Type plan: wijzigingsplan
Naam van het plan: Stalmansweg 9 en 11 Someren
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0847.BP02012002-VS01

Artikel 4 Wonen

 
4.1 Bestemmingsomschrijving
 
De voor ‘Wonen’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. Bewoning.
  2. Aan huis verbonden beroepen.
  3. Bij bestemmingsvlakken met de aanduiding ‘Specifieke vorm van wonen – Wonen plus’ is een kleinschalig bedrijf in de milieucategorieën 1 en 2 toegestaan. Hieronder wordt verstaan het door een van de bewoners als ondergeschikte functie aan huis uitoefenen van een bedrijfsmatige activiteit, niet zijnde detailhandel of erotische dienstverlening, die door zijn beperkte omvang en beperkte ruimtelijke uitstraling met behoud van de woonfunctie in een woning met de daarbij behorende bijgebouwen kan worden uitgeoefend. Hieronder wordt ook verstaan het uitoefenen van een bedrijf waarbij de daadwerkelijke bedrijfsactiviteiten in hoofdzaak elders op locatie plaatsvinden terwijl aan huis de organisatorische activiteiten en activiteiten zoals opslag van materialen en stalling van voertuigen plaatsvinden.
  4. Parkeervoorzieningen.
  5. Voorzieningen ten behoeve van waterberging en –infiltratie.
  6. Groene erfinrichting.
4.2 Bouwregels
 
4.2.1 Algemeen
  1. Er mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de in de bestemmingsomschrijving aangegeven doeleinden.
  2. Per bestemmingsvlak is één woning toegestaan maar voor bestemmingsvlakken met de aanduiding ‘maximum aantal wooneenheden’ geldt het daarin aangegeven aantal als het maximum.
  3. De afstand tot de as van de weg waaraan wordt gebouwd mag niet minder bedragen dan 15m¹;
  4. De afstand tot de bestemmingsgrens mag niet minder dan 5m¹ zijn.
  5. Bij herbouw mag de woning uitsluitend gesitueerd worden ter plaatse van de bestaande fundering en als er sprake is van uitbreiding daar direct op aansluitend.
4.2.2 Hoofdbebouwing
  1. De inhoud van een woning mag niet meer bedragen dan 750 m³, de inhoud van kelders wordt niet meegeteld.
  2. Indien de inhoud van een bestaande woning op de datum van ter visie legging van het ontwerp- wijzigingsplan al meer bedraagt, geldt de bestaande inhoud plus maximaal 10% als maximaal toegestaan, waarbij de woning geen grotere inhoud mag krijgen dan 900 m
  3. Bij vervangende nieuwbouw geldt dat de woning tot maximaal de bestaande inhoud mag worden teruggebouwd.
  4. Voor woonboerderijen, ook als de inhoud groter is dan 750m³, geldt de totale inhoud van het pand als de maximaal toegestane inhoud.
  5. De maximaal toegestane goothoogte is 6m1, tenzij de verbeelding een andere hoogte aangeeft.
  6. De maximale toegestane bouwhoogte is 10m1, tenzij de verbeelding een andere hoogte aangeeft
4.2.3 Bijgebouwen
  1. De gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen per woning is maximaal 100m2.
  2. De maximaal toegestane hoogte is 5,5m¹.
  3. De maximaal toegestane goothoogte is 3m¹.
  4. De afstand tot de bestemmingsgrens is 5m¹.
4.2.4 Bouwwerken geen gebouwen zijnde
  1. Per woning mag één carport worden gebouwd met de volgende maatvoering:
    1. Oppervlakte niet meer dan 20m²
    2. Hoogte niet meer dan 3 m¹.
    3. De afstand tot de bestemmingsgrens is 5m¹ .
  2. De maximaal toegestane hoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde, uitgezonderd terreinafscheidingen is 3m1. De hoogte van erfafscheidingen vóór de voorgevelrooilijn mag maximaal 1m¹ zijn en voor het overige maximaal 2m1
4.3 Afwijken van de bouwregels
 
4.3.1 Afwijken van de bouwregels voor uitbreiding bebouwing
  1. Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het toestaan van een uitbreiding van de maximaal toegestane inhoud (750m³)van een woning tot maximaal 850m³. Per 50m³ uitbreiding dient telkens minimaal 500m² aan legaal opgerichte of krachtens overgangsrecht toegelaten bebouwing op het perceel zelf of elders in het buitengebied van Someren te worden gesloopt.
  2. Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het toestaan van een uitbreiding van de maximaal toegestane oppervlakte (100m²) aan bijgebouwen tot maximaal 200m². Per 25m² uitbreiding dient telkens minimaal 100m² aan legaal opgerichte of krachtens overgangsrecht toegelaten bebouwing op het perceel zelf of elders in het buitengebied van Someren te worden gesloopt.
  3. In beide gevallen geldt dat de locatie waar bebouwing wordt gesloopt slechts één keer kan worden ingezet voor de toepassing van deze regeling. Verder mag de uitbreiding van bebouwing niet leiden tot beperking van andere functies in de omgeving.
  4. De regeling mag niet worden toegepast in het glastuinbouwgebied Vlasakkers.
4.3.2. Afwijken van de bouwregels voor gewijzigde situering bij vervangende nieuwbouw
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 4.2.1 sub 5 ten behoeve van de herbouw van een woning op een andere plaats binnen het bestemmingsvlak. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:
  1. de nieuwe locatie ligt niet minder dan 5 meter van de bestemmingsgrens en niet minder dan 15 meter uit de as van de weg waaraan wordt gebouwd;
  2. de woning wordt gebouwd ter vervanging van de bestaande woning;
  3. de ontwikkelingsmogelijkheden van (niet-)agrarische bedrijven in de nabijheid van de woning mogen niet worden belemmerd;
  4. de stedenbouwkundige en cultuurhistorische kenmerken van de woning in zijn omgeving mogen niet onevenredig worden aangetast;
  5. met de nieuwe situering is sprake van een milieukundige en ruimtelijke kwaliteitsverbetering;
  6. de sloop van de oorspronkelijke woning is duurzaam verzekerd;
  7. de ruimtelijke kwaliteit wordt gewaarborgd conform de bepalingen uit artikel 8.
4.4 Specifieke gebruiksregels
 
Onder met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:
  1. het gebruiken van bijgebouwen voor bewoning
  2. het gebruiken van gronden en gebouwen voor bedrijfsactiviteiten, anders dan aan huis verbonden beroepen, behalve binnen de bestemmingsvlakken met de aanduiding ‘Specifieke vorm van wonen- Wonen plus’.
4.5 Afwijken van de gebruiksregels
 
4.5.1 Minicamping
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het toestaan van een minicamping. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:
  1. Het betreft uitsluitend recreatief medegebruik voor kleinschalig kamperen op gronden die direct aansluiten op een bestemmingsvlak waar kleinschalig kamperen al is toegestaan dan wel in het kader van de onderhavige omgevingsvergunning wordt toegestaan.
  2. Er zijn in totaal maximaal 25 kampeermiddelen toegestaan, waarvan op maximaal 5 kampeerplaatsen stacaravans zijn toegestaan.
  3. Er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven.
  4. Voor de ondersteunende voorzieningen, zoals op sanitair gebied is maximaal 100m² bebouwing toegestaan. Hiervoor dient zo veel mogelijk gebruik te worden gemaakt van de bestaande bebouwing.
  5. De afstand tot de weg dient 20m¹ te zijn.
  6. De afstand tot de bestemmingsgrens dient 5m¹ te zijn.
  7. Er moet zorg worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het beeldkwaliteitplan.
4.5.2 Bed and breakfast
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het verstrekken van bed and breakfast in bestaande bebouwing. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:
  1. Het maximum aantal slaapplaatsen is tien.
  2. Er dienen voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein te zijn.
  3. Er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven.
4.5.3 Routegebonden horeca
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het als ondergeschikte functie vanuit de bestaande bebouwing verstrekken van dranken en/of spijzen voor gebruik ter plaatse. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:
  1. Er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven.
  2. De oppervlakte van het terras is maximaal 75m²
  3. Er dienen voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein te zijn.
4.5.4 Verhuur van fietsen/ rijtuigen
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het plan voor het als ondergeschikte functie verhuren van fietsen, rijtuigen e.d. vanuit de bestaande bebouwing. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:
  1. Er mag geen sprake zijn van een onevenredige aantasting van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven.
  2. Er dienen voldoende parkeerplaatsen te zijn.
  3. Er moet zorg worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het beeldkwaliteitplan. Hiertoe moet een erfinrichtingsplan worden overgelegd.
4.6 Wijzigingsbevoegdheden
 
4.6.1 Wijzigingsbevoegdheid voor ‘Wonen plus’
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming ‘Wonen’ te wijzigen in de bestemming ‘Specifieke vorm van wonen- Wonen plus’ ten behoeve van de vestiging van een kleinschalig bedrijf in de milieucategorieën 1 of 2. Hierbij moet voldaan worden aan de volgende voorwaarden:
  1. De bedrijfsactiviteit moet plaatsvinden binnen de maximaal toegestane oppervlakte bebouwing, al dan niet na uitbreiding op grond van artikel 4.3.1.
  2. Er vindt geen onevenredige aantasting plaats van andere belangen waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven.
  3. Parkeren, laden en lossen dienen op eigen terrein te geschieden.
  4. Reclameaanduidingen dienen beperkt te blijven tot een bescheiden naamsaanduiding.
  5. Buitenopslag is niet toegestaan.
  6. Er moet zorg worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het beeldkwaliteitplan.
4.6.2 Wijzigingsbevoegdheid voor boerderijsplitsing
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen voor het splitsen van een woonboerderij in maximaal twee aaneen gebouwde woningen. Hierbij gelden de volgende specifieke randvoorwaarden:
  1. splitsing is alleen mogelijk als de woonboerderij een inhoud heeft van tenminste 900m³;
  2. beide woningen dienen na splitsing elk een inhoud te hebben van tenminste 350m³;
  3. per woning is één vrijstaand bijgebouw toegestaan van maximaal 100m²;
  4. eventueel aanwezige overtollige (voormalige bedrijfs) bebouwing dient te worden gesloopt tenzij de bebouwing cultuurhistorische, landschappelijke en/ of architectonische waarde bezit;
  5. er moet zorg worden gedragen voor een goede landschappelijke inpassing conform de uitgangspunten van het beeldkwaliteitplan. Hiertoe moet een erfinrichtingsplan worden overgelegd;
  6. alleen een woonboerderij die vanuit cultuurhistorisch oogpunt waardevol is, mag worden gesplitst, waarbij de splitsing mede gericht dient te zijn op het behoud of herstel van deze woonboerderij.