direct naar inhoud van 3.1 Rijksbeleid
Plan: Nijverhei 2009, Korte Hei 3
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0840.7001V0006-ON01

3.1 Rijksbeleid

Nota Ruimte

Beleid

Met de Nota Ruimte (2004) verschuift het accent in het nationale ruimtelijk beleid van 'het stellen van beperkingen' naar 'het stimuleren van ontwikkelingen'. Kernbegrippen in de Nota Ruimte zijn de volgende.

  • Ontwikkelingsplanologie; afstemming ruimtelijke beleid op maatschappelijke wensen en komen tot een snellere/slagvaardiger uitvoering van beleid (integrale benadering plangebied; partijen bij elkaar brengen).
  • Decentralisatie; rijksoverheid is verantwoordelijk voor de (nationale) prioriteiten als mainports, economische kerngebieden, nationale stedelijke netwerken, EHS en Vogel- en Habitatrichtlijngebieden, veiligheid tegen overstromingen; daarnaast wordt veel overgelaten aan provincies, gemeenten en waterschappen, ruimte voor decentrale/regionale afwegingen en maatwerk.
  • Deregulering; minder aanwijzingen vanuit het Rijk; minder regels en eenvoudige procedures (onder andere Wro).
  • Uitvoeringsgerichtheid: accent op uitvoering; regelen van uitvoering, geen beleid 'op krediet'.

Aan de Nota Ruimte zijn geen rechtstreekse randvoorwaarden, uitgangspunten of consequenties voor de ruimtelijke ontwikkeling van het plangebied te ontlenen; het plangebied maakt geen deel uit van een gebied waarvoor de rijksoverheid verantwoordelijk is. Wel van belang zijn enkele kwalitatieve constateringen/uitgangspunten zoals vermeld in hoofdstuk 2.3 van de Nota Ruimte (steden, dorpen, bereikbaarheid).

Het provinciale en regionale ruimtelijk beleid biedt elke gemeente de mogelijkheid om zoveel woningen te bouwen als overeenkomt met de natuurlijke bevolkingsaanwas en om voldoende ruimte te bieden voor lokaal georiƫnteerde bedrijvigheid. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor een voldoende en tijdige beschikbaarheid van ruimte voor wonen en werken en daarbij behorende voorzieningen, groen, water, recreatie, sport en infrastructuur.

De revitaliserings-, herstructurerings- en transformatieopgave in bestaand bebouwd gebied moet in beleid en uitvoering krachtig ter hand worden genomen, gelijktijdig en/of in samenhang met de mogelijke ontwikkeling van nieuwe uitleglocaties. Bij de ontwikkeling van nieuwe uitbreidingen van steden en dorpen moet naast de ruimtelijke en marktpotenties van de locatie en de ruimtelijke context gestreefd worden naar het optimaal benutten van de bestaande infrastructuur.

In de ruimtelijke planning van gemeenten moet niet alleen ruimte voor 'rode' functies worden gevonden maar ook voor parkeren, groengebieden, sportterreinen en 'groene' en 'blauwe' recreatiemogelijkheden. Daarbij moet mede uitvoering gegeven worden aan de uitgangspunten van het ruimtelijk waterbeleid.

Toetsing

Het project betreft intensivering van het gebruik van een bestaand bedrijfsperceel en past daarmee binnen de ruimtelijke uitgangspunten van de Nota Ruimte.