Plan: | Oostelvoortjes 19 Moergestel |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0824.BPOostelvoortjes19-ON01 |
Het bestemmingsplan 'Oostelvoortjes 19 Moergestel' met identificatienummer NL.IMRO.0824.BPOostelvoortjes19-ON01 van de gemeente Oisterwijk.
De geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels.
een geometrisch bepaald vlak of een figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge deze regels, ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden, regels worden gesteld.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw.
het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, architectonisch, kunstzinnig, juridisch, medisch, paramedisch, therapeutisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, dat in een woning of een bijgebouw bij de woning door de bewoner wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is.
een bedrijf, gericht op het voortbrengen van producten door middel van het telen van gewassen en/of het houden van dieren, nader te onderscheiden in:
Adviescommissie Agrarische Bouwaanvragen of een andere door het bevoegd gezag aan te wijzen onafhankelijke deskundige of commissie van deskundigen.
een door het bevoegd gezag aan te wijzen onafhankelijke en als zodanig geregistreerde deskundige op het gebied van archeologisch onderzoek, in het bezit van een opgravingsbevoegdheid.
onderzoek verricht door of namens een dienst of instelling die over een opgravingsvergunning beschikt.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied in het bodemarchief voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten in het verleden.
een of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen, alsmede verhuur, opslag en distributie van goederen.
Een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein.
afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen - of tot stand kunnen komen - op basis van een verleende omgevingsvergunning voor bouwen.
het gebruik als legaal aanwezig ten tijde van inwerkingtreding van het plan.
De grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bevoegd gezag zoals bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
Een woonvorm die niet op één lijn te stellen is met een huishouden, omdat er geen sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling van de groep en omdat de bewoners zijn aangewezen op noodzakelijke en aanwezige permanente begeleiding en/of therapie ter plaatse of in de directe omgeving. Opvang van personen met een problematiek op het gebied van verslaving of psychische situatie worden hier niet onder begrepen.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
de grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
een vrijstaand gebouw dat in functioneel en bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw.
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en/of historische gaafheid.
vrijetijdsbesteding gedurende de dag zoals sport en spel, wandelen, paardrijden of het houden van een evenement; er is daarbij geen sprake van verblijfsrecreatie.
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de dakgoot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van de constructie in het dakvlak is geplaatst.
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich boven de dakgoot bevindt, waarbij deze constructie (deels) boven de oorspronkelijke nok uitkomt en de onderzijden van de constructie in één of beide dakvlak(ken) is (zijn) geplaatst.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan diegenen die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, internetwinkels en bankfilialen.
niet-gemotoriseerde recreatieve activiteiten, zoals wandelen, fietsen, skaten, paardrijden, vissen, zwemmen en natuurobservatie.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
alle vormen van paardenhouderij die niet zijn gericht op agrarische productie.
het houden van vee in geringe aantallen ten behoeve van eigen genot en gebruik.
het hobbymatig houden van paarden en/of pony's hoofdzakelijk ten behoeve van eigen gebruik en ondergeschikt ten behoeve van verhuur en het bieden van gelegenheid aan derden om hun paarden en/of pony's in pension te stallen en te weiden
functie die gelet op de bestemming en ook feitelijk in ruimtelijk en functioneel opzicht als hoofdfunctie op een perceel kan worden aangemerkt.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen of functie als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
een bedrijf, gericht op de aanleg, de inrichting en het onderhoud van tuinen en groen, met gebruikmaking van de daarbij behorende materialen en gereedschappen, zonder dat detailhandel wordt uitgeoefend.
De bewoning door een persoon of meerdere personen in de vorm van een vast samenlevingsverband, niet zijnde kamerverhuur, logies voor arbeidsmigranten of een bijzondere woonvorm, van een woning.
Het bedrijfsmatig (nacht)verblijf aanbieden, waarbij het kenmerk is dat de kamerhuurder ter plaatse het hoofdverblijf heeft.
een (deel van) een (voormalig) agrarisch bedrijfsgebouw, ingericht voor het verlenen van tijdelijk recreatief verblijf aan steeds wisselende personen die in groeps- of verenigingsverband in het gebouw verblijven.
tenten, vouwwagens, kampeerauto's, caravans of hiermee gelijk te stellen onderkomens, die bestemd zijn voor recreatief verblijf en waarbij de gebruikers hun hoofdverblijf elders hebben.
bouwwerken van glas of ander lichtdoorlatend materiaal (ten behoeve van de agrarische bedrijfsvoering) met een hoogte van 1,5 m of meer, trek-, tunnel-, schaduw-, boog- en gaaskassen daaronder begrepen.
de aan een gebied toegekende waarde met betrekking tot het waarneembare deel van de aardoppervlakte, die wordt bepaald door de herkenbaarheid en de identiteit van de onderlinge samenhang tussen levende en niet-levende natuur.
Het bedrijfsmatig verblijf en/of nachtverblijf (altijd voor meerdere nachten) aanbieden, waarbij de betreffende persoon het hoofdverblijf elders heeft, waarbij geen sprake is van continuïteit in de samenstelling ervan en onderlinge verbondenheid, ongeacht of arbeidsmigranten hetzelfde werk verrichten, dezelfde nationaliteit delen en gezamenlijk de huishouding doen.
alle vormen van langdurige zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt aangeboden aan een hulpbehoevende, door personen uit diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening rechtstreeks voortvloeit uit de sociale relatie en de gebruikelijke zorg van huisgenoten voor elkaar overstijgt; bij de mogelijk hiervoor benodigde extra woonruimte dient er sprake te zijn van bewoning door één huishouden.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de aanwezige flora en fauna.
activiteiten die in ruimtelijk opzicht, functioneel of anderszins ondergeschikt zijn aan de hoofdfunctie op een bestemmings- of bouwvlak.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een (nagenoeg) geheel gesloten dak.
de Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels deel uitmaakt.
voorzieningen of constructies die bij agrarische bedrijven worden toegepast om weersinvloeden te matigen, arbeidsomstandigheden te bevorderen, de toepassing van gewasbeschermingsmiddelen te verbeteren of de kwaliteit van producten te verbeteren, nader te onderscheiden in:
kortdurend verblijf, inclusief nachtverblijf, voor uitsluitend recreatieve doeleinden door bij voorkeur wisselende huishoudens of daarmee gelijk te stellen groepen van personen, die hun hoofdverblijf elders hebben;
een agrarisch bedrijf, dat duurzaam werkgelegenheid biedt aan ten minste één volledige arbeidskracht die een hoofdberoep, hoofdbestaan en volledige dagtaak in het bedrijf vindt (afhankelijk van het aantal dieren, aard van de gewassen, de hoeveelheid grond en inrichting van het bedrijf), waarbij de continuïteit op langere termijn gewaarborgd is.
de gevel van het hoofdgebouw die door zijn aard, functie, constructie of uitstraling als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de voorgevel van een hoofdgebouw tot aan de perceelsgrenzen.
voorzieningen voor de opslag van onder andere voer, (kunst)mest, water, warmte, CO2 of daarmee vergelijkbare stoffen, nader te onderscheiden in:
Het gehuisvest zijn in een woning.
Een gebouw of een gedeelte van een gebouw, dat dient voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
Al het oppervlaktewater zoals sloten, greppels, (infiltratie)vijvers, kanalen, beken en andere waterlopen, ook als deze incidenteel of structureel droogvallen. Alsmede voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelwaterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan gedacht worden aan duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen, gemalen, inlaten etc.
De regeling 'Werkafspraken kwaliteitsverbetering landschap Hart van Brabant, actualisering 2015' of diens rechtsopvolger.
een als zodanig door het bevoegd gezag aan te wijzen deskundige, of commissie van deskundigen op het gebied van zorg en indicatiestelling.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de afstand tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
ingeval van een vrijstaande (schotel)antenne-installatie: tussen het peil en het hoogste punt van de (schotel)antenne-installatie;
ingeval van een op of aan een bouwwerk gebouwde (schotel)antenne-installatie: tussen de voet van de (schotel)antenne-installatie en het hoogste punt van de (schotel)antenne-installatie.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt dat de rotorbladen kunnen innemen.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot/de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel; indien een bouwwerk met betrekking tot deze constructiedelen over verschillende hoogten beschikt, wordt als volgt gemeten:
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de oppervlakte dan wel inhoud van ondergrondse gebouwen wordt bij de in hoofdstuk 2 opgenomen maximaal toelaatbare oppervlakte - dan wel inhoudsmaten meegeteld voor zover niet op dezelfde plaats boven peil een gebouw aanwezig is.
de gebruiksvloeroppervlakte volgens NEN 2580.
vanaf het peil tot de bovenkant van de ondergronds en laagstgelegen vloer.
De voor Agrarisch met waarden - Landschap, natuur en cultuurhistorie - 1 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
en tevens voor:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Bouwwerk | Bouwhoogte | Goothoogte | Oppervlakte/inhoud |
bedrijfswoning (inclusief aan- en uitbouwen en aangebouwde overkappingen) |
7m | 11m | 750 m³ per bedrijfswoning |
bijgebouwen bij een bedrijfswoning, inclusief overkappingen (vrijstaand of aangebouwd aan een bijgebouw) |
3,5m | 6m | 100 m² per bedrijfswoning |
verblijfsrecreatieve eenheden met voorzieningen voor dienstverlening en beheer op de gronden met de aanduiding 'verblijfsrecreatie' |
7m | 11m | 534 m² |
overige bedrijfsgebouwen en overkappingen |
7m | 11m | |
bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voor rijbakken |
2m | ||
erf- of terreinafscheidingen | 2m | ||
overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde |
6m |
Met betrekking tot het gebruik van gronden en bouwwerken gelden de volgende regels:
Tabel 3.1.
Nevenfunctie | Op de gronden met de aanduiding 'wetgevingszone ontheffingsgebied 6.1' | Maximale omvang binnen bestaande bebouwing | |
Verbrede landbouw | |||
verkoop aan huis van (eigen) agrarische producten | + | 100 m² vloeroppervlakte | |
verkoop aan huis van boerderij- en streekproducten | + | 100 m² vloeroppervlakte | |
agrarisch natuur- en landschapsbeheer | + | - | |
agrarsch waterbeheer (blauwe diensten) | + | - | |
sociale functie (resocialisatie therapie, zorgboerderij) | o | 500 m² | |
agrarisch verwante bedrijfsactiviteiten | |||
opslag en stalling van agrarische producten in de bestaande bebouwing (meer dan reguliere opslag ten behoeve van eigen bedrijfsvoering) |
+ | 500 m² | |
vis-, escargots of wormenkwekerij |
+ | 500 m² | |
opslag en stalling van agrarische producten, goederen werktuigen of materialen in de bestaande bebouwing anders dan ten behoeve van het eigen bedrijf |
+ | 500 m² | |
veehandelsbedrijven, foeragehandel | O | 500 m² | |
hoveniersbedrijf, boomverzorgingsbedrijf |
- | 500 m² | |
opslag en stalling van niet-agrarische producten, goederen, werktuigen of materialen (bijv. boten, caravans) vergelijkbaar met categorie 1 of 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten in de bestaande bebouwing |
O | 1000 m² | |
ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten (verglijkbaar met categorie 1 of 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten) en de verkoop ervan | O | 500 m², met maximaal 100 m² vloeroppervlakte voor verkoop | |
recreatieve functies | |||
kinderboerderij/ speelboerderij | O | 500 m² | |
hobbymatige paardrijactiviteiten | + | 500 m² | |
hobbymatig houden van vee | + | 500 m² | |
manege/rijschool | O | 500 m² | |
kano- of roeibootverhuur | O | 500 m² | |
fietsenverhuur | + | 500 m² | |
wandel, -fiets, -of ruiterpaden over het terrein | + | - | |
kleinschalige horecagelegenheid (waaronder theetuin, boerderijterras) | O | 100 m² | |
verblijfsrecreatieve eenheden in woningen (logies met ontbijt, maximaal 4 kamers) | + | 100 m² | |
verblijfsrecreatieve eenheden in (voormalige) agrarische bedrijfsbebouwing tot maximaal 4 kamers per gebouw | O | 200 m² | |
georganiseerde activiteiten (zoals survivalactiviteiten, kinderfeestjes, boerengolf) | + | 500 m² | |
kampeerboerderij | O | 500 m² | |
kleinschalig kamperen | O | 200 m² | |
overige dienstverlening | |||
natuur- en milieueducatie, bezoekboerderijen, rondleidingen | + | 100 m² | |
verzorging van mens en dier (zoals kapsalon, schoonheidssalon, trimsalon) | - | 500 m² | |
museum tentoonstellingsruimte | O | 500 m² | |
niet-agrarisch verwante detailhandel (bijv. kunst- en trimsalon) | - | 200 m² | |
dierenpension, hondenfokkerij | - | 500 m² |
Het gebruiken van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' conform de bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschap, natuur en cultuurhistorie 1' is alleen toegestaan, indien de landschappelijke inpassing binnen maximaal 12 maanden na het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan is aangelegd conform het landschappelijk inpassingsplan en aldus in stand wordt gehouden. Onder landschappelijk inpassingsplan wordt in deze planregels verstaan het landschappelijk inpassingsplan zoals opgenomen in Bijlage 1 bij deze regels.
Het gebruiken van de gronden en gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' conform de bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschap, natuur en cultuurhistorie 1' is alleen toegestaan, indien binnen maximaal 12 maanden na het onherroepelijk worden van het bestemmingsplan, de als te slopen aangeduide gebouwen en bouwwerken zijn gesloopt. Onder de te slopen aangeduide gebouwen en bouwwerken wordt in deze planregels verstaan de gebouwen en bouwwerken die als te slopen zijn aangeduid op de situatietekening zoals opgenomen in Bijlage 2 bij deze regels.
Het gebruiken van de gronden en gebouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' conform de bestemming 'Agrarisch met waarden – Landschap, natuur en cultuurhistorie 1' is alleen toegestaan mits voldoende waterberging wordt gerealiseerd en in stand gehouden wordt conform het gemeentelijk waterbeleid.
Teneinde voor de functie verblijfsrecreatie een goed woon- en leefklimaat te garanderen ten aanzien van drift afkomstig van gewasbeschermingsmiddelen, is het gebruik van de gronden ter plaatse van de aanduiding 'verblijfsrecreatie' conform het bepaalde in artikel 3.1 lid e. uitsluitend toegestaan indien ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch met waarden – wintergroene haag' zoals opgenomen in Bijlage 1 over de gehele lengte van het aanduidingsvlak een windhaag (inheemse soort) met een hoogte van 1,5 m is aangebracht en nadien als zodanig in stand te wordt gehouden.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.3.1 onder e voor het bieden van mantelzorg in een bedrijfswoning, aan- of uitbouw of een bijgebouw, met in achtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het plan ten behoeve van het gebruik van gronden voor de in tabel 3.1 met een O of O* aangegeven nevenfuncties, met uitzondering van kleinschalig kamperen, met inachtneming van het volgende:
Voor de gronden die in tabel 3.1, in de rij 'kleinschalig kamperen', met een O zijn aangegeven kan het bevoegd gezag bij een omgevingsvergunning afwijken van het plan ten behoeve van het toestaan van kleinschalig kamperen op en/of in aansluiting op een agrarisch bouwvlak, met inachtneming van het volgende:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.3.2 een het landschappelijk inpassingsplan, zoals opgenomen in Bijlage 1 van deze regels, indien in plaats daarvan andere landschapsmaatregelen worden getroffen, met dien verstande dat deze landschapsmaatregelen:
Burgemeester en wethouders kunnen, na bedrijfsbeëindiging, de bestemming Agrarisch met waarden – Landschap, natuur en cultuurhistorie - 1 wijzigen in de bestemming Wonen - 2 en/of Tuin en/of Agrarisch met waarden, zonder bouwvlak, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen ten behoeve van vergroting en / of vormverandering van een bouwvlak ten behoeve van:
met inachtneming van het volgende:
De voor Waarde - Archeologie 3 aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologisch waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Indien uit het in lid 4.2.1 onder b genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen zullen of kunnen worden verstoord, kan het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen:
Indien uit het in lid 4.2.1 onder b genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen zullen worden verstoord zonder dat het mogelijk is om deze door de in lid 4.2.2 genoemde voorwaarden veilig te stellen, dan wordt de vergunning geweigerd.
Het bepaalde in lid 4.2.1 onder b, lid 4.2.2 en lid 4.2.3 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie 3 zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 4.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen door:
De voor Waarde - Archeologie 4 aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Indien uit het in lid 5.2.1 onder b genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen zullen of kunnen worden verstoord, kunnen het bevoegd gezag één of meerdere van de volgende voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen:
Indien uit het in lid 5.2.1 onder b genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen zullen worden verstoord zonder dat het mogelijk is om deze door de in lid 5.2.2 genoemde voorwaarden veilig te stellen, dan wordt de vergunning geweigerd.
Het bepaalde in lid 5.2.1 onder b, lid 5.2.2 en lid 5.2.3 is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie 4 zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
Het in lid 5.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen door:
De voor Waarde - Natuur - Attentiegebied aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en de veiligstelling van de natte natuurparel.
Op deze gronden mag worden gebouwd ten behoeve van de andere, voor deze gronden geldende bestemmingen, met inachtneming van de voor de betrokken bestemming(en) geldende (bouw)regels.
Het is verboden op of in de gronden met bestemming Waarde - Natuur - Attentiegebied en de bestemming Natuur, Agrarisch of Agrarisch met waarden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod van lid 6.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 6.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien daardoor de waterhuishoudkundige situatie niet onevenredig wordt of kan worden aangetast. Alvorens over het verlenen van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden te beslissen wint het bevoegd gezag hieromtrent schriftelijk advies in bij de waterbeheerder.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen, waarvoor omgevingsvergunning voor het bouwen is vereist, buiten beschouwing.
De bouwgrenzen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen in afwijking van plankaart en bestemmingsregels worden overschreden door:
Met betrekking tot bestaande maten gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 8.2 onder c voor:
Ingeval van nieuwe woningen ingevolge planwijziging mag de afstand van de woning (inclusief aan- en uitbouwen) tot de as van de weg - ter beperking van geluidshinder - in geen geval minder bedragen dan de in de tabel aangegeven afstanden.
48 dB-contour (in meters uit de wegas) | |
Oostelvoortjes (tussen De Stappert en Stokske) | 17 |
Stokske (tussen Oostelvoortjes en Waterhoefstraat) | 18 |
Nieuwe woningen ingevolge planwijziging mogen op een kleinere afstand tot de weg worden gebouwd dan in de tabel van lid 8.3.1 is aangegeven, indien blijkt dat op die afstand aan de hogere grenswaarde, voor zover hiervoor ontheffing is verleend bij de vaststelling van het plan, uit de Wet geluidhinder wordt voldaan.
Ingeval van herbouw van een woning elders binnen een bouwvlak of een bestemmingsvlak mag de afstand van de voorgevel van de nieuwe woning tot de wegas van de wegvakken zoals genoemd in lid 8.3.1, niet minder worden dan de afstand genoemd in de tabel. Indien de afstand van de bestaande woning tot de wegas al minder is dan de afstand genoemd in de tabel, dan mag de te herbouwen woning niet dichter naar de weg worden gebouwd.
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken gelden de volgende regels:
De algemene gebruiksregels luiden als volgt:
Het bevoegd gezag kan - tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds een omgevingsvergunning voor afwijken kan worden verleend - bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels voor:
Burgemeester en wethouders kunnen de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover zulks van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover zulks noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijdingen mogen echter ten hoogste 3 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Burgemeester en wethouders kunnen de bestemming van gronden wijzigen in de bestemming Natuur of Water met in achtneming van het volgende:
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
Voor bouwen luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald onder de naam Regels van het bestemmingsplan 'Oostelvoortjes 19, Moergestel'.