhouderij

Het bepaald in artikel 5 lid 8.2 wordt als volgt gewijzgd/aangevuld:

 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a. van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van vergroting van het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf (niet zijnde met de aanduiding intensieve veehouderij) mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

1. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan, indien de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf strak rondom een solitair gebouw is gelegen;
2. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan indien de aanduiding intensieve veehouderij is opgenomen tenzij:
   1. er sprake is van omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3 ;
   2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij, waarbij de vergroting enkel noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;
3. de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -ontwikkeling naar een reëel agrarisch bedrijf;
4. voor grondgebonden agrarische bedrijven, tevens boomteeltbedrijven met de aanduiding bomenteelt is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf toegestaan met een maximale omvang van 2 ha en met een maximale oppervlakte aan kassen van1,5 ha netto glas, mits geen omschakeling plaatsvindt naar een glastuinbouwbedrijf;
5. voor niet-grondgebonden agrarische bedrijven, al dan niet met de aanduiding intensieve kwekerij en niet zijnde een intensieve veehouderij is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf tot een omvang van 1,5 ha toegestaan met een maximale oppervlakte aan kassen van 5.000 m2 netto glas;
6. voor bestaande glastuinbouwbedrijven met de aanduiding glastuinbouw is vergroting toegestaan tot een maximum van 4 ha en maximaal 3 ha netto glas;
7. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - ecologische verbindingszone is uitsluitend toegestaan indien het functioneren van de ecologische verbindingszone niet onevenredig wordt geschaad;
8. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - zoekgebied beekherstel is uitsluitend toegestaan indien dit gebied niet minder geschikt wordt voor de verwezenlijking en het behoud, beheer en herstel van watersystemen;
9. de bestaande waterhuishouding niet negatief wordt beïnvloed;
10. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waarbij blijkt dat de natuurlijke, cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt dat voldaan wordt aan de milieuwetgeving;
11. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast. Dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;
12. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen;
13. een advies, zoals genoemd onderl.behoeft niet te worden gevraagd indien de vergroting enkel voor het plaatsen van permanente teeltondersteunende voorzieningen noodzakelijk is. De aanduiding specifieke vorm van agrarisch - teeltondersteunende voorzieningen zal dan worden opgenomen op de planverbeelding binnen de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf. De overige bepalingen in dit artikel blijven wel van toepassing;
14. er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement.

5.8.3 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf met aanduiding intensieve veehouderij

Het bepaalde in artikel 5 lid 8.3 wordt als volgt gewijzigd: 

1. deze paragraaf is niet van toepassing indien er sprake is van:
   1. omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf, zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding 'intensieve veehouderij' gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3;
   2. een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij waarbij de vergroting noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;

          dan is artikel 5 lid 8.2 van toepassing;

 

   b.   de intensieve veehouderij niet gelegen is ter plaatse van de aanduiding reconstructiewetzone -

         extensiveringsgebied en/of wro-zone - ecologische verbindingszone;

   c.  de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -

        ontwikkeling van een reëel agrarisch bedrijf;

   d.  de vergroting is alleen mogelijk indien deze noodzakelijk is in het kader van dierenwelzijn;

   e.  er vindt geen uitbreiding plaats van het aantal dierplaatsen;

   f.  indien aan b. t/m d. wordt voldaan is een vergroting toegestaan naar maximaal 1,5 ha;

   g.  de bestaande waterhuishouding wordt niet negatief beïnvloed. Er wordt hieromtrent advies ingewonnen bij

        het Waterschapsbestuur;

   h. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waaruit blijkt dat de natuurlijke,

       cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt

      dat er voldaan wordt aan de milieuwetgeving;

   i. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetst. Dit betekent in ieder geval dat

      de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;

   j. er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de

      Verordening ruimte 2012, conform de handreiking die als bijlage 2 behorende bij deze regels is

      opgenomen. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan

      door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

   k. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen

5.8.4 Wijziging ten behoeve van vergroting en/of vormverandering Bedrijf

Aan het bepaalde in artikel 5 lid 8.4 sub e wordt het volgende toegevoegd:

 

oppervlakte van het bestemmingsvlak Bedrijf mag na vergroting niet meer bedragen dan 5.000 m2. Zijn de huidige bestemmingsvlakken al groter, kan er geen gebruik gemaakt worden van deze wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van vergroting.

 

Het bepaaldfe in artikel 5 lid 8.4 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.  Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

5.8.5 Wijziging ten behoeve van natuurontwikkeling

Geen onderdeel van deze herziening.

5.8.6 Wijziging ten behoeve van ecologische verbindingszone

Geen onderdeel van deze herziening.

5.8.7 Wijziging ten behoeve van waterberging

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 6 Agrarisch - Boomteeltontwikkelingsgebied

6.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

6.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

6.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 6 lid 3 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

6.4 Afwijken van de bouwregels

6.4.1 Afwijken bouwhoogte bouwwerken geen gebouwen zijnde

Het bepaalde in artikel 6 lid 4.1 sub f wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,  

6.4.2 Afwijken ten behoeve van een paardenbak voor hobbymatig gebruik

Het bepaalde in artikel 6 lid 4.2 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

6.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

6.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Geen onderdeel van deze herziening.

6.7 Wijzigingsbevoegdheid

6.7.1 Wijziging ten behoeve van vormverandering agrarisch bedrijf

Het bepaalde in artikel 6 lid 7.1 sub b wordt als volgt gewijzigd:

 

deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan voor intensieve veehouderijen in de reconstructiewetzone - extensiveringsgebied, tenzij:

1. er sprake is van een omschakeling naar een grondgebonden bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3
2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij, waarbij de vormverandering noodzakelijk is enkel voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren

Het bepaalde in artikel 6 lid 7.1 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012, conform de handreiking die als bijlage 2 behorende bij deze regels is opgenomen.  Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

6.7.2 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf zonder aanduiding of met de aanduiding glastuinbouw, bomenteelt, intensieve kwekerij of paardenhouderij

Het bepaalde in artikel 6 lid 7.2 wordt als volgt gewijzigd/aangevuld:

 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a. van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van vergroting van het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf (niet zijnde met de aanduiding intensieve veehouderij) mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

1. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan, indien de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf strak rondom een solitair gebouw is gelegen;
2. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan indien de aanduiding intensieve veehouderij is opgenomen tenzij:
   1. er sprake is van omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3;
   2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij, waarbij de vergroting enkel noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;
3. de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -ontwikkeling naar een reëel agrarisch bedrijf;
4. voor grondgebonden agrarische bedrijven is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf toegestaan met een maximale omvang van 2 ha en met een maximale oppervlakte aan kassen van 1,5 ha netto glas, mits geen omschakeling plaatsvindt naar een glastuinbouwbedrijf;
5. voor niet-grondgebonden agrarische bedrijven, al dan niet met de aanduiding intensieve kwekerij en niet zijnde een intensieve veehouderij is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf tot een omvang van 1,5 ha toegestaan met een maximale oppervlakte aan kassen van 5.000 m2 netto glas;
6. voor bestaande glastuinbouwbedrijven met de aanduiding glastuinbouw en boomteeltbedrijven met de aanduiding bomenteelt is vergroting toegestaan tot een maximum van 4 ha en maximaal 3 ha netto glas;
7. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - ecologische verbindingszone is uitsluitend toegestaan indien het functioneren van de ecologische verbindingszone niet onevenredig wordt geschaad;
8. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - zoekgebied beekherstel is uitsluitend toegestaan indien dit gebied niet minder geschikt wordt voor de verwezenlijking en het behoud, beheer en herstel van watersystemen;
9. de bestaande waterhuishouding niet negatief wordt beïnvloed;
10. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waarbij blijkt dat de natuurlijke, cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt dat voldaan wordt aan de milieuwetgeving;
11. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast. Dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;
12. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen;
13. een advies, zoals genoemd onderl.behoeft niet te worden gevraagd indien de vergroting enkel voor het plaatsen van permanente teeltondersteunende voorzieningen noodzakelijk is. De aanduiding specifieke vorm van agrarisch - teeltondersteunende voorzieningen zal dan worden opgenomen op de planverbeelding binnen de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf. De overige bepalingen in dit artikel blijven wel van toepassing;
14. er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.  Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement.

   

6.7.3 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf met aanduiding intensieve veehouderij

Het bepaalde in artikel 6 lid 7.3 wordt als volgt gewijzigd:

 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6 lid 1 onder a. van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van vergroting van het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf met de aanduiding intensieve veehouderij mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

1. deze paragraaf is niet van toepassing indien er sprake is van:
   1. omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf, zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding 'intensieve veehouderij' gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3;
   2. een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij waarbij de vergroting noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;
   dan is artikel 6 lid 7.2 van toepassing;
2. de intensieve veehouderij niet gelegen is ter plaatse van de aanduiding reconstructiewetzone -
   extensiveringsgebied en/of wro-zone - ecologische verbindingszone;
3. de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -
   ontwikkeling van een reëel agrarisch bedrijf;
4. de vergroting is alleen mogelijk indien deze noodzakelijk is in het kader van dierenwelzijn;
5. er vindt geen uitbreiding plaats van het aantal dierplaatsen;
6. indien aan b. t/m d. wordt voldaan is een vergroting toegestaan naar maximaal 1,5 ha;
7. de bestaande waterhuishouding wordt niet negatief beïnvloed. Er wordt hieromtrent advies ingewonnen bij het Waterschapsbestuur;
8. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waaruit blijkt dat de natuurlijke,
   cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt dat er voldaan wordt aan de milieuwetgeving;
9. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetst. Dit betekent in ieder geval dat
   de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;
10. er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de
    Verordening ruimte 2012, conform de handreiking die als bijlage 2 behorende bij deze regels is
    opgenomen. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan
    door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;
11. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen

6.7.4 Wijziging ten behoeve van vergroting en/of vormverandering Bedrijf

Aan het bepaalde in artikel 6 lid 7.4 sub e wordt het volgende toegevoegd:

 

oppervlakte van het bestemmingsvlak Bedrijf mag na vergroting niet meer bedragen dan 5.000 m2. Zijn de huidige bestemmingsvlakken al groter, kan er geen gebruik gemaakt worden van deze wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van vergroting.

 

Het bepaalde in artikel 6 lid 7.4 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.  Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

6.7.5 Wijziging ten behoeve van waterberging

Geen onderdeel van deze herziening.

6.7.6 Wijziging ten behoeve van natuurontwikkeling

Geen onderdeel van deze herziening.

6.7.7 Wijziging ten behoeve van ecologische verbindingszone

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 7 Agrarisch met waarden - Beekdal

7.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

7.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

7.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 7 lid 3 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

7.4 Afwijken van de bouwregels

7.4.1 Afwijken bouwhoogte bouwwerken geen gebouwen zijnde

Het bepaalde in artikel 7 lid 4.1 sub g wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

7.4.2 Afwijken ten behoeve van een paardenbak voor hobbymatig gebruik

Het bepaalde in artikel 7 lid 4.2 sub f wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

7.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

7.6 Afwijken van de gebruiksregels

7.6.1 Afwijken ten behoeve van minicampings

Het bepaalde in artikel artikel 7 lid 6.1 sub g wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

7.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Geen onderdeel van deze herziening.

7.8 Wijzigingsbevoegdheid

7.8.1 Wijziging ten behoeve van vormverandering agrarisch bedrijf

Het bepaalde in artikel 7 lid 8.1 sub b wordt als volgt gewijzigd:

 

deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan voor intensieve veehouderijen in de reconstructiewetzone - extensiveringsgebied, tenzij:

1. er sprake is van een omschakeling naar een grondgebonden bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3
2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij, waarbij de vormverandering noodzakelijk is enkel voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren

Het bepaalde in artikel 7 lid 8.1 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

7.8.2 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf zonder aanduiding of met de aanduiding glastuinbouw, bomenteelt, intensieve kwekerij of paardenhouderij

Het bepaalde in artikel 7 lid 8.2 wordt als volgt gewijzigd/aangevuld:

  

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a. van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van vergroting van het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf (niet zijnde met de aanduiding intensieve veehouderij) mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

1. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan, indien de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf strak rondom een solitair gebouw is gelegen;
2. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan indien de aanduiding intensieve veehouderij is opgenomen tenzij:
   1. er sprake is van omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3 wordt verwijderd;
   2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij, waarbij de vergroting enkel noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;
3. de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -ontwikkeling naar een reëel agrarisch bedrijf;
4. voor grondgebonden agrarische bedrijven, tevens boomteeltbedrijven met de aanduiding bomenteelt is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf toegestaan met een maximale omvang van 2 ha en met een maximale oppervlakte aan kassen van 5.000 m2 netto glas, mits geen omschakeling plaatsvindt naar een glastuinbouwbedrijf;
5. voor niet-grondgebonden agrarische bedrijven, al dan niet met de aanduiding intensieve kwekerij en niet zijnde een intensieve veehouderij is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf tot een omvang van 1,5 ha toegestaan met een maximale oppervlakte aan kassen van 5.000 m2 netto glas;
6. voor bestaande glastuinbouwbedrijven met de aanduiding glastuinbouw is vergroting toegestaan tot een maximum van 4 ha en maximaal 3 ha netto glas;
7. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - ecologische verbindingszone is uitsluitend toegestaan indien het functioneren van de ecologische verbindingszone niet onevenredig wordt geschaad;
8. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - zoekgebied beekherstel is uitsluitend toegestaan indien dit gebied niet minder geschikt wordt voor de verwezenlijking en het behoud, beheer en herstel van watersystemen;
9. de bestaande waterhuishouding niet negatief wordt beïnvloed;
10. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waarbij blijkt dat de natuurlijke, cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt dat voldaan wordt aan de milieuwetgeving;
11. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast. Dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;
12. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen;
13. een advies, zoals genoemd onderl.behoeft niet te worden gevraagd indien de vergroting enkel voor het plaatsen van permanente teeltondersteunende voorzieningen noodzakelijk is. De aanduiding specifieke vorm van agrarisch - teeltondersteunende voorzieningen zal dan worden opgenomen op de planverbeelding binnen de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf. De overige bepalingen in dit artikel blijven wel van toepassing;
14. er is sprake van een
    ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement.

7.8.3 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf met aanduiding intensieve veehouderij

Het bepaalde in artikel 7 lid 8.3 wordt als volgt gewijzigd:

 

1. deze paragraaf is niet van toepassing indien er sprake is van:
   1. omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf, zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding 'intensieve veehouderij' gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3;
   2. een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij waarbij de vergroting noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;

         dan is artikel 7 lid 8.2 van toepassing;

 

    b.   de intensieve veehouderij niet gelegen is ter plaatse van de aanduiding reconstructiewetzone -

          extensiveringsgebied en/of wro-zone - ecologische verbindingszone;

    c.   de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -

          ontwikkeling van een reëel agrarisch bedrijf;

    d.   de vergroting is alleen mogelijk indien deze noodzakelijk is in het kader van dierenwelzijn;

    e.   er vindt geen uitbreiding plaats van het aantal dierplaatsen;

    f.   indien aan b. t/m d. wordt voldaan is een vergroting toegestaan naar maximaal 1,5 ha;

    g.  de bestaande waterhuishouding wordt niet negatief beïnvloed. Er wordt hieromtrent advies ingewonnen bij

         het Waterschapsbestuur;

    h. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waaruit blijkt dat de natuurlijke,

        cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt

        dat er voldaan wordt aan de milieuwetgeving;

    i.  het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetst. Dit betekent in ieder geval dat

       de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;

    j. er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de

       Verordening ruimte 2012, conform de handreiking die als bijlage 2 behorende bij deze regels is

       opgenomen. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan

       door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

   k. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen

7.8.4 Wijziging ten behoeve van vergroting en/of vormverandering Bedrijf

Aan het bepaalde in artikel 7 lid 8.4 sub e wordt het volgende toegevoegd:

 

oppervlakte van het bestemmingsvlak Bedrijf mag na vergroting niet meer bedragen dan 5.000 m2. Zijn de huidige bestemmingsvlakken al groter, kan er geen gebruik gemaakt worden van deze wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van vergroting.

 

Het bepaalde in artikel 7 lid 8.4 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

 

7.8.5 Wijziging ten behoeve van waterberging

Geen onderdeel van deze herziening.

7.8.6 Wijziging ten behoeve van natuurontwikkeling

Geen onderdeel van deze herziening.

7.8.7 Wijziging ten behoeve van ecologische verbindingszone

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 8 Agrarisch met waarden Groenblauwe mantel

8.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

8.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

8.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 8 lid 3 e wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

8.4 Afwijken van de bouwregels

8.4.1 Afwijken bouwhoogte bouwwerken geen gebouwen zijnde

Het bepaalde in artikel 8 lid 4.1 sub g wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

8.4.2 Afwijken ten behoeve van een paardenbak voor hobbymatig gebruik

Het bepaalde in artikel 8 lid 4.2 sub f wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

8.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

8.6 Afwijken van de gebruiksregels

8.6.1 Afwijken ten behoeve van minicampings

Het bepaalde in artikel 8 lid 6.1 sub g wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

8.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Geen onderdeel van deze herziening.

8.8 Wijzigingsbevoegdheid

8.8.1 Wijziging ten behoeve van vormverandering agrarisch bedrijf

Het bepaalde in artikel 8 lid 8.1 sub b wordt als volgt gewijzigd:

 

deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan voor intensieve veehouderijen in de reconstructiewetzone - extensiveringsgebied, tenzij:

1. er sprake is van een omschakeling naar een grondgebonden bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3
2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een schapen- en/of geitenhouderij waarbij de vormverandering noodzakelijk is enkel voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren

Het bepaalde in artikel 8 lid 8.1 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

8.8.2 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf zonder aanduiding of met de aanduiding glastuinbouw, bomenteelt, intensieve kwekerij of paardenhouderij

Het bepaalde in artikel 8 lid 8.1 wordt als volgt gewijzigd/aangevuld:

 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van het bepaalde in artikel 3.6 lid 1 onder a. van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van vergroting van het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf (niet zijnde met de aanduiding intensieve veehouderij) mits wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:

1. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan, indien de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf strak rondom een solitair gebouw is gelegen;
2. deze wijzigingsbevoegdheid is niet toegestaan indien de aanduiding intensieve veehouderij is opgenomen tenzij:
   1. er sprake is van omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding intensieve veehouderij wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3;
   2. er sprake is van een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een schapen- en/of geitenhouderij waarbij de vergroting enkel noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;
3. de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -ontwikkeling naar een reëel agrarisch bedrijf;
4. voor grondgebonden agrarische bedrijven, tevens boomteeltbedrijven met de aanduiding bomenteelt is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf toegestaan met een maximale omvang van 2 ha en met een maximale oppervlakte aan kassen van 5.000 m2 netto glas, mits geen omschakeling plaatsvindt naar een glastuinbouwbedrijf;
5. voor niet-grondgebonden agrarische bedrijven, al dan niet met de aanduiding intensieve kwekerij en niet zijnde een intensieve veehouderij is vergroting van de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf tot een omvang van 1,5 ha toegestaan met een maximale oppervlakte aan kassen van 5.000 m2 netto glas;
6. voor bestaande glastuinbouwbedrijven met de aanduiding glastuinbouw is vergroting toegestaan tot een maximum van 4 ha en maximaal 3 ha netto glas;
7. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - ecologische verbindingszone is uitsluitend toegestaan indien het functioneren van de ecologische verbindingszone niet onevenredig wordt geschaad;
8. vergroting op gronden gelegen ter plaatse van de aanduiding of grenzend aan de aanduiding wro-zone - zoekgebied beekherstel is uitsluitend toegestaan indien dit gebied niet minder geschikt wordt voor de verwezenlijking en het behoud, beheer en herstel van watersystemen;
9. de bestaande waterhuishouding niet negatief wordt beïnvloed;
10. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waarbij blijkt dat de natuurlijke, cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt dat voldaan wordt aan de milieuwetgeving;
11. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast. Dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;
12. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen;
13. een advies, zoals genoemd onderl.behoeft niet te worden gevraagd indien de vergroting enkel voor het plaatsen van permanente teeltondersteunende voorzieningen noodzakelijk is. De aanduiding specifieke vorm van agrarisch - teeltondersteunende voorzieningen zal dan worden opgenomen op de planverbeelding binnen de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf. De overige bepalingen in dit artikel blijven wel van toepassing;
14. er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement.

8.8.3 Wijziging ten behoeve van vergroting agrarisch bedrijf met aanduiding intensieve veehouderij

Het bepaalde in artikel 8 lid 8.3 wordt als volgt gewijzigd:

 

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met toepassing van artikel 3.6 lid 1 onder a. van de Wet ruimtelijke ordening de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Agrarisch - Agrarisch bedrijf ten behoeve van vergroting van het bestemmingsvlak Agrarisch - Agrarisch bedrijf met de aanduiding intensieve veehouderij mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

1. deze paragraaf is niet van toepassing indien er sprake is van:
   1. omschakeling naar een grondgebonden agrarisch bedrijf, zonder intensieve (neven)tak en de aanduiding 'intensieve veehouderij' gelijktijdig wordt verwijderd op basis van artikel 4 lid 7.2 of artikel 4 lid 7.3;
   2. een gemengd agrarisch bedrijf, met de aanduiding intensieve veehouderij niet zijnde een bedrijf met een schapen- en/of geitenhouderij waarbij de vergroting noodzakelijk is voor de grondgebonden bedrijfstak en niet ten behoeve van de bouw van een gebouw voor het houden van dieren;
   dan is artikel 8 lid 8.2 van toepassing;
2. de intensieve veehouderij niet gelegen is ter plaatse van de aanduiding reconstructiewetzone -
   extensiveringsgebied en/of wro-zone - ecologische verbindingszone;
3. de vergroting dient noodzakelijk te zijn vanuit het oogpunt van een doelmatige bedrijfsvoering en/of -
   ontwikkeling van een reëel agrarisch bedrijf;
4. de vergroting is alleen mogelijk indien deze noodzakelijk is in het kader van dierenwelzijn;
5. er vindt geen uitbreiding plaats van het aantal dierplaatsen;
6. indien aan b. t/m d. wordt voldaan is een vergroting toegestaan naar maximaal 1,5 ha;
7. de bestaande waterhuishouding wordt niet negatief beïnvloed. Er wordt hieromtrent advies ingewonnen bij het Waterschapsbestuur;
8. er dient sprake te zijn van een concreet ingediend plan, waaruit blijkt dat de natuurlijke,
   cultuurhistorische, visueel-landschappelijke en abiotische waarden niet worden aangetast en waaruit blijkt dat er voldaan wordt aan de milieuwetgeving;
9. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetst. Dit betekent in ieder geval dat
   de gebruiksmogelijkheden van omliggende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;
10. er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de
    Verordening ruimte 2012, conform de handreiking die als bijlage 2 behorende bij deze regels is
    opgenomen. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan
    door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;
11. er wordt vooraf advies ingewonnen bij de Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen

 

8.8.4 Wijziging ten behoeve van vergroting en/of vormverandering Bedrijf

Aan het bepaalde in artikel 8 lid 8.4 sub e wordt het volgende toegevoegd:

 

oppervlakte van het bestemmingsvlak Bedrijf mag na vergroting niet meer bedragen dan 5.000 m2. Zijn de huidige bestemmingsvlakken al groter, kan er geen gebruik gemaakt worden van deze wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van vergroting.

 

Het bepaalde in artikel 8 lid 8.4 sub ha wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

8.8.5 Wijziging ten behoeve van waterberging

Geen onderdeel van deze herziening.

8.8.6 Wijzing ten behoeve van natuurontwikkeling

Geen onderdeel van deze herziening.

8.8.7 Wijziging ten behoeve van ecologische verbindingszone

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 9 Bedrijf

9.1 Bestemmingsomschrijving

Het bepaalde in de tabel in artikel 9 lid 1 sub d wordt als volgt gewijzigd:

 

d.   tevens een agrarisch technisch hulpbedrijf ter plaatse aangeduid zoals opgenomen in de tabel agrarisch 

      technisch hulpbedrijven:

 

aanduiding	functie/aard bebouwing	adres	huisnr.	oppervlakte bedrijfsbebouwing in m2
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening

 

Het bepaalde in de tabel in artikel 9 lid 1 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

e.   tevens een overig bedrijf eventueel ter plaatse aangeduid in de tabel overige bedrijven:

 

aanduiding	functie/aard bebouwing	adres	huisnr.	oppervlakte bedrijfsbebouwing in m2
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
specifieke vorm van bedrijf-constructie en techniek	metaalbewerkings- en metaalconstructiebedrijf	Oude Heistraat	3, 5 en 5a	4.834 m2
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening
geen onderdeel van deze herziening

         

9.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

9.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 9 lid 3 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012.

9.4 Afwijken van de bouwregels

9.4.1 Algemeen

Geen onderdeel van deze herziening.

9.4.2 Afwijken ten behoeve van een grotere goot- en/of bouwhoogte

Het bepaalde in artikel 9 lid 4.2 sub a onder 2 wordt als volgt gewijzigd:

 

ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

9.4.3 Afwijken ten behoeve van tijdelijke woonunits t.b.v. mantelzorg

Geen onderdeel van deze herziening.

9.4.4 Afwijken ten behoeve van een paardenbak voor hobbymatig gebruik

Het bepaalde in artikel 9 lid 4.4 sub d wordt geschrapt:

 

er is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing, overeenkomstig de inrichtingsprincipes en regels welke zijn opgenomen in de Landschapsvisie in de bijlage bij deze planregels;

9.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

9.6 Afwijken van de gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

9.7 Wijzigingsbevoegdheid

9.7.1 Wijziging naar Wonen

Geen onderdeel van deze herziening.

9.7.2 Vergroting en/of vormverandering van het bestemmingsvlak

Het bepaalde in artikel 9 lid 7.2 sub a en b worden als volgt aangevuld:

 

1. er is sprake van een combinatie met artikel 3 lid 8.4 artikel 5 lid 8.4 artikel 6 lid 7.4 artikel 7 lid 8.4 of artikel 8 lid 8.4; 
2. de voorwaarden zoals in artikel 3 lid 8.4artikel 5 lid 8.4artikel 6 lid 7.4artikel 7 lid 8.4 of artikel 8 lid 8.4

Artikel 10 Bos

10.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

10.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

10.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 10 lid 3 sub e wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

10.4 Afwijken van de bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

10.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

10.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 11 Cultuur en ontspanning

11.1 Bestemmingsomschrijving

11.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

11.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 11 lid 3 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

11.4 Afwijken van de bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

11.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

11.6 Wijzigingsbevoegdheid

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 12 Groen - Landschapselement

12.1 Bestemmingsomschrijving

Het bepaalde in artikel 12 lid 1 wordt als volgt aangevuld:

 

De voor Groen - Landschapselement aangewezen gronden zijn bestemd voor:

 

1. de instandhouding van natuurlijke en/of cultuurhistorische en/of landschappelijk waardevolle landschapselementen;
2. de inrichting en instandhouding van landschappelijke inpassing;
3. extensief recreatief gebruik.

12.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

12.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 13 Horeca

13.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

13.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

13.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 13 lid 3 sub h wordt als volgt gewijzigd:

  

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

13.4 Afwijken van de bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

13.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

13.6 Afwijken van de gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

13.7 Wijzigingsbevoegdheid

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 14 Maatschappelijk

14.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

14.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

14.3 Nadere eisen

 

14.3.1 Nadere eisen

geen onderdeel van deze herziening.

14.4 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

14.5 Wijzigingsbevoegdheid

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 15 Natuur

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 16 Recreatie

16.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

16.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

16.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 16 lid 3 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

16.4 Afwijken van de bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

16.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

16.6 Afwijken van de gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 17 Recreatie - Speel- en leerboerderij

Geen onderdeel van de herziening.

    

Artikel 18 Sport

18.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

18.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

18.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 18 lid 3 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012,

18.4 Afwijken van de bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

18.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 19 Sport - Golfbaan

  

19.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

19.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

19.3 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

19.4 Wijzigingsbevoegdheid

 

19.4.1 Wijziging ten behoeve van verplaatsing van de bedrijfswoningen

Het bepaalde in artikel 19 lid 4.1 sub f wordt als volgt gewijzigd:

 

er is sprake van een ruimtelijke kwaliteitsverbetering, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte. Is er sprake van landschappelijke inpassing, dan wordt deze vastgelegd in het wijzigingsplan door het opnemen van de bestemming Groen - Landschapselement;

Artikel 20 Verkeer

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 21 Water

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 22 Wonen

22.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

22.2 Bouwregels

Geen onderdeel van deze herziening.

22.3 Nadere eisen

Het bepaalde in artikel 22 lid 3 sub h wordt als volgt gewijzigd:

 

landschappelijke inpassing, waarbij moet worden voldaan aan artikel 2.2 van de Verordening ruimte 2012, 

22.4 Afwijken van de bouwregels

22.4.1 Algemeen

Geen onderdeel van deze herziening.

22.4.2 Afwijken ten behoeve van tijdelijke woonunits ten behoeve van mantelzorg

Geen onderdeel van deze herziening.

22.4.3 Afwijken ten behoeve van een paardenbak voor hobbymatig gebruik

Het bepaalde in artikel 22 lid 4.3 sub c wordt geschrapt:

 

er is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing.

22.5 Specifieke gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

22.6 Afwijken van de gebruiksregels

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 23 Wonen - Woonbos

Geen onderdeel van deze herziening.

   

Artikel 24 Leiding - Gas

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 25 Leiding - Riool

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 26 Waarde - Archeologie 2

26.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

26.2 Bouwregels

Aan het bepaalde in artikel 26 lid 2 wordt een extra sublid toegevoegd:

 

Op deze gronden mogen, overeenkomstig de planregels die gelden voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen bouwwerken worden gebouwd, indien er sprake is van:

1. bouwwerken ter vervanging of vernieuwing van bestaande bouwwerken, waarbij de bestaande oppervlakte van het bouwwerk niet wordt vergroot of veranderd;
2. bouwwerken met grondwerkzaamheden dieper dan 0,40 m, voor zover bouwwerken met een maximale oppervlakte van 100 m² worden opgericht of uitgebreid;
3. bouwwerken met een oppervlakte van meer dan 100 m², voor zover bij de bouw geen grondwerkzaamheden worden uitgevoerd, dieper dan 0,40 m.
4. in afwijking van het bepaalde onder b. is het bouwen van een bouwwerk met een oppervlakte van meer dan 100 m2 ook toegestaan indien de daadwerkelijk aantoonbaar uit te voeren grondwerkzaamheden die dieper gaan dan 0,40 m, minder dan 100 m2 bedragen.

26.3 Afwijken van de bouwregels

 

26.3.1 Afwijken

Het bepaalde in artikel 26 lid 3.1 wordt als volgt aangevuld:

 

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 26 lid 2  ten behoeve van het oprichten of uitbreiden van bouwwerken met een oppervlakte van meer dan 100 m²,

waarbij de daadwerkelijk uit te voeren grondwerkzaamheden dieper dan 0,40 m en meer dan 100 m2 bedraagt mits:

 

1. op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport, in voldoende mate is vastgesteld dat er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of
2. op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport, in voldoende mate is vastgesteld dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig worden geschaad; of
3. de volgende voorwaarden in acht genomen worden indien, op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport in voldoende mate is vastgesteld dat de archeologische waarden door bouwactiviteiten kunnen worden verstoord:
   1. een verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor  archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden; of
   2. een verplichting tot het doen van opgravingen; of
   3. een verplichting de uitvoering van bouwactiviteiten te laten begeleiden door een 

                   archeologisch deskundige met opgravingsbevoegdheid

26.3.2 Archeologisch rapport

Geen onderdeel van deze herziening.

26.3.3 Advies

Geen onderdeel van deze herziening.

26.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 

26.4.1 Verbod

Geen onderdeel van deze herziening.

26.4.2 Uitzonderingen

Geen onderdeel van deze herziening.

26.4.3 Omgevingsvergunning

Geen onderdeel van deze herziening.

26.4.4 Omgevingsvergunning voor het slopen

1. het is verboden voor de Waarde - Archeologie 2 aangewezen gronden, zonder of in afwijking van een vergunning voor het slopen van een bouwwerk, de aanwezige bouwwerken te slopen indien de te roeren oppervlakte grond meer bedraagt dan 100 m2 en de diepte dieper gaat dan 40 cm onder het maaiveld;

 

26.4.5 Advies

Geen onderdeel van deze herziening.

26.5 Wijzigingsbevoegdheid

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 27 Waarde - Archeologie 3

27.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

27.2 Bouwregels

Het bepaalde in artikel 27 lid 2 wordt een extra sublid toegevoegd:

 

Op deze gronden mogen, overeenkomstig de planregels die gelden voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen bouwwerken worden gebouwd, indien er sprake is van:

1. bouwwerken ter vervanging of vernieuwing van bestaande bouwwerken, waarbij de bestaande oppervlakte van het bouwwerk niet wordt vergroot of veranderd;
2. bouwwerken met grondwerkzaamheden dieper dan 0,50 m, voor zover bouwwerken met een maximale oppervlakte van 100 m² worden opgericht of uitgebreid;
3. bouwwerken met een oppervlakte van meer dan 100 m², voor zover bij de bouw geen grondwerkzaamheden worden uitgevoerd, dieper dan 0,50 m.
4. in afwijking van het bepaalde onder b. is het bouwen van een bouwwerk met een oppervlakte van meer dan 100 m2 ook toegestaan indien de daadwerkelijk aantoonbaar uit te voeren grondwerkzaamheden die dieper gaan dan 0,50 m, minder dan 100 m2 bedragen.

27.3 Afwijken van de bouwregels

27.3.1 Afwijken

Het bepaalde in artikel 27 lid 3.1 wordt als volgt aangevuld:

 

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 26 lid 2 ten behoeve van het oprichten of uitbreiden van bouwwerken met een oppervlakte van meer dan 100 m²,

waarbij de daadwerkelijk uit te voeren grondwerkzaamheden dieper dan 0,50 m en meer dan 100 m2 bedraagt mits:

1. op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport, in voldoende mate is vastgesteld dat er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of
2. op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport, in voldoende mate is vastgesteld dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig worden geschaad; of
3. de volgende voorwaarden in acht genomen worden indien, op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport in voldoende mate is vastgesteld dat de archeologische waarden door bouwactiviteiten kunnen worden verstoord:
   1. een verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden; of
   2. een verplichting tot het doen van opgravingen; of
   3. een verplichting de uitvoering van bouwactiviteiten te laten begeleiden door een

      archeologisch deskundige met opgravingsbevoegdheid

 

27.3.2 Archeologisch rapport

Geen onderdeel van deze herziening.

27.3.3 Advies

Geen onderdeel van deze herziening.

27.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Geen onderdeel van deze herziening.

27.4.1 Verbod

Geen onderdeel van deze herziening.

27.4.2 Uitzonderingen

Geen onderdeel van deze herziening.

27.4.3 Omgevingsvergunning

Geen onderdeel van deze herziening.

27.4.4 Omgevingsvergunning voor het slopen

1.  het is verboden voor de Waarde - Archeologie 3 aangewezen gronden, zonder of in afwijking van een vergunning voor het slopen van een bouwwerk, de aanwezige bouwwerken te slopen indien de te roeren oppervlakte grond meer bedraagt dan 100 m2 en de diepte dieper gaat dan 50 cm onder het maaiveld;

27.4.5 Advies

Geen onderdeel van deze herziening.

27.5 Wijzigingsbevoegdheid

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 28 Waarde - Archeologie 4

28.1 Bestemmingsomschrijving

Geen onderdeel van deze herziening.

28.2 Bouwregels

Aan het bepaalde in artikel 28 lid 2 wordt een extra sublid toegevoegd:

 

Op deze gronden mogen, overeenkomstig de planregels die gelden voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen bouwwerken worden gebouwd, indien er sprake is van:

1. bouwwerken ter vervanging of vernieuwing van bestaande bouwwerken, waarbij de bestaande oppervlakte van het bouwwerk niet wordt vergroot of veranderd;
2. bouwwerken met grondwerkzaamheden dieper dan 0,50 m, voor zover bouwwerken met een maximale oppervlakte van 500 m² worden opgericht of uitgebreid;
3. bouwwerken met een oppervlakte van meer dan 500 m², voor zover bij de bouw geen grondwerkzaamheden worden uitgevoerd, dieper dan 0,50 m.
4. in afwijking van het bepaalde onder b. is het bouwen van een bouwwerk met een oppervlakte van meer dan 500 m2 ook toegestaan indien de daadwerkelijk aantoonbaar uit te voeren grondwerkzaamheden die dieper gaan dan 0,50 m, minder dan 500 m2 bedragen.

  

28.3 Afwijken van de bouwregels

28.3.1 Afwijken

Het bepaalde in artikel 28 lid 3.1 wordt als volgt aangevuld:

 

 

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van het bepaalde in artikel 26 lid 2 ten behoeve van het oprichten of uitbreiden van bouwwerken met een oppervlakte van meer dan 500 m²,

waarbij de daadwerkelijk uit te voeren grondwerkzaamheden dieper dan 0,50 m en meer dan 500 m2 bedraagt mits:

1. op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport, in voldoende mate is vastgesteld dat er geen archeologische waarden aanwezig zijn; of
2. op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport, in voldoende mate is vastgesteld dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig worden geschaad; of
3. de volgende voorwaarden in acht genomen worden indien, op basis van archeologisch onderzoek, weergegeven in een door burgemeester en wethouders goedgekeurd rapport in voldoende mate is vastgesteld dat de archeologische waarden door bouwactiviteiten kunnen worden verstoord:
   1. een verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische resten in de bodem kunnen worden behouden; of
   2. een verplichting tot het doen van opgravingen; of
   3. een verplichting de uitvoering van bouwactiviteiten te laten begeleiden door een

      archeologisch deskundige met opgravingsbevoegdheid

28.3.2 Archeologisch rapport

Geen onderdeel van deze herziening.

28.3.3 Advies

Geen onderdeel van deze herziening.

28.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 

28.4.1 Verbod

Geen onderdeel van deze herziening.

28.4.2 Uitzonderingen

Geen onderdeel van deze herziening.

28.4.3 Omgevingsvergunning

Geen onderdeel van deze herziening.

28.4.4 Omgevingsvergunning voor het slopen

1. het is verboden voor de Waarde - Archeologie 4aangewezen gronden, zonder of in afwijking van een vergunning voor het slopen van een bouwwerk, de aanwezige bouwwerken te slopen indien de te roeren oppervlakte grond meer bedraagt dan 500 m2 en de diepte dieper gaat dan 50 cm onder het maaiveld;

28.4.5 Advies

Geen onderdeel van deze herziening.

28.5 Wijzigingsbevoegdheid

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 29 Waarde - Attentiegebied EHS

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 30 Waarde - Kwetsbare soorten

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 31 Waarde - Landgoed

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 32 Waarde - Natuurontwikkelingsgebied

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 33 Waarde - Struweelvogels

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 34 Waterstaat - Waterbergingsgebied

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 35 Waterstaat - Waterlopen

Geen onderdeel van deze herziening.

3 Algemene regels

Artikel 36 Anti-dubbeltelregel

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 37 Algemene bouwregels

37.1 Ondergronds bouwen

Geen onderdeel van deze herziening.

37.2 Afwijkende maten

37.2.1 Goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud en/of afstand

Het bepaalde in artikel 37 lid 2.1 sub b wordt als volgt aangepast:

 

het bepaalde onder a is slechts van toepassing indien er sprake is van herbouw, waarbij de herbouw op dezelfde plaats plaatsvindt en niet wordt vergroot.

37.2.2 Bebouwingspercentage

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 38 Algemene aanduidingsregels

38.1 Overig - aardkundig waardevol gebied

Geen onderdeel van deze herziening.

38.2 Reconstructiewetzone - extensiveringsgebied

Geen onderdeel van deze herziening.

38.3 Veiligheidszone - lpg

Geen onderdeel van deze herziening.

38.4 Vrijwaringszone - molenbiotoop

Geen onderdeel van deze herziening.

  

38.5 Vrijwaringszone - spoor

Geen onderdeel van deze herziening.

38.6 Vrijwaringszone - weg

Geen onderdeel van deze herziening.

38.7 Wro-zone - zoekgebied beekherstel

Geen onderdeel van deze herziening.

38.8 Wro-zone - ecologische verbindingszone

Geen onderdeel van deze herziening.

38.9 Wro-zone - reserveringsgebied waterberging

Geen onderdeel van deze herziening.

38.10 Reconstructiewetzone - verwevingsgebied

Het bepaalde in artikel 38 lid 10 wordt als volgt gewijzigd:

 

ter plaatse van de aanduiding reconstructiewetzone - verwevingsgebied zijn specifieke regels van toepassing die zijn opgenomen binnen de overige planregels.

 

Artikel 39 Algemene afwijkingsregels

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 40 Algemene wijzigingsregels

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 41 Algemene procedureregels

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 42 Overige regels

Geen onderdeel van deze herziening.

4 Overgangs- en slotregels

Artikel 43 Overgangsrecht

Geen onderdeel van deze herziening.

Artikel 44 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als Regels van de correctieve herziening bestemmingsplan Buitengebied, behorende bij het bestemmingsplan Buitengebied van de gemeente Zundert.