Type plan: wijzigingsplan
Naam van het plan: Kom Schijndel 2013
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0844.BPKomschijndel2013-VG01

Artikel 37 Algemene aanduidingsregels

 
37.1 veiligheidszone - lpg
 
37.1.1 Bouwregels
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, mogen op of in de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘veiligheidszone - lpg’ geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd of uitgebreid.
 
37.1.2 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 37.1.1 en toestaan dat beperkt kwetsbare objecten worden gebouwd, indien er sprake is van zwaarwegende maatschappelijke, economische en/of planologische redenen en mits is aangetoond dat er hierdoor geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid van personen.
 
37.1.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, het plan te wijzigen in die zin dat de aanduiding 'veiligheidszone - lpg' wordt verwijderd of gewijzigd, mits:
  1. de betreffende verkoop/aanwezigheid van lpg ter plaatse is beëindigd;
  2. de doorzet van lpg is gewijzigd;
  3. er sprake is van wijziging in regelgeving of vergunningverlening;
  4. de aanduiding ‘verkooppunt motorbrandstoffen met lpg’ is verwijderd of gewijzigd in ‘verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg’.
37.2 vrijwaringszone - molenbiotoop
 
37.2.1 Bouwregels
In afwijking van hetgeen elders in deze regels is bepaald, mag de bouwhoogte van hoofdgebouwen op deze gronden niet hoger zijn dan de hoogte zoals ter plaatse is aangeduid, dan wel niet hoger dan de bestaande hoogte indien deze hoger is.
 
37.2.2 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 37.2.1 en toestaan dat de in de basisbestemming genoemde hoofdgebouwen worden gebouwd, mits:
  1. is aangetoond dat er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het huidige en/of het toekomstig functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering en/of de waarde van de molen als landschapselement, dan wel dat door het stellen van voorwaarden hieraan voldoende kan worden tegemoetgekomen;
  2. vooraf advies wordt ingewonnen van de beheerder van de molen.
37.2.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
  1. Het is verboden zonder omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren ter plaatse van de aanduiding ‘vrijwaringszone - molenbiotoop’:
    1. het beplanten met bomen, heesters en andere opgaande beplanting hoger dan de op grond van het bepaalde in lid 37.2.1 ten hoogste toelaatbare hoogte voor bouwwerken;
    2. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties en apparatuur hoger dan de op grond van het bepaalde in lid 37.2.1 ten hoogste toelaatbare hoogte voor bouwwerken.
  2. Het onder a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden, die:
    1. het normale onderhoud betreffen;
    2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan met een daarvoor benodigde vergunning;
    3. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende omgevingsvergunning.
  3. De onder a genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het huidige en/of het toekomstig functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering en/of de waarde van de molen als landschapselement, dan wel dat door het stellen van voorwaarden hieraan voldoende kan worden tegemoetgekomen. Voorafgaand moet advies worden ingewonnen bij de beheerder van de molen.