Plan: | Natte natuurparel, Eerste Zeine (incl. kamerbewoning) |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | beheersverordening |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0867.bvWWnnpenezkb-va01 |
De gemeente Waalwijk is momenteel bezig met het actualiseren van de bestemmingsplannen.
Een tweetal gebieden dat momenteel nog niet in een actueel bestemmingsplan is vervat, betreft de Natte Natuurparel en de Eerste Zeine.
Voor de Natte Natuur Parel heeft de provincie het initiatief genomen om samen met Waterschap Brabantse Delta, Staatsbosbeheer en de gemeente Waalwijk de komende jaren nieuwe natuur te ontwikkelen en ervoor te zorgen dat de bestaande natuur behouden blijft. Hiervoor worden onder andere landbouwpercelen omgevormd naar natuur. Andere belangen zoals cultuurhistorie, recreatie en water krijgen ook ruime aandacht binnen het project. Belanghebbenden uit het gebied worden nauw bij de plannen betrokken. Het streven is er op gericht in 2019 een ontwerp provinciaal inpassingsplan in procedure te brengen.
Ook het gebied van het bedrijventerrein Eerste Zeine is in deze beheersverordening opgenomen, echter voor Eerste Zeine 122-134 is op 15 november 2018 een bestemmingsplan vastgesteld. Dit gebied valt buiten deze beheersverordening.
Vanuit onder meer een effectieve en efficiënte inzet van de ruimtelijke ordeningsinstrumenten kiest de gemeente Waalwijk om voor de gebieden Natte Natuurparel en Eerste Zeine het instrument beheersverordening toe te passen, zoals geregeld in artikel 3.38 en 3.39 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). In deze gebieden worden geen (grootschalige) nieuwe ontwikkelingen verwacht. In deze beheersverordening wordt de bestaande, feitelijke situatie vastgelegd. Dit betekent dat er geen ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt, met uitzondering van een aantal in de vigerende bestemmingsplannen opgenomen mogelijkheden. Een beheersverordening kan niet in ontwikkelingsmogelijkheden voorzien.
Het doel van deze beheersverordening is het vastleggen van de bestaande ruimtelijke structuur in een juridisch-planologisch kader. Op 13 juni 2013 is de beheersverordening 'Gemengd gebied, Natte Natuurparel en Eerste Zeine' vastgesteld en op 1 november 2018 is de beheersverordening 'Natte natuurparel, Eerste Zeine (incl. parkeren)' vastgesteld. Hierin zijn de voorheen geldende bestemmingsplannen opgenomen. In de beheersverordening 'Natte natuurparel, Eerste Zeine (incl. parkeren)' is de beheersverordening aangevuld met een parkeerregeling die voor de gehele gemeente Waalwijk geldt. In de onderhavige beheersverordening wordt de beheersverordening aangevuld met de regels die in de gemeente Waalwijk gelden met betrekking tot kamerbewoning.
De Wro kent geen voorbereidingsprocedure voor de beheersverordening. Inhoudelijk wordt het beleid niet gewijzigd ten opzichte van de geldende ruimtelijke plannen. Er is dus ook geen voorbereidingsprocedure nodig op basis van de gemeentelijke inspraakverordening. In de inspraakverordening is namelijk opgenomen dat geen inspraak wordt verleend ten aanzien van ondergeschikte herzieningen van eerder vastgestelde beleidsvoornemens.
Deze beheersverordening wordt opgesteld voor in hoofdlijn twee gebieden, te weten:
1. Natte natuurparel;
2. Eerste Zeine.
De onderstaande afbeelding geeft de plangrens aan van de beheersverordening, evenals de deelgebieden daarbinnen.
Op 13 juni 2013 is de beheersverordening Gemengd gebied, Natte Natuurparel en Eerste Zeine vastgesteld en op 1 november 2018 is de beheersverordening 'Natte natuurparel, Eerste Zeine (incl. parkeren)' vastgesteld. Hierin zijn de voorheen geldende bestemmingsplannen opgenomen. Deze zijn overgenomen in onderhavige beheersverordening. Het betreft de volgende bestemmingsplannen:
Bestemmingsplan | Vastgesteld | Goedgekeurd GS | Deelgebied |
Buitengebied Waspik | 15-01-1976 | 18-05-1977 | 1.1 |
De Waesgeerd | 08-02-1990 | 31-05-1990 | 1.5 |
Glas - nat | 4-7-2002 | 17-12-2002 | 2.2 |
Uitwerkingsplan Woongebied Waspikse Beemd | 25-10-2003 | 03-02-2004 | 2.3 |
Buitengebied Sprang Capelle Buitengebied Sprang Capelle, herziening 1991 |
22-12-1983 26-03-1992 |
02-04-1985 13-11-1992 |
2.4 |
Capelle 1995 | 23-02-1995 | 27-09-1995 | 2.5 |
Buitengebied part .herz .Winterdijk 38, 1996 | 19-12-1996 | 29-02-1997 | 2.6 |
Landgoed Driessen 1b | 30-9-1999 | 16-5-2000 | 2.7 |
Buitengebied, Waalwijk | 03-07-1997 | 12-02-1998 | 2.8 |
Bestemmingsplan 'Landgoed Driessen', uitwerkingsplan 'Het Koetshuis fase 2' | 06-12-2005 | 4.10 | |
Bestemmingsplan St Antoniusparochie | 31-10-1996 | 10-06-1997 | 7 |
Er zijn contouren opgenomen voor elk voorheen geldend bestemmingsplan. Dit zijn de deelgebieden binnen deze verordening. Voor elk deelgebied zijn de geldende regels in deze verordening van toepassing verklaard (zie paragraaf 2.2).
Voorts zijn incidenteel besluiten genomen omtrent het medewerking verlenen aan een bouwplan in afwijking van de geldende bestemmingsplannen, op basis van:
Ook op basis van de 'Beheersverordening Gemengd gebied, Natte Natuurparel en Eerste Zeine' (2013) en de 'Beheersverordening 'Natte natuurparel, Eerste Zeine (incl. parkeren)' (2018) zijn incidenteel besluiten genomen omtrent het medewerking verlenen aan een bouwplan in afwijking van de beheersverordening, op basis van artikel 2.12 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).
De Wro schrijft in artikel 3.38 voor dat geen ruimtelijke ontwikkelingen mogen worden voorzien voor de gebieden die tot de beheersverordening behoren. Aan die voorwaarde wordt voldaan.
De beheersverordening bestaat uit een analoge en digitale verbeelding, regels en een toelichting. De verbeelding en regels zijn juridisch bindend, de toelichting is juridisch niet bindend maar helpt bij de interpretatie van de verbeelding en de regels. De regels zijn als volgt ingedeeld:
De onderhavige beheersverordening legt de bestaande situatie vast en stelt met het oog op het beheer van die bestaande situatie regels vast voor het gebruik en het bouwen. Onder de bestaande situatie verstaat deze verordening
Deze beheersverordening wordt digitaal beschikbaar gesteld. De bij de beheersverordening behorende bestanden worden gekoppeld aan een contour (gecodeerd volgens de Praktijkrichtlijn Gebiedsgerichte Besluitenen en IMRO 2012). Daarmee voldoet de beheersverordening aan de digitale verplichting overeenkomstig het bepaalde in artikel 1.2.3 Bro.
Het overgangsrecht is vormgegeven op de wijze die is voorgeschreven in artikel 3.2.1 en 3.2.2 Bro.
In deze beheersverordening is een parkeerregeling opgenomen in Artikel 13. Dit is noodzakelijk, omdat op 29 november 2014 een wetswijziging van onder andere de Woningwet inwerking is getreden. Deze wijziging heeft tot gevolg dat de stedenbouwkundige bepalingen uit de gemeentelijke bouwverordening vervallen. De gemeentelijke parkeernormen werken dan niet meer door in de bestemmingsplannen of beheersverordeningen via de bouwverordening. Om deze reden neemt de gemeente Waalwijk in deze beheersverordening ook een parkeerregeling op, op basis waarvan getoetst wordt aan de gemeentelijke parkeernormen. Deze parkeernormen zijn opgenomen in de Nota Parkeernormen Waalwijk 2015.
Het college heeft in zijn vergadering van 6 oktober 2015 de Nota Parkeernormen Waalwijk 2015 vastgesteld. Voordat deze in werking kon treden moest de gemeenteraad de Nota Parkeernormen Waalwijk uit 2010 intrekken. De raad heeft dit gedaan in zijn vergadering van 19 november 2015.
Op woensdag 9 december 2015 is zowel het intrekken van de Nota Parkeernormen Waalwijk uit 2010 als het vaststellen van de Nota Parkeernormen Waalwijk 2015 gepubliceerd op de gemeentepagina. Met ingang vanaf 9 december is daarmee de nieuwe parkeernormennota in werking getreden.
Het doel van de 'Nota parkeernormen Waalwijk 2015' is om voor de gemeente Waalwijk per gebied en per functie de parkeernormen vast te leggen die de komende jaren bruikbaar zijn. In de nota stelt de gemeente dat bij het opstellen van een bestemmingsplan in de regels wordt verankerd dat voldaan moet worden aan de parkeernormen van de gemeente. De juridische borging vindt plaats door in de regels een artikel toe te voegen met een parkeerregeling. Omdat een aantal bestemmingsplannen al is vastgesteld voorafgaand aan de nota van de gemeente, zijn niet alle bestemmingsplannen in de gemeente Waalwijk voorzien van een parkeerregeling.
In de Nota parkeernormen Waalwijk 2015 zijn de parkeernormen en wijze van toepassing beschreven. Met het hanteren van deze normen en toepassing worden de volgende effecten beoogd:
De parkeernormen in de Nota parkeernormen Waalwijk 2015 hebben betrekking op nieuw-/verbouwplannen en functie- of gebruikswijzigingen. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waalwijk (hierna: het college) beoordeelt of een omgevingsvergunning verleend kan worden. Hiervoor toetst het college de aanvraag voor een omgevingsvergunning onder meer aan het bestemmingsplan.
Omdat in Nederland geen landelijke parkeernormen zijn voorgeschreven, is de gemeente Waalwijk vrij om haar eigen parkeernormen te bepalen. Deze parkeernormen zijn onder andere afhankelijk van de stedelijkheidsgraad en specifieke kenmerken van deelgebieden, bijvoorbeeld de kwaliteit van andere vervoerwijzen. Voor de gemeente Waalwijk gelden op basis van de gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek verschillende stedelijkheidsgraden. Bij het bepalen van de parkeernormen is met deze verschillende stedelijkheidsgraden rekening gehouden. Daarnaast zijn de parkeernormen, zoals in de Nota parkeernormen Waalwijk 2015 vermeld, op de volgende bronnen gebaseerd:
Op basis van de karakteristieken en stedelijkheidsgraden van de deelgebieden is bij bandbreedtes in de parkeerkencijfers gekozen voor een iets hogere parkeernorm dan het gemiddelde van de bandbreedte. Hierbij is rekening gehouden met de in het verleden opgedane ervaringen met het toepassen van parkeernormen. Ook maken de parkeerkencijfers onderscheid in verschillende functies. De voorkomende functies (welke in bijlage 2 Nota parkeernormen Waalwijk 2015 staan) zijn:
Op basis van het bovenstaande heeft de gemeente Waalwijk haar parkeernormen bepaald in de Nota parkeernormen Waalwijk 2015.
Parkeerregelgeving
In deze beheersverordening is een parkeerregeling opgenomen, dit is een gevolg van de eerdergenoemde wetswijziging en gebaseerd op deze nota. In artikel 3.1.2, tweede lid, onder a, van het Bro staat dat een verwijzing in planregels naar beleidsregels mogelijk is.
In hoofdstuk Hoofdstuk 3 Algemene regels is de parkeerregelgeving opgenomen. Dit is gebaseerd op reeds vastgesteld beleid, namelijk de Nota Parkeernormen Waalwijk 2015. In de parkeerregelgeving in Artikel 13is een aantal bepalingen opgenomen die verwijzen naar de Nota parkeernormen Waalwijk 2015. De regelgeving komt er op neer dat het parkeerbeleid van de gemeente dient te worden toegepast bij nieuwe bouwplannen en functiewijzigingen.
In de parkeernota is ook aangesloten op de bepalingen die waren opgenomen in de bouwverordening, maar door de recente wetswijziging zijn vervallen.
In de Bouwverordening gemeente Waalwijk (2010) is het volgende met betrekking tot parkeren opgenomen:
Artikel 2.5.30 Parkeergelegenheid en laad- en losmogelijkheden bij of in gebouwen
1 Indien de omvang of de bestemming van een gebouw daartoe aanleiding geeft, moet ten behoeve van het parkeren of stallen van auto’s in voldoende mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder het gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. Deze ruimte mag niet overbemeten zijn, gelet op het gebruik of de bewoning van het gebouw, waarbij rekening moet worden gehouden met de eventuele bereikbaarheid per openbaar vervoer.
2 De in het eerste lid bedoelde ruimte voor het parkeren van auto’s moet afmetingen hebben die zijn afgestemd op gangbare personenauto’s.
Aan deze eis wordt geacht te zijn voldaan:
a indien de afmetingen van bedoelde parkeerruimten ten minste 1,80 m bij 5,00 m en ten hoogste 3,25 m bij 6,00 m bedragen;
b indien de afmetingen van een gereserveerde parkeerruimte voor een gehandicapte – voorzover die ruimte niet in de lengterichting aan een trottoir grenst – ten minste 3,50 m bij 5,00 m bedragen.
3 Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moet in deze behoefte in voldoende mate zijn voorzien aan, in of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort.
4 Het bevoegd gezag kan de omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in het eerste en het derde lid:
a indien het voldoen aan die bepalingen door bijzondere omstandigheden op overwegende bezwaren stuit; of
b voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingruimte, dan wel laad- of losruimte wordt voorzien.
Het gestelde onder 4 is eveneens in deze beheersverordening opgenomen: voor deze specifieke gevallen is een mogelijkheid (onder voorwaarden) opgenomen om niet te hoeven voldoen aan de parkeerregeling in deze beheersverordening, als dit op overwegende bezwaren stuit of voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingruimte, dan wel laad- of losruimte wordt voorzien (Artikel 13 Parkeerregels)
Met de parkeerbepaling in Artikel 13 is het vervallen van de parkeerregels uit de bouwverordening hersteld.
In deze beheersverordening is een regeling met betrekking tot kamerbewoning opgenomen. Dit is een gevolg van de 'Beleidsregels huisvesting arbeidsmigranten, vergunninghoudende vluchtelingen en overige personen die geen huishouden vormen gemeente Waalwijk - 3e wijziging' die op 15 mei 2019 in werking zijn getreden. Deze beleidsregels zijn vastgesteld omdat het wenselijk is om regels te stellen voor de wijze van huisvesting van arbeidsmigranten, vergunninghoudende vluchtelingen en overige personen die geen huishouden vormen. In deze beleidsregel is vastgelegd dat het niet wenselijk is om grootschalige huisvesting van arbeidsmigranten, vergunninghoudende vluchtelingen en overige personen die geen huishouden vormen in woongebieden te laten plaatsvinden. Dit heeft tot gevolg dat woningsplitsing en kamerverhuur niet zondermeer is toegestaan in de gemeente Waalwijk.
De 'Beleidsregels huisvesting arbeidsmigranten, vergunninghoudende vluchtelingen en overige personen die geen huishouden vormen gemeente Waalwijk - 3e wijziging' gaan uit van drie vormen van huisvesting, te weten:
In het algemeen wordt gesteld dat huisvesting in solitaire units, zoals tenten of stacaravans, niet is toegestaan. Ook wordt geregeld dat de huisvesting van deze personen gespreid over de gemeente Waalwijk plaatsvindt.
Huisvesting uit categorie 1 is niet toegestaan binnen een afstand van 20 m vanaf een bestaande huisvesting uit categorie 1 of 2 en binnen een afstand van 100 meter vanaf een bestaande huisvesting uit categorie 3. Vervolgens is huisvesting uit categorie 2 niet toegestaan binnen een afstand van 20 m tot een bestaande huisvesting uit categorie 1 of 100 m tot een bestaande huisvesting van categorie 2 of 3. Daarnaast moet voor deze categorieën ook worden voldaan aan de spreidingstabel die is opgenomen in de beleidsregel. Tot slot is huisvesting uit categorie 3 ten zuiden van de A59 niet toegestaan binnen een straal van 1200 m van een bestaande huisvesting behorende tot categorie 3 en niet binnen een afstand van 100 meter tot een bestaande huisvesting van categorie 1 en 2. Huisvestingscategorie 3, gelegen ten noorden van de A59, wordt niet gerealiseerd binnen een straal van 500m van bestaande huisvesting behorende tot categorie 3. Een locatie behorend tot categorie 3 en gelegen ten noorden van de A59 mag gelegen zijn binnen de straal van 1200 meter van een categorie 3 die gelegen is ten zuiden van de A59, mits de afstand tussen deze twee locaties minimaal 500 meter bedraag
De huisvesting van de categorieën 2 en 3 moet gecertificeerd zijn volgens Stichting Normering Flexwonen (SNF) of een daaraan gelijk te stellen normering.Voor huisvestingscategorieen 2 en 3In alle gevallen is het noodzakelijk om bij de vergunningaanvraag een huisregelement bij te voegen. Uit dit reglement moet blijken hoe de overlast wordt voorkomen, zowel voor de eigen huurders/gebruikers en voor de omwonenden in de directe omgeving van het gebouw. De onderwerpen drugsgebruik, alcoholgebruik, parkeren van voertuigen, geluidsoverlast en zwerfafval dienen minimaal in het reglement te worden verwerkt. Vervolgens worden voor de verschillende categorieën afzonderlijke regels gesteld. Deze worden in het navolgende verder uitgewerkt.
Huisvestingscategorie 1
Huisvesting van categorie 1 vindt plaats in een rustige woonwijk of een gemengd gebied. Wooneenheden worden georiënteerd op de openbare weg indien sprake is van huisvesting in zelfstandige wooneenheden. Een slaapkamer mag door maximaal 2 personen worden gedeeld.
Huisvestingscategorie 2
Huisvesting van categorie 2 vindt plaats in gemengd gebied en niet in een gebouw waarin meerdere zelfstandige wooneenheden zijn gesitueerd die middels een trappenhuis of galerij ontsloten worden. Het gebouw waarvoor de vergunning wordt aangevraagd dient vrijstaand te zijn, indien één of meer van de direct aangrenzende bestemmingen "Wonen" is dan wel de bestemming "Gemengd" zonder verdere functieaanduidingen. Per toekomstige bewoner is minimaal 1m2 privé-buitenruimte aanwezig en wooneenheden zijn georiënteerd op de openbare weg indien sprake is van huisvesting in zelfstandige wooneenheden. Daarnaast is huisvesting van categorie 2 niet geschikt voor kinderen en gezinnen.
Een aanvraag voor een omgevingsvergunning ten behoeve van huisvesting van categorie 2 is alleen toegestaan als er geen sprake is van een onevenredige aantasting van:
Huisvestingscategorie 3
Huisvesting van categorie 3 is niet toegestaan in een rustige woonwijk of gemengd gebied en moet een aantoonbare bijdrage leveren aan de behoefte aan huisvesting voor werknemers die in de Langstraat werkzaam zijn. Daarnaast is huisvesting van categorie 3 niet geschikt voor kinderen en gezinnen.
Een aanvraag voor een omgevingsvergunning ten behoeve van huisvesting van categorie 3 is alleen toegestaan als er geen sprake is van een onevenredige aantasting van:
Regeling kamerbewoning
In deze verordening is in Artikel 14 Kamerbewoning opgenomen dat woningsplitsing en kamerverhuur binnen de woonfunctie niet is toegestaan. Vervolgens is in sub b en c geregeld dat dit strijdige gebruik niet geldt voor bestaande gevallen van woningsplitsing en kamerverhuur. Ook heeft deze verordening niet de bedoeling om de geldende afwijkingen bij omgevingsvergunningen aan te passen of te verwijderen. Deze bevoegdheden blijven onverkort van toepassing.
Verder is een afwijking bij een omgevingsvergunnig opgenomen om woningsplitsing en kamerverhuur toe te staan, mits voldaan wordt aan de beleidsregels “Huisvesting arbeidsmigranten, vergunninghoudende vluchtelingen en overige personen die geen huishouden vormen gemeente Waalwijk – 3e wijziging”.
De beheersverordening is opgesteld op basis van de voorheen geldende bestemmingsplannen. Het betreft uitsluitend het vastleggen van de bestaande juridische-planologische situatie. Hiervoor zijn dan ook geen aanvullende onderzoeken noodzakelijk.
Daarnaast zijn er ontwikkelingen meegenomen waarvoor een vrijstellings- of projectprocedure is doorlopen. In deze procedures zijn de uitvoerbaarheidsaspecten aan de orde gekomen en is geconcludeerd dat deze geen belemmeringen opleveren.
Onderzoek en afwegingen ten aanzien van de uitvoering is in deze verordening dan ook niet aan de orde.