Plan: | Buitengebied 2012, De Berg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0840.2582B0003-DEF1 |
in deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Buitengebied 2012, De Berg te Schijf van de gemeente Rucphen;
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0840.2582B0003-DEF1 met de bijbehorende regels;
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0840.2582B0003-DEF1;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de planregels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
blokken van meer dan twee aaneengebouwde hoofdgebouwen;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten dan wel het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk, waarvan de omvang in een woning met bijbehorende gebouwen past en waarbij de woonfunctie blijft behouden;
een beroep dat in een woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar hoofdfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
erf aan de achterkant en de niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerde zijkant, op meer dan 1,00 meter van de voorkant, van het hoofdgebouw;
het meest achterwaarts gelegen deel van een hoofdgebouw;
de gemiddelde hoogte van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde omringende grond;
een afwijking als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, sub c juncto artikel 2.12, lid 1, sub a, onderdeel 1 van de Wabo;
de Algemene wet bestuursrecht, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een op de verbeelding of in de regels aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een maatvoeringsvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd;
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die dient voor de huisvesting van (het huishouden van) een persoon wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van de grond ter plaatse van het gebouw of het terrein, noodzakelijk moet worden geacht;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
Besluit externe veiligheid inrichtingen, zoals dat luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk met een dak;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw en zolder;
een aaneengesloten stuk grond waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegestaan;
de grens van een bouwperceel;
bouwverordening als bedoeld in artikel 8 van de Woningwet;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
een horecabedrijf, niet zijnde een discotheek, dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van kleinere etenswaren, al dan niet ter plaatse bereid;
een al dan niet uitklapbare wagen of voertuig, onder welke benaming ook aangegeven, die uitsluitend of in hoofdzaak dient of kan dienen tot woon-, dag- of nachtverblijf van één of meer personen en die bestemd is op normale wijze en regelmatig op de verkeerswegen als een aanhangsel van een personenauto te worden voortbewogen;
iedere bovenbeëindiging van een gebouw of overkapping;
ondergeschikte opbouw op het dakvlak van een gebouw, ten behoeve van voorzieningen zoals noodtrappen, luchtbehandeling- en liftinstallaties, balkonhekken, ornamenten, privacyschermen en reclame-uitingen;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, hieronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen, verhuren en/of leveren van goederen aan diegenen die deze goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, zoals reisbureaus, wasserettes, auto-rijschool en videotheek;
een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van drank voor gebruik ter plaatse, waarbij het doen beluisteren van overwegend mechanische muziek en het gelegenheid geven tot dans een wezenlijk onderdeel vormen;
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw;
de grondgebonden uitbreiding van één bouwlaag aan de voor- of zijgevel;
de natuurlijke persoon, groep of rechtspersoon die bedrijfsmatig, of van omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte (van een seksinrichting) wordt uitgeoefend;
gebeurtenissen, gericht op een groot publiek, op het gebied van kunst, sport, ontspanning en cultuur;
een gebouw dat bedoeld is voor het stallen van motorvoertuigen;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een verharding opgebouwd uit een materiaal dat na het aanbrengen een solide geheel vormt en niet zonder meer op te delen is;
denkbeeldige dan wel op de verbeelding aangegeven lijn die strak langs de gevel van een gebouw loopt tot aan de bouwperceelsgrenzen;
een hoofdgebouw waarin meerdere woningen zijn ondergebracht, zodanig dat deze boven dan wel beneden elkaar zijn gesitueerd, waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid gewaarborgd is;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit;
een verharding opgebouwd uit onsamenhangend materiaal dat meer draagkracht levert dan de originele grond;
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen, ligging of functie dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken;
een bedrijf gericht op het verstrekken van al dan niet ter plaatse bereidde en al dan niet ter plaatse te nuttigen dranken en/of etenswaren en/of het verstrekken van logies en/of het exploiteren van zaalaccommodaties;
een gebouw of een gedeelte daarvan, dat dient voor het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder congressen en vergaderaccommodaties;
een constructie van één of meer dakvlakken;
een rapport dat verslag doet van het archeologisch onderzoek en voldoet aan de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico dan wel een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, sport- en recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel ten dienste van deze voorzieningen;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangegeven, waar een bepaalde maatvoering geldt;
alle vormen van langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt geboden aan een hulpbehoevende door personen uit diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt;
voorziening ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, schakelhuisjes, duikers, gemaalgebouwtjes en telefooncellen;
vergunning als bedoeld in artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo);
een activiteit waarvan de omvang zodanig is dat deze, met behoud van de hoofdfunctie, naast de hoofdfunctie kan worden uitgeoefend;
het bewaren van goederen, materialen en stoffen, al dan niet in combinatie met de productie, bewerking, verwerking, handel en/of activiteiten van administratieve aard;
een bouwwerk voorzien van een gesloten dak en van maximaal twee wanden;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een met een winkel vergelijkbaar bedrijf dat is gericht op het verlenen van diensten aan diegene die deze diensten afnemen voor publiek;
een seksinrichting met één of meer ramen van waarachter de prostitué/prostituee tracht de aandacht van passanten op zich te vestigen met als doel het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken;
een inrichting of daarmee gelijk te stellen gelegenheid waarin door middel van automaten filmvoorstellingen en/of live-shows van erotische en/of pornografische aard kunnen worden gegeven;
een inrichting of daarmee gelijk te stellen gelegenheid waarin door vertoningen van erotische en/of pornografische aard kunnen worden gegeven;
de voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotisch-massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
het zich op de openbare weg respectievelijk op openbare ruimten of in een zich op de openbare weg respectievelijk openbare ruimte bevindend voertuig beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
gronden waarbij de nadruk ligt op het verblijf van personen in het openbaar gebied en die tevens een verkeersfunctie hebben voor fietsers en voetgangers;
het meest naar de wegzijde gekeerde deel van een hoofdgebouw;
de gevellijn waarin de voorgevel van het hoofdgebouw is gelegen, alsmede het verlengde daarvan;
een hoofdgebouw zonder gemeenschappelijke wand met een ander hoofdgebouw;
de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
als bedoeld in artikel 1, lid 1, sub b van de Wegenverkeerswet 1994, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
de Wet geluidhinder, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
bedrijven als genoemd in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en vergunningenbesluit milieubeheer, zoals dat luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
de Wet milieubeheer, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
de Woningwet, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de zelfstandige huisvesting van één afzonderlijk huishouden;
een te verplaatsen/verwijderen bouwwerk bestaande uit één bouwlaag, geschikt en ingericht ten dienste van het tijdelijke woon-, dag of nachtverblijf van één of meer personen;
de Wet ruimtelijke ordening, zoals die luidde ten tijde van de inwerkingtreding van het plan;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit;
een gevel van een hoofdgebouw, die niet een voorgevel of een achtergevel is;
een zone waar beperkingen gelden ten aanzien van het bouwen en/of gebruik ten behoeve van een goed functioneren van het radarverstoringsgebied van Vliegbasis Woensdrecht;
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
van gebouwen onderling, alsmede afstanden van gebouwen tot de bouwperceelsgrens worden gemeten vanaf de zijgevel van een gebouw;
door de oppervlakten van alle op een terrein gelegen gebouwen en overkappingen bij elkaar op te tellen, tenzij in deze regels anders is bepaald;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel, ondergeschikte bouwdelen, zoals goten van dakkapellen niet meegerekend;
tussen de buitenwerksegevelvlakken en/of tot het hart van de scheidingsmuren, met dien verstande, dat wanneer de betreffende gevelvlakken niet evenwijdig lopen of verspringen, het gemiddelde wordt genomen van de kleinste en de grootste maat;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
binnen de afgewerkte omtrekwanden (in voorkomende gevallen binnen de balustrade) onder aftrek van de in de ruimte inspringende onderdelen van het gebouw als schoorsteenstoelen, kanalen en kasten, maar zonder aftrek van plinten en vast meubilair als aanrechten en verwarmingslinten. Vloeroppervlak waarboven minder dan 1,50 meter hoogte aanwezig is wordt hierbij buiten beschouwing gelaten;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, portalen, balkons en overstekende daken, worden bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw-, dan wel bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,00 meter bedraagt;
De voor ‘Groen - Landschapselement’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Gebouwen mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels;
Andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen, met inachtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in lid 1 genoemde bestemmingen worden opgericht;
Bijbehorende bouwwerken, mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels;
Andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen, met in achtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in lid 5.1.1 genoemde bestemming worden opgericht:
Gebouwen mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
Andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
antennes | maximaal 5,00 meter |
openbare nutsvoorzieningen | maximaal 3,00 meter |
speeltoestellen | maximaal 4,00 meter |
masten | maximaal 8,00 meter |
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde | maximaal 2,00 meter |
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen, met inachtneming van de op de kaart aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in artikel 6.1.1 genoemde bestemmingen worden opgericht:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op deze gronden mogen met inachtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in artikel 7.1.1 genoemde bestemmingen worden opgericht
Hoofdgebouwen mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
Bijbehorende bouwwerken mogen in het achtererfgebied worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen in het achtererfgebied worden opgericht, waarbij de maximale bouwhoogte 2,00 meter bedraagt.
het bevoegde gezag kan nadere eisen stellen voor de situering en afmeting van bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouwen zijnde voor zover noodzakelijk is, met inachtneming van de volgende regels:
Hoofdgebouwen mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
Het gebruiken of laten gebruiken van gronden en bouwwerken met de bestemming 'Wonen' is slechts toegestaan indien de benodigde landschappelijke inpassing van de gronden wordt gerealiseerd:
het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in:
Tot het verboden gebruik wordt in ieder geval gerekend:
Een aan huis verbonden beroep is als medegebruik toegestaan, mist de activiteiten plaatsvinden in de woning én de woning in overwegende mate de woonfunctie behoud.
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 7.5.1, sub a en b voor de uitoefening van een aan huis verbonden bedrijf in een woning en/of bijbehorende bouwwerken en een aan huis verbonden beroep in een bijbehorend bouwwerk, met inachtneming van de volgende regels:
het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 7.5.1, sub c voor:
De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor:
Op deze gronden mogen, met inachtneming van de op de kaart aangegeven aanduidingen, uitsluitend ten dienste van de in artikel 8.1.1 genoemde bestemming worden opgericht:
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (in hoofdstuk 2) mag alleen ten behoeve van deze bestemming worden gebouwd.
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 8.2 en toestaan dat overeenkomstig de andere bestemmingen wordt gebouwd, met dien verstande dat:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 8.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en/of werkzaamheden die:
Een omgevingsvergunning voor werken en/of werkzaamheden als bedoeld in artikel 8.4.1 wordt door het bevoegd gezag niet eerder verleend, nadat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen voor het verwijderen van de dubbelbestemming 'Leiding - Water', indien de betreffende leiding als zodanig niet meer in gebruik is en / of niet meer in gebruik mag worden genomen.
De voor ‘Waarde – Archeologie 3’ aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), tevens bestemd voor:
Op deze gronden mogen, met inachtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen, ten dienste van de in artikel 9.1.1 genoemde bestemmingen geen bouwwerken worden opgericht.
Bouwwerken mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan door middel van omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 9.2.1, sub a, waarbij werkzaamheden plaatsvinden op een oppervlak groter dan 100 m² en dieper dan 0,50 meter, met dien verstande dat:
Het is verboden om zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de navolgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 9.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werkzaamheden die:
De aanvrager van een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 9.4.1 die betrekking heeft op gronden, die op de verbeelding zijn aangewezen als gebied met een hoge archeologische verwachting legt een in artikel 9.3 sub a bedoeld rapport over waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord is vastgesteld.
Het bevoegd gezag verleent de omgevingsvergunning indien naar hun oordeel uit het rapport als bedoeld in artikel 9.4.3 genoegzaam blijkt dat:
In de situatie als bedoeld in artikel 9.4.4, sub b kan het bevoegd gezag de volgende voorwaarden aan de omgevingsvergunning verbinden:
Indien artikel 9.4.5, sub c van toepassing is, wordt in de omgevingsvergunning geregeld wat de gevolgen zijn bij vondsten die worden gedaan tijdens de uitvoering van de werkzaamheden of werken.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen ten behoeve van:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het bevoegd gezag kan, bij het verlenen van een omgevingsvergunning tot bouwen, nadere eisen stellen ten aanzien van:
De in lid 10.1 bedoelde nadere eisen mogen slechts worden gesteld met het doel te voorkomen dat de belangen van derden worden geschaad of afbreuk wordt gedaan aan de doeleinden van het plan en met het oog op de bereikbaarheid van gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en gronden in verband met calamiteiten.
Tot het verboden gebruik wordt in ieder geval gerekend:
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - radar' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, tevens bestemd voor de bescherming van het radarverstoringsgebied van Vliegbasis Woensdrecht teneinde de verstoring van het radarbeeld te voorkomen.
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mogen geen bouwwerken worden opgericht met een hoogte van 63 meter en meer.
Het bevoegd gezag kan door middel van omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 13.1.2 voor het bouwen overeenkomstig het bepaalde in de andere bestemmingen, met dien verstande dat:
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - 25 jaarszone kwetsbaar' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, tevens bestemd voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater in verband met de drinkwatervoorziening, met bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
In afwijking van het bepaalde bij de andere voorkomende bestemmingen mag alleen ten behoeve van deze aanduiding worden gebouwd.
Gebouwen mogen niet worden opgericht.
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 13.2.2 voor het bouwen overeenkomstig de andere bestemmingen.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 13.2.4 onder a vervatte verbod geldt niet voor werken en/of werkzaamheden die:
Een omgevingsvergunning voor werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 13.2.4 onder a wordt door het bevoegd gezag niet eerder verleend nadat schriftelijk advies is verkregen van het waterinbedrijf.
De gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - boringvrije zone' zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, tevens bestemd voor de bescherming van de kwaliteit van het grondwater in verband met de drinkwatervoorziening.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in artikel 13.3.2 onder a vervatte verbod geldt niet voor werken en/of werkzaamheden die:
Een omgevingsvergunning voor werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 13.3.2 onder a wordt door het bevoegd gezag niet eerder verleend nadat schriftelijk advies is verkregen van het waterwinbedrijf.
Het bevoegd gezag kan via een omgevingsvergunning afwijken van de regels in dit plan voor:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de regels in dit plan te wijzigen voor:
Voor zover van toepassing van het overgangsrecht bouwwerken of gebruik leidt tot onbillijkheid van overwegende aard jegens één of meer natuurlijke personen kan het bevoegd gezag ten behoeve van die persoon of personen van dat overgangsrecht een vergunning tot afwijking verlenen.
Indien afstanden op de datum van de ter inzage legging van de vaststelling van het plan meer dan wel minder bedragen dan ingevolge de artikelen 3 tot en met 7 is toegestaan, mogen de bestaande afstanden als maximaal respectievelijk minimaal toelaatbaar worden aangehouden.
In die gevallen dat hoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken, geen gebouwen zijnde op de dag van de vaststelling van het plan meer of minder bedragen dan ingevolge de artikelen 3 tot en met 7 is voorgeschreven, mogen de bestaande maten en hoeveelheden als maximaal respectievelijk minimaal worden aangehouden.
Deze regels worden aangehaald als:Regels van het bestemmingsplan "Buitengebied 2012, De Berg" te Schijf.