direct naar inhoud van Artikel 8 Waarde - Natuur - Attentiegebied
Plan: Verblijfsrecreatieterreinen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0824.verblijfsrecreatie-VG02

Artikel 8 Waarde - Natuur - Attentiegebied

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Waarde – Natuur - Attentiegebied aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en de veiligstelling van de natte natuurparel.

8.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemmingen, met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels.

8.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.3.1 Aanlegverbod zonder omgevingsvergunning

Het is verboden op of in de gronden met bestemming Waarde – Natuur - Attentiegebied en de bestemming Natuur, Agrarisch of Agrarisch met waarden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen of paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen met een oppervlakte van meer dan 100 m²;
  • b. het uitvoeren van grondbewerkingen - afgraven en ontginnen – tot een diepte van meer dan 0,60 meter;
  • c. het aanbrengen van drainage tenzij ter vervanging van reeds bestaande drainage;
  • d. het verlagen van de waterstand – anders dan door het graven van sloten of het toepassen van drainagemiddelen – met uitzondering van grondwateronttrekkingen.

8.3.2 Uitzondering op het aanlegverbod

Het verbod van 8.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:

  • a. uitgevoerd worden op bouwvlakken;
  • b. normaal onderhoud en beheer ten dienste van de bestemming betreffen;
  • c. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van de inwerkingtreding van het plan.

8.3.3 Voorwaarden voor een omgevingsvergunning

De werken en werkzaamheden, zoals in lid  8.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de waterhuishoudkundige situatie niet onevenredig wordt of kan worden aangetast. Alvorens over het verlenen van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden te beslissen wint het bevoegd gezag hieromtrent schriftelijk advies in bij de waterbeheerder.