Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Partiële herziening bebouwde kom St. Willebrord Bedrijfsverzamelgebouw “Het Zoute Betje”
Status: ontwerp
Plan identificatie: NL.IMRO.0840.258400005-ON01

Artikel 2 Wijze van meten

Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
 
  1. afstanden
    van gebouwen onderling, alsmede afstanden van gebouwen tot de bouwperceelsgrens
    worden gemeten vanaf de zijgevel van een gebouw;

  2. het bebouwde oppervlakte van een bouwperceel of een ander terrein
    door de oppervlakten van alle op een terrein gelegen gebouwen en overkappingen bij
    elkaar op te tellen, tenzij in deze regels anders is bepaald;

  3. de bouwhoogte van een bouwwerk
    vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk
    geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals
    schoorstenen, antennes, en naar aard daarmee gelijkt te stellen bouwonderdelen;

  4. de goothoogte van een bouwwerk
    vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord,
    of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;

  5. de breedte en diepte van een bouwwerk
    tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of tot het hart van de scheidingsmuren,
    met dien verstande, dat wanneer de betreffende gevelvlakken niet evenwijdig
    lopen of verspringen, het gemiddelde wordt genomen van de kleinste en de
    grootste maat;

  6. de oppervlakte van een bouwwerk
    tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren,
    neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein
    ter plaatse van het bouwwerk;

  7. het bewoonbaar vloervloeroppervlak
    binnen de afgewerkte omtrekwanden (in voorkomende gevallen binnen de balustrade)
    onder aftrek van de in de ruimte inspringende onderdelen van het gebouw
    als schoorsteenstoelen, kanalen en kasten, maar zonder aftrek van plinten
    en vast meubilair als aanrechten en verwarmingslinten. Vloeroppervlak waarboven
    minder dan 1,50 meter hoogte aanwezig is wordt hierbij buiten beschouwing
    gelaten;

  8. het bedrijfsoppervlak
    binnenwerks op de vloer van de ruimten die ingevolge het plan worden of kunnen
    worden gebruikt voor bedrijfsmatige activiteiten;

  9. de inhoud van een bouwwerk
    tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels
    (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;

  10. de dakhelling
    langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;

  11. de hoogte van een windturbine
    vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;

  12. ondergeschikte bouwdelen
    bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen,
    schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, portalen, balkons en overstekende
    daken, worden bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het
    bouwen buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, c.q. bestemmingsgrenzen
    niet meer dan 1 meter bedraagt.