direct naar inhoud van Artikel 3 Recreatie
Plan: Sport- en vrijetijdscentrum 'De Vijfsprong', Baanvelden 22
Status: voorontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0840.2581S0011-VO01

Artikel 3 Recreatie

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - 1': tevens een geluidwerende grondwal;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - 1': uitsluitend een indoorschietbaan, sbi-code 9262.1;
  • c. wegen, paden, pleinen, parkeervoorzieningen, groenvoorzieningen en andere voorzieningen ten dienste van de bestemming.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Hoofdgebouwen

Hoofdgebouwen mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak worden opgericht, met inachtneming van de op de verbeelding aangegeven aanduidingen en van het op de verbeelding aangegeven bebouwingspercentage daar waar een dergelijk percentage op de verbeelding is aangegeven;
  • b. de hoofdgebouwen worden met de voorgevel gebouwd in de op de verbeelding aangegeven (verlengde van de) gevellijn, daar waar een dergelijke lijn op de verbeelding is aangegeven. Indien voor een bouwperceel twee gevellijnen zijn bepaald, dient zowel de voor- als de zijgevel hierin te worden gebouwd;
  • c. de bouwhoogte bedraagt maximaal de op de verbeelding aangegeven maat.

3.2.2 Aan- en uitbouwen en bijgebouwen

Aan- en uitbouwen en bijgebouwen mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de aan- en uitbouwen en bijgebouwen mogen uitsluitend binnen het op de verbeelding aangegeven bouwvlak worden opgericht, met inachtneming van het op de verbeelding aangegeven bebouwingspercentage daar waar een dergelijk percentage op de verbeelding is aangegeven.

3.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mogen worden opgericht met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte binnen een bouwvlak bedraagt maximaal 4 meter;
  • b. de bouwhoogte buiten een bouwvlak bedraagt maximaal 2,5 meter;
  • c. de bouwhoogte van een grondwal bedraagt maximaal 4 meter;
  • d. de bouwhoogte van vlaggen- en lichtmasten bedraagt maximaal 15 meter.

3.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen voor de situering en afmeting van bouwwerken en ten aanzien van het bebouwingspercentage, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. nadere eisen zijn noodzakelijk ter voorkoming van onevenredige aantasting van aangrenzende gronden;
  • b. nadere eisen zijn noodzakelijk uit het oogpunt van verkeersveiligheid, brandveiligheid of brand- en rampenbestrijding;
  • c. nadere eisen zijn noodzakelijk om te voorzien in de parkeerbehoefte in de vorm van parkeren op eigen terrein of in het voorzien in ruimte voor laden en lossen op eigen terrein;
  • d. nadere eisen zijn noodzakelijk voor een verantwoorde en evenwichtige stedenbouwkundige inpassing en leidt ten hoogste tot een beperking van het bebouwingspercentage met 15%.

3.4 Specifieke gebruiksregels

Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:

  • a. ondergeschikte horeca-activiteiten zijn toegestaan tot een maximum vloeroppervlakte van 100 m².