direct naar inhoud van 4.6 Bedrijven en milieuzonering
Plan: De Beemel 17 en 19 Nuenen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0820.BPNuenBeemel17en19-D001

4.6 Bedrijven en milieuzonering

Beleid en normstelling

Bij de vaststelling van een bestemmingsplan dient rekening te worden gehouden met eventuele milieuhinder door bedrijven. Uitgangspunt daarbij is dat bedrijven niet in hun bedrijfsvoering worden beperkt en dat ter plaatse van woningen sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Voor de afstemming tussen milieugevoelige en milieuhinderlijke functies wordt milieuzonering toegepast. Daarvoor wordt gebruikgemaakt van de VNG-publicatie Bedrijven en Milieuzonering. In deze publicatie is een lijst opgenomen waarin de meest voorkomende bedrijven en bedrijfsactiviteiten zijn gerangschikt naar mate van milieubelasting. Voor elke bedrijfsactiviteit is de maximale richtafstand ten opzichte van milieugevoelige functies aangegeven op grond waarvan de categorie-indeling heeft plaatsgevonden. De richtafstanden gelden ten opzichte van het omgevingstype 'rustige woonwijk'. Voor andere omgevingstypen dan een rustige woonwijk kunnen kleinere richtafstanden worden gehanteerd. Milieuzonering beperkt zich tot de milieuaspecten met een ruimtelijke dimensie: geluid, geur, gevaar en stof.

Onderzoek en conclusie

Het plangebied is gelegen aan de oostrand van Nuenen. In de directe omgeving van het plangebied komen voornamelijk woonbestemmingen voor. Dit zijn geen hinderlijke functies. Ten oosten van Nuenen (in het buitengebied) is een agrarisch hulpbedrijf gevestigd aan de Prinsenweier 9. Tevens zijn in het buitengebied enkele agrarische bedrijven gevestigd:

  • Prinsenweier 4;
  • Prinsenweier 7;
  • Prinsenweier 18 (grondgebonden intensieve veehouderij);
  • Papenvoortse Heide 3 (intensieve veehouderij);
  • Papenvoortse Heide 3A (intensieve veehouderij).

Deze bedrijven zijn op meer dan 200 m van het plangebied gevestigd. Door deze grote afstand tot het plangebied zijn de bedrijven niet van invloed op het woon- en leefklimaat ter plaatse. Geconcludeerd wordt dat het aspect bedrijven en milieuzonering geen rol speelt bij de onderbouwing van het bestemmingsplan.