Plan:
Zorgvlied 2008
Status:
onherroepelijk
Plantype:
ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling
Artikel 15 Leiding-Hoogspanning
15.1 Bestemmingsomschrijving

De op de kaart voor Leiding-Hoogspanning aangewezen gronden zijn, naast de voor de aldaar voorkomende onderliggende bestemmingen (basisbestemmingen), tevens bestemd voor de aanleg, instandhouding en bescherming van ondergrondse hoogspanningsleidingen inclusief een strook grond van:

  1. 3 meter aan weerszijden van de as van de 150kV hoogspanningsleiding;
  2. 2 meter aan weerszijden van de as van de 50kV hoogspanningsleiding.
15.2 Bouwvoorschriften

Voor het bouwen geldt dat in afwijking van hetgeen wordt bepaald door de onderliggende basisbestemming(en), binnen de op de plankaart aangegeven dubbelbestemming "leiding-hoogspanning" begrepen gronden uitsluitend bouwwerken mogen worden opgericht die zijn bestemd voor de aanleg en instandhouding van de desbetreffende hoofdtransportleiding.

15.3 Vrijstelling van de bouwvoorschriften
15.3.1 Vrijstellingsmogelijkheid

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd met inachtneming van de procedureregels in artikel 24.1 en de vrijstellingsvoorwaarden in 15.3.2 vrijstelling te verlenen van de bouwvoorschriften in artikel 15.2 en toestaan dat bouwwerken, geen gebouw zijnde ten behoeve van de op deze gronden liggende basisbestemmingen worden gebouwd.

15.3.2 Vrijstellingsvoorwaarden

De in artikel 15.3.1 genoemde vrijstelling kan slechts worden verleend, mits:

  1. geen onevenredige aantasting ontstaat of kan ontstaan van de belangen van de energievoorziening;
  2. vooraf advies wordt ingewonnen van de betreffende leidingbeheerder/directeur van het energiebedrijf.
15.4 Aanlegvergunning
15.4.1 Verboden

Het is verboden op de voor dubbelbestemming aangewezen gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren:

  1. het aanleggen van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  2. het uitvoeren van graafwerkzaamheden;
  3. het uitvoeren van heiwerken of het anderszins indringen van voorwerpen;
  4. het aanbrengen van diepwortelende bomen of beplanting;
  5. het wijzigen van het maaiveldniveau door ontgronding of ophoging;
  6. het vellen of rooien van houtgewas.
15.4.2 Uitzonderingen

Het onder 15.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:

  1. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan aanlegvergunning verleend is dan wel in uitvoering waren;
  2. welke betrekking hebben op normale onderhoudswerkzaamheden van geringe omvang, gericht op en noodzakelijk voor het gebruik overeenkomstig de dubbelbestemming of basisbestemming;
  3. andere werken en/of werkzaamheden noodzakelijk in het kader van het onderhoud of beheer van de aanwezige leiding.
15.4.3 Voorwaarden voor verlenen aanlegvergunning

De onder 15.4.1 vermelde vergunning wordt slechts verleend indien:

  1. door die werken en werkzaamheden, danwel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen geen onevenredige aantasting van de belangen van de hoofdtransportleidingen en/of energievoorzieningen ontstaat, danwel kan ontstaan;
  2. vooraf advies wordt ingewonnen van de desbetreffende leidingbeheerder/directeur van het energiebedrijf.