Plan: | Klaverwei II |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | projectbesluit |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0844.PB2005Klaverwei-OH01 |
Om de voorliggende ontwikkeling mogelijk te maken is door de ontwikkelende partij van Klaverwei II overleg gevoerd met de eigenaren van woningen en gronden binnen het projectgebied en de eigenaren van milieuhinderlijke bedrijven in de nabijheid. Nadat de plannen enigszins vorm hadden gekregen en een aantal belangrijke onderzoeksresultaten bekend waren is met een bredere groep belanghebbenden, de direct aanwonenden, gesproken.
De bewonersgroep Klaverwei heeft voorstellen gedaan ten aanzien van de planopzet. De ontwikkelende partij heeft zoveel mogelijk wensen proberen in te vullen in het plan. In een vervolgoverleg zijn tussen direct aanwonenden en de ontwikkelende partij overeenkomsten gesloten.
In het kader van het vooroverleg is het plan voorgelegd aan het Waterschap Aa en Maas, de Provincie Noord-Brabant. Het Waterschap Aa en Maas heeft aangegeven in te kunnen stemmen met het voorliggend plan. De provincie heeft gewezen op de strijdigheid met de 'Beleidsregel ruimte-voor-ruimte 2006'. De reactie van het Waterschap Aa en Maas alsmede de Provincie Noord-Brabant zijn als respectivieliek bijlage 3 en bijlage 4 aan het voorliggend projectbesluit toegevoegd. De provincie heeft op 29 september 2010 aangegeven dat de aanvraag van de Ruimte voor Ruimte regeling voldoet aan de beleidsregels Ruimte voor Ruimte en dat hiermee de provinciale belangen niet meer zijn geschaad.
Het projectbesluit doorloopt de procedure van artikel 3.11 en verder van de Wet ruimtelijke ordening. Het ontwerp-projectbesluit heeft, conform afdeling 3.4 Awb, van 23 juli tot en met 10 september 2010 ter visie gelegen. Gedurende de periode heeft eenieder de gelegenheid gekregen zijn zienswijzen naar voren te brengen. Van deze mogelijkheid is door tien personen/instanties gebruik gemaakt. De zienswijzen en de beoordeling daarvan zijn in het vaststellingsbesluit in bijlage 5 opgenomen.
Het vastgestelde projectbesluit met bijbehorende stukken hebben vanaf 5 november tot en met 16 december 2010 ter inzage gelegen. Gedurende deze periode is geen beroep ingesteld bij de Raad van State. Het projectbesluit is derhalve per 31 december 2010 onherroepelijk geworden.