direct naar inhoud van 9.3 Burgerparticipatie
Plan: Bosgebied Reeshofdijk 2012
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2011003-e001

9.3 Burgerparticipatie

Eind maart 2012 is ter uitvoering van het bepaalde in de door de raad vastgestelde Handreiking Burgerparticipatie een bewonersbrief gestuurd naar de direct betrokkenen in en nabij het plangebied. In deze bewonersbrief is een toelichting gegeven op de aard en het doel van het bestemmingsplan. Er is zowel schriftelijk als mondeling gelegenheid gegeven om te reageren naar aanleiding van deze brief. Er zijn drie reacties ingekomen. Het gaat -kort samengevat- om het volgende.

1. Reeshofdijk 10

  • a. Behoort de weg Reeshofdijk (groenstrook, fietspad, voetgangerspad) tot het bestemmingsplan? Er ontstaan parkeerproblemen en onveilige situaties voor (langzaam) verkeer.
  • b. Door recent aangebrachte wijzigingen in een toegang vanaf de weg naar het perceel Reeshofdijk 12 (Bosvreugd) ontstaat overlast voor het perceel Reeshofdijk 10. Inspreker vraagt om een oplossing voor deze overlast.
  • c. De bestaande bouwwerken zijn essentieel voor het bedrijf, dat al jaren is gevestigd aan de Reeshofdijk 10. Het gaat om (kleinschalige) openluchtrecreatie. In de toekomst wil de eigenaar ook een openbare theetuin exploiteren. De eigenaar wil de bestaande bouwwerken concentreren. De eigenaar woont al jaren aan de Reeshofdijk 10 en verzoekt om de bestaande bedrijfsbebouwing en een woonbestemming in het nieuwe bestemmingsplan op te nemen.

2. Reeshofdijk 12

  • a. In de jaren negentig is bouwvergunning verleend voor enkele bouwwerken (onder andere snoepverkoop, serre, hok naast het spoor). Deze bouwwerken zijn niet allemaal op planverbeelding opgenomen.
  • b. De inrit bij Reeshofdijk 12 is veilig maar het uitrijden kan niet op een verkeersveilige manier.
  • c. De EHS is op de planverbeelding ter plaatse van het perceel Reeshofdijk 12 niet juist weergegeven. De EHS is bijvoorbeeld ook gelegd op de weg die bij het perceel hoort.
  • d. Het is voor de bedrijfsvoering dringend gewenst dat op het perceel ook gewoond mag worden. Het verzoek is om ook een woonbestemming op te nemen voor Reeshofdijk 12.

3 Reeshofdijk 16

Op het perceel wordt zeker al 15 jaar gewoond en wel gedurende circa 10 maanden per jaar in een tweetal caravans. Inspreker wil een regeling die dit wonen positief bestemd. Hij geeft aan dat het gebruik voor wonen al plaatsvond voordat het tot nu toe geldende bestemmingsplan van kracht was. Hij wenst niet weer onder overgangsrecht te vallen en beroept zich op een uitspraak van de Raad van State waarin is bepaald dat gebruik in strijd met de bestemming niet twee keer onder overgangsbepalingen kan vallen.

Reactie gemeente

Algemeen

De gemeente wil het oude bestemmingsplan Bosgebied Reeshofdijk voor 1 juli 2013 actualiseren. Het gaat bij de actualisatie om een conserverend bestemmingsplan. Het Bosgebied Reeshofdijk is een ecologisch waardevol gebied. De bestaande rechten uit het oude bestemmingsplan worden vertaald in het nieuwe bestemmingsplan. Nieuwe ontwikkelingen worden, op een enkele uitzondering na, niet meegenomen.

In alle inspraakreacties is naar voren gebracht dat de gemeente bestaande situaties niet positief heeft bestemd in het nieuwe bestemmingsplan. Daarbij gaat het met name om het gebruik van bouwwerken als woning.

Bij de voorbereiding van het nieuwe bestemmingsplan heeft de gemeente de volgende afwegingen gemaakt.

Is de situatie legaal? Ja, dan in beginsel positief bestemmen in het nieuwe bestemmingsplan.

Is de situatie illegaal? Ja, dan bezien:

  • 1. Kan de illegale situatie worden gelegaliseerd. Dat is mogelijk als met de ontwikkeling een goede ruimtelijke ordening (woon- en leefklimaat) wordt geboden. In de provinciale verordening is het plangebied aangeduid als ecologische hoofdstructuur (EHS) en groen blauwe mantel. Dat betekent dat het gebied een waarde heeft op ecologisch gebied. In dit gebied zijn in beginsel geen nieuwe ontwikkelingen toegelaten, zeker geen stedelijke ontwikkelingen zoals wonen. Op grond van de Wet geluidhinder is het opnemen van nieuwe woonbestemmingen bovendien in beginsel niet mogelijk, vanwege de (te) korte afstand tot de spoorbaan.
  • 2. Kan de gemeente alsnog handhavend optreden tegen de illegale situaties. In 2004 heeft de gemeente criteria geformuleerd aan de hand waarvan wordt beoordeeld of tegen illegale situaties alsnog kan worden opgetreden (nota inhaalslag handhaving ruimtelijke regelgeving buitengebied). Hierin zijn criteria vastgesteld waaraan voldaan moet worden wil er sprake kunnen zijn van niet-handhavend optreden. In veel gevallen wordt niet aan alle criteria voldaan, zodat handhavend optreden nog mogelijk is.
  • 3. Valt de illegale situatie onder de beschermende werking van de overgangsbepalingen van het oude bestemmingsplan. Het oude bestemmingsplan sluit illegaal gebruik en illegale bebouwing niet uit van de beschermende werking van de overgangsbepalingen van het bestemmingsplan. Dat betekent dat illegaal gebruik en/of illegale bebouwing welke reeds aanwezig was voordat het oude bestemmingsplan werd vastgesteld, onder de beschermende werking van het oude bestemmingsplan valt. Zo'n situatie mag op grond van vaste jurisprudentie echter niet voor de tweede keer onder overgangsrecht worden gebracht. Wel bestaat dan de mogelijkheid om in het nieuwe bestemmingsplan persoonsgebonden overgangsrecht op te nemen. Dat gebeurt echter alleen als legaliseren niet mogelijk is en het gemeentebestuur ook geen aanleiding ziet om actief over te gaan tot beëindiging van het illegale gebruik door aankoop of onteigening.

De gemeente heeft een keuze gemaakt voor de bestemmingen in het nieuwe bestemmingsplan aan de hand van de hiervoor genoemde afwegingen (zie hiervoor ook onder 8.2).

Reactie over percelen afzonderlijk

1. Reeshofdijk 10

  • a. De weg Reeshofdijk maakt geen deel uit van het plangebied Bosgebied Reeshofdijk 2012.
  • b. De verkeerssituatie ter plaatse van de percelen Reeshofdijk 10 en 12 wordt niet in een bestemmingsplan geregeld. De opmerking over de verkeerssituatie en de daarmee samenhangende overlast is voorgelegd aan de betrokken instantie van de gemeente.
  • c. De gemeente heeft in het verleden geen bouwvergunning(en) verleend voor het perceel Reeshofdijk 10. De Rechtbank van Breda heeft in een uitspraak van 24 februari 2004 bepaald dat de gemeente een bouwaanvraag voor nieuwbouw van een recreatiegebouw terecht heeft geweigerd. Het geldende bestemmingsplan Bosgebied Reeshofdijk en het nieuwe bestemmingsplan Bosgebied Reeshofdijk 2012 staan alleen (kleinschalige) dagrecreatieve voorzieningen toe. In de provinciale Verordening Ruimte is het gebied aangeduid als ecologische hoofdstructuur en groen blauwe mantel. In beginsel zijn nieuwe ontwikkelingen niet toegelaten. Dit omdat het oprichten van gebouwen niet past in het streven naar behoud en versterking van de natuurwaarden van het gebied. De eigenaar van Reeshofdijk 10 staat bij de gemeente sinds 5 juni 2009 ingeschreven op dit adres. Vanaf de tijd dat het nu geldende bestemmingsplan in procedure werd gebracht (1997, 1998) is duidelijk dat op dit adres niet mag worden gewoond. Het is niet mogelijk om in dit nieuwe bestemmingsplan illegale gebouwen en het gebruik voor wonen positief te bestemmen. Dat kan niet vanwege regelgeving van Rijk en Provincie op het gebied van milieu (zeer hoge geluidbelasting vanwege ligging nabij spoor) respectievelijk de bescherming van de natuur. De gemeente kan alsnog handhavend optreden tegen de illegale bebouwing en het gebruik daarvan.

2. Reeshofdijk 12

  • a. Uit gegevens van het bouwarchief van de gemeente blijkt dat in 1987 en 1993 bouwvergunningen zijn verleend voor een aanbouw aan het ontspanningslokaal Reeshofdijk 12 respectievelijk voor de bouw van een berging, overdekt terras en een paardenafdak. Dit is op de planverbeelding opgenomen.
  • b. Zie hiervoor reactie gemeente onder 1.b.
  • c. De EHS op de planverbeelding ter plaatse van het perceel Reeshofdijk 12 is afgestemd op het herbegrenzingsvoorstel EHS uit oktober 2011. De planverbeelding is aangepast naar aanleiding van deze opmerking van inspreker.
  • d. De gemeente heeft in het verleden nooit medewerking / toestemming verleend voor een woonfunctie op het perceel Reeshofdijk 12. Het is niet mogelijk om een nieuwe woonbestemming in dit plangebied op te nemen, gelet op regelgeving van Rijk en Provincie op het gebied van milieu (zeer hoge geluidbelasting vanwege ligging nabij spoor) respectievelijk bescherming van de natuur (EHS, groen blauwe mantel). Het was bij de gemeente wel al lang bekend dat ter plaatse werd gewoond. Deze illegale situatie valt onder de beschermende werking van het overgangsrecht van het oude bestemmingsplan. Dat oude bestemmingsplan Bosgebied Reeshofdijk sluit illegale bebouwing en illegaal gebruik niet uit van de werking van het overgangsrecht. Situaties die onder het overgangsrecht van het oude bestemmingsplan vallen, kunnen in beginsel niet opnieuw onder het overgangsrecht worden gebracht. Er is voorts geen aanleiding voor de gemeente om over te gaan tot aankoop of onteigening. Ter bescherming van de bestaande rechten (woonfunctie) wordt daarom voor Reeshofdijk 12 persoonsgebonden overgangsrecht opgenomen in het nieuwe bestemmingsplan. Dit betekent dat alleen de huidige bewoner(s) de mogelijkheid behoudt / behouden om het illegale (woon-)gebruik voort te zetten (artikel 3.2.3. Bro).

3. Reeshofdijk 16

De gemeente heeft in het verleden geen bouwvergunning(en) verleend voor Reeshofdijk 16. Het plangebied is bestemd zowel voor behoud en versterking van de natuur als voor dagrecreatie. Deze twee functies moeten zo goed mogelijk worden gecombineerd. De illegaal opgerichte bebouwing en het illegale gebruik daarvan als (niet permanente) woning, passen daar niet bij. Het positief bestemmen van een illegale situatie is niet mogelijk, gelet op de ligging nabij het spoor (zeer hoge geluidbelasting) en de bescherming van de aanwezige natuurwaarden (EHS, groen blauwe mantel).

De eigenaar van Reeshofdijk 16 staat niet ingeschreven op dit adres, maar op een ander adres binnen de gemeente. Het is bij de gemeente alleen bekend dat hier in de zomermaanden (zonder toestemming van de gemeente) wordt gewoond. De eigenaar gebruikt het bouwwerk dus niet permanent als woning. Het belang van de gemeente om hier alsnog handhavend op te treden weegt zwaarder dan het belang van de eigenaar om daar gedurende een bepaalde periode van het jaar te wonen. Het gaat immers niet om permanent gebruik. In dit verband wordt verwezen naar beleid dat de gemeente in 2004 heeft vastgelegd (nota inzake inhaalslag handhaving).

In beginsel is op basis van dat beleid handhavend optreden mogelijk. De gemeente kan alsnog overgaan tot handhaving van het niet permanente gebruik.