direct naar inhoud van Artikel 2a Artikel 2a - Bedrijf
Plan: BPL Taalstraat-Loyolalaan
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0865.vgh0102-VG01

Artikel 2a - Bedrijf

2a.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bestaande, ter plaatse reeds gevestigde bedrijven, zoals aanwezig op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan;
  • b. bedrijven, opgenomen in categorie 1 van de in bijlage 1. bij de regels opgenomen toegesneden lijst van bedrijfstypen;
  • c. en/of daarmee naar het oordeel van burgemeester en wethouders vergelijkbare bedrijven;
  • d. met de daarbij behorende groen-, parkeervoorzieningen, open terreinen, technische installaties, nodig voor het doen functioneren van het betreffende bedrijf.
2a.2 Bouwregels

2a.2.1 Algemeen

Op de voor 'Bedrijf' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen, ten behoeve van de in artikel 2a.1 genoemde doeleinden;

en de daarbij behorende bouwwerken geen gebouwen zijnde.

2a.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

  • a. Gebouwen dienen uitsluitend in het bouwvlak te worden opgericht.
  • b. Het bouwvlak mag geheel worden bebouwd onder de voorwaarde dat in de parkeerbehoefte wordt voorzien op eigen terrein, overeenkomstig de normering in de parkeernota van de gemeente Vught.
  • c. Gebouwen mogen uitsluitend in één bouwlaag worden gebouwd.
  • d. De bouwhoogte van een bouwlaag mag niet minder bedragen dan 3,2 meter en niet meer dan 4,5 meter.

2a.2.3 Overige regels met betrekking tot bebouwing

Binnen het bestemmingsvlak mag de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten hoogste 3,00 meter bedragen, met uitzondering van erfafscheidingen waarvan de bouwhoogte voor de naar de weg gekeerde bouwgrens niet meer dan 1,00 meter en achter de naar de weg gekeerde bouwgrens niet meer dan 3,00 meter mag bedragen.

2a.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de op grond van in dit artikel toegelaten situering en afmetingen van bouwwerken, met een maximum afwijkingspercentage van 10%, indien dit noodzakelijk is, ter voorkoming van onevenredige nadelige gevolgen voor de milieusituatie, verkeersveiligheid, sociale veiligheid en gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, dan wel voor zover dit noodzakelijk is ten behoeve van het na te streven stedenbouwkundig beeld.

2a.4 Ontheffing van de bouwregels

2a.4.1 Ontheffing voor een grotere bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor het oprichten van bouwwerken geen gebouwen zijnde, tot een maximale bouwhoogte van 6,00 meter, mits:

  • a. deze bouwwerken, geen gebouwen zijnde, vanuit het oogpunt van de betreffende functie zoals in artikel 2a.1 genoemd noodzakelijk zijn;
  • b. het stedenbouwkundige beeld ter plaatse niet wordt verstoord;
  • c. geen onevenredige nadelige gevolgen voor de omgeving ontstaan of kunnen ontstaan;
  • d. waarden en belangen van derden niet onevenredig worden geschaad of kunnen worden geschaad.
2a.5 Specifieke gebruiksregels

2a.5.1 Gebruik van de grond anders dan voor bebouwing

Onder strijdig gebruik, als bedoeld in artikel 20.1, wordt verstaan het gebruik van de gronden anders dan voor:

  • a. open bedrijfsterreinen;
  • b. opslagdoeleinden, echter niet voor volumineuze goederen en de uitstalling van goederen, tot een hoogte niet meer dan de hoogte van de erfafscheiding;

c. tuin en/of groenvoorzieningen;

d. parkeervoorzieningen.

2a.5.2 Gebruik van opstallen

Onder strijdig gebruik, als bedoeld in artikel 20.1, wordt ten minste verstaan het gebruik van opstallen voor:

  • a. het gebruik als zelfstandige kantoren, anders dan als onderdeel van bedrijfsactiviteiten;
  • b. detailhandel, met uitzondering van goederen die ter plaatse worden vervaardigd, verwerkt, dan wel waarvan de verkoop verband houdt met het toegelaten bedrijf, als ondergeschikte nevenactiviteit, geen zelfstandig onderdeel van het bedrijf zijnde;
  • c. detailhandel, groothandel, handel in volumineuze goederen en bouwmarkten;
  • d. horecadoeleinden;
  • e. recreatieve doeleinden;
  • f. opslagdoeleinden, anders dan in verband met het toegelaten gebruik, waarbij in ieder geval als strijdig gebruik wordt aangemerkt: brand- en explosiegevaarlijke opslag, waaronder opslagruimte voor vuurwerk, anders dan beschreven in het Vuurwerkbesluit, zoals vastgesteld d.d. 22 januari 2002.
2a.6 Ontheffing van de gebruiksregels

2a.6.1 Ontheffing voor categorie 2 bedrijven

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen voor bedrijven in categorie 2 van de toegesneden lijst van bedrijfstypen, zoals opgenomen in bijlage 1 bij de regels, mits:

  • a. de activiteiten van de betreffende bedrijven qua afstand naar aard en invloed op de omgeving gelijk zijn te stellen met bedrijven in categorie 1 van deze lijst;
  • b. waarden en belangen in de directe omgeving niet worden geschaad of kunnen worden geschaad;
  • c. het niet betreft: geluidhinder veroorzakende inrichtingen als bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit Milieuhinder.