Plan: | Buitengebied, herziening Papenvoorden ongenummerd |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0823.BPBGPAPENVRDNONG-VAST |
het bestemmingsplan 'Buitengebied, herziening Papenvoorden ongenummerd' met identificatienummer NL.IMRO.0823.BPBGPAPENVRDNONG-VAST van de gemeente Oirschot;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
bedrijvigheid in de categorieën 1 en 2 (op basis van VNG-brochure Bedrijven en Milieuzonering), dan wel naar de aard en de invloed op de omgeving daarmee gelijk te stellen bedrijvigheid, die door zijn beperkte omvang in of bij een woonhuis met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend;
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijgebouwen met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren (of horizontale balklagen) is begrensd;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
een gesloten bovenbeëindiging van een gebouw, c.q. bouwwerk;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een gebouw dat op een bouwperceel, door zijn constructie, bouwmassa, ruimtelijke uitstraling en/of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste bouwwerk is aan te merken;
ecologische en/of landschappelijke waardevolle elementen zoals bosjes, houtwallen, poelen en moerasjes, in de regel kleiner dan 2 ha;
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van sport en sportieve recreatie en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;
functie waarvoor maximaal 30% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw als zodanig mag worden gebruikt;
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een (raam)prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
de denkbeeldige lijn, evenwijdig aan de as van de weg waaraan gebouwd wordt, op een afstand van de weg die:
een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor de huisvesting van één huishouden, een en ander met inbegrip van aangebouwde bijgebouwen (bergingen en garages);
wet van 29 augustus 1991, Stb. 439, tot herziening van de Woningwet, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de kortste afstand van een bouwwerk tot de zijdelingse grens van het bouwperceel;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse hoofdgevelvlakken en/of de harten van gemeenschappelijke scheidingsmuren;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
vanaf het peil tot aan de (wieken)as van de windturbine;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
de oppervlakte van alle op een bouwperceel gelegen bouwwerken tezamen;
de diepte van toegestane diepte van 5 meter wordt gemeten vanaf het peil.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van bouwen, worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen, gevel- en kroonlijsten, luifels, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1 meter bedraagt.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met aan a en b ondergeschikt:
Ter plaatse de op de verbeelding aangegeven aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bebouwings- en beplantingsvrije zone' mag niet worden gebouwd en mag geen opgaande beplanting aanwezig zijn.
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Woningen |
min. | max. |
Goothoogte |
n.v.t. | 4,5 m |
Bouwhoogte |
n.v.t. | 10 m |
Inhoud |
n.v.t. | 750 m3 |
Inhoud ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - grotere inhoudsmaat toegestaan' |
n.v.t. | 1.000 m3 |
Dakhelling |
12° | 60° |
Afstand tot de zijdelingse perceelsgrens |
10 m | n.v.t. |
Herbouw van bestaande woningen is uitsluitend toegestaan indien en voor zover:
Voor het bouwen van bijgebouwen gelden de volgende bepalingen:
Bijgebouwen | min. | max. |
Oppervlakte |
n.v.t. | 120 m2, met dien verstande dat in geval van sloop 20% van de te slopen oppervlakte bebouwing als extra oppervlakte mag worden teruggebouwd met een maximale totale oppervlakte aan bijgebouwen van 240 m2
|
Oppervlakte ter plaatse van de aanduiging 'specifieke bouwaanduiding - grotere inhoudsmaat toegestaan' |
n.v.t. | 240 m2 |
Bebouwingspercentage van de bijgebouwen en overkappingen gezamenlijk |
n.v.t. | 50% |
Goothoogte |
n.v.t. | 4 m |
Bouwhoogte |
n.v.t. | 6,5 m |
Afstand tot de woning |
n.v.t. | 10 m |
Afstand tot de zijdelingse perceelsgrens |
10 m | n.v.t. |
Afstand achter de voorgevellijn |
n.v.t. | n.v.t. |
Dakhelling |
12° | 45° |
Voor het bouwen van ondergrondse bouwwerken, gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
Bouwwerken, geen gebouwen zijnde |
max. bouwhoogte | overig |
Erfafscheidingen |
voor de voorgevellijn van de woning: 1 m |
|
overig: 2 m |
||
Toegangspoort |
2 m | de breedt bedraagt maximaal 6 m |
de toeganspoort wordt minimaal 6 meter van de naar de openbare weg gekeerde perceelsgrens gebouwd |
||
Niet overdekt zwembad |
de afstand achter de voorgevellijn bedraagt minimaal 3 m |
|
de afstand tot de perceelsgrenzen bedraagt minimaal 5 m |
||
de afstand tot de woning bedraagt maximaal 20 m |
||
Paardenbakken (recreatief/hobbymatig) |
de bouwhoogte van een terreinafscheiding bedraagt maximaal 1 m voor de voorgevellijn van de woning en 2 m voor de overige situaties |
de oppervlakte bedraagt maximaal 800 m2 |
de aanwezige landschapswaarden mogen niet onevenredig worden aangetast |
||
lichtmasten zijn niet toegestaan |
||
de afstand achter de voorgevellijn bedraagt minimaal 3 m | ||
Overkappingen |
3 m | maximum oppervlakte 30 m2 |
het gezamenlijk te bebouwen oppervlak van bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 50% van het bouwperceel |
||
de afstand achter de voorgevellijn bedraagt minimaal 3 m | ||
Antennes |
10 m | n.v.t. |
Reclameaanduidingen |
2 m | achter de voorgevellijn |
maximum oppervlakte 1,5 m2 |
||
Lichtmasten |
3 m | n.v.t. |
Overige andere bouwwerken |
4 m | n.v.t. |
In aanvulling op het bepaalde in artikel 7.10 Wro wordt onder gebruik stijdig met de bestemming in ieder geval gerekend:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 3.4.1, wanneer strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, welke beperkingen niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 3.4.1 onder a en toestaan dat een (vrijstaand) bijgebouw wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 3.4.1 onder b ten behoeve van het gebruik van ruimten binnen de woning en/of bijgebouwen bij de woning voor aan huis verbonden beroeps- en/of bedrijfsactiviteiten, mits:
De voor ‘Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming, mede bestemd voor instandhouding en bescherming van de in de grond verwachte archeologische waarden.
Het is verboden op de gronden met de bestemming 'Waarde - Archeologie 4' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren, over een oppervlakte van 500 m² en groter:
Het in 4.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
De voor 'Waterstaat - Beschermingszone' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor de instandhouding van de beschermingszone van de regionale keringen overeenkomstig de Legger Rijkswaterstaatwerken Waterwet zoals vastgesteld op 30 november 2012.
In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen mag niet worden gebouwd, met uitzondering van bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van de instandhouding van de beschermingszone met een maximale bouwhoogte van 4 meter.
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 5.2 voor het bouwen overeenkomst de andere daar voorkomende bestemmingen, mits de bouw verenigbaar is met de belangen van de beschermingszone. Voor de verlening van deze omgevingsvergunning wordt advies ingewonnen bij Rijkswaterstaat.
Het is verboden zonder of in afwijking van een vergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het in 5.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden die:
De in 5.4.1 genoemde omgevingsvergunning wordt slechts verleend indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van:
Het bevoegd gezag kan het plan wijzigen ten aanzien van de plaats van de bestemmingsgrens, voor zover de afwijking van geringe aard is en ten aanzien van ondergeschikte punten, wanneer dit met het oog op de praktische uitvoering gerechtvaardigd is respectievelijk indien de aanpassing aan de terreingesteldheid dit noodzakelijk maakt en de belangen van derden niet onevenredig worden geschaad.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Buitengebied, herziening Papenvoorden ongenummerd'.