direct naar inhoud van Artikel 22 Waterstaat-Waterbergingsgebied (dubbelbestemming)
Plan: Reeshof Oost 2010
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2010012-e001

Artikel 22 Waterstaat-Waterbergingsgebied (dubbelbestemming)

22.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Waterstaat-Waterbergingsgebied aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemming(en) (basisbestemmingen), mede bestemd voor tijdelijke opvang van water.

22.2 Bouwregels
22.2.1 Algemeen

Voor het bouwen geldt dat in afwijking van hetgeen wordt bepaald door de onderliggende basisbestemming(en) binnen de weergegeven dubbelbestemming Waterstaat-Waterbergingsgebied begrepen gronden uitsluitend bouwwerken mogen worden opgericht ten behoeve van waterberging. Hierbij geldt dat de bouwhoogte niet meer dan 2 m mag bedragen.

22.3 Afwijken van de bouwregels
22.3.1 Binnenplans afwijken

Het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen voor het binnenplans afwijken van de bouwregels in 22.2 en toestaan dat bouwwerken ten behoeve van de op deze gronden liggende basisbestemmingen worden gebouwd, mits de bebouwing niet leidt tot een significante vermindering of verslechtering van het waterbergend vermogen van de gronden. Alvorens omgevingsvergunning te verlenen wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de waterbeheerder.

22.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
22.4.1 Werken en werkzaamheden

Het is verboden zonder een schriftelijke vergunning van het bevoegde gezag de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen en/of verharden van wegen, paden, parkeerterreinen of het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen, voor zover groter dan 100 m2 per perceel;
  • b. het ophogen van gronden;
  • c. het aanbrengen of wijzigen van kaden;
  • d. het verlagen van de grondwaterstand door aanleg van drainage of bemaling;
  • e. het aanleggen, dempen of wijzigen van (oevers, profiel, doorstroom- of bergingscapaciteit van) oppervlaktewateren.
22.4.2 Uitzonderingen

Het in lid 22.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn;
  • b. reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
22.4.3 Voorwaarden voor verlenen omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

De in lid 22.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van het waterbergend vermogen van de gronden. Alvorens te beslissen over het verlenen van een omgevingsvergunning wint het bevoegd gezag advies in bij de waterbeheerder.