Plan: | Noordoosttangent 2009 I |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0855.BSP2009016-e001 |
Tenzij elders in de regels is uitgesloten, is ondergronds bouwen binnen een bestemmingsvlak toegestaan met dien verstande dat:
en mits dit niet leidt tot een onevenredige aantasting van:
Burgemeester en wethouders kunnen, met in achtneming van de procedureregels in artikel 17.1ontheffing verlenen van het bepaalde in 12.1.1 voor:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, met inachtneming van de procedureregels in 17.1nadere eisen te stellen ten aanzien van de maximale bouwdiepte voor ondergrondse bouwwerken.
Een aanduiding bevindt zich te allen tijde binnen een gebied waarop een bestemmingsvlak van toepassing is, met dien verstande dat de bouwregels uitsluitend van toepassing zijn op de bestemming behorende bij de weergegeven aanduiding.
Waar een basisbestemming samenvalt met een dubbelbestemming, geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming. De regels met betrekking tot de basisbestemming zijn in dat geval uitsluitend van toepassing voorzover deze niet strijdig zijn met bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming.
Wanneer de zijdelingse begrenzing van een bouwwerk niet in de zijdelingse grens van het bouwperceel wordt gebouwd, moet het bouwwerk zodanig zijn gelegen dat de ruimte tussen dit bouwwerk en de zijdelingse grens van het bouwperceel over de breedte van 1 m met een minimale hoogte van 2,2 m vrij toegankelijk is. Bebouwing van ondergeschikte aard wordt hierbij buiten beschouwing gelaten.
De afstand van enig bouwwerk tot het hart van een 'monumentale boom' of 'beeldbepalende boom' zoals is weergegeven in de bijlage Zonering monumentale en beeldbepalende bomen en gemeten op een hoogte van 1.30 m vanaf het maaiveld, mag niet minder bedragen dan:
Het in bepaalde in 12.5.1 is niet van toepassing indien:
Burgemeester en wethouders kunnen met inachtneming van de procedureregels in artikel 17.1ontheffing verlenen van het bepaalde in 12.5.1 indien zodanige maatregelen worden getroffen dat het voortbestaan van de betrokken houtopstand / boom wordt gewaarborgd. Als voorwaarde voor deze ontheffing kunnen burgemeester en wethouders een bomeneffectanalyse van een onafhankelijk boomtechnisch adviesbureau eisen. Deze analyse wordt in ieder geval vereist indien:
De regels van de Bouwverordening ten aanzien van de onderwerpen van stedenbouwkundige aard blijven overeenkomstig het gestelde in artikel 9 lid 2 van de Woningwet buiten toepassing, behoudens ten aanzien van de volgende onderwerpen: