direct naar inhoud van Artikel 8 Algemene aanduidingsregels
Plan: Broeksche Erven
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0820.BPBroekscheErven-D001

Artikel 8 Algemene aanduidingsregels

8.1 overig - attentiegebied EHS
8.1.1 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

Het is verboden op of in de voor 'overig - attentiegebied EHS' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het verzetten van grond van meer dan 100 m3 of op een diepte van meer dan 60 centimeter beneden maaiveld, voor zover geen vergunning is vereist op grond van de Ontgrondingenwet;
  • b. de aanleg van drainage ongeacht de diepte, tenzij het gaat om vervanging van een bestaande drainage;
  • c. het verlagen van de grondwaterstand anders dan door middel van het graven van sloten of het toepassen van drainagemiddelen, met uitzondering van grondwaterontrekkingen;
  • d. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen of verharde oppervlakten van meer dan 100 m2, anders dan een bouwwerk.

Het hiervoor gestelde is niet van toepassing voor:

  • e. normale onderhoudswerkzaamheden;
  • f. werken of werkzaamheden binnen het kader van het normale bodemgebruik;
  • g. werken en/of werkzaamheden, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan, in uitvoering zijn, dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning, ontheffing of anderszins mogen worden uitgevoerd.

De werken of werkzaamheden als hiervoor bedoeld zijn slechts toelaatbaar indien daarover vooraf advies wordt ingewonnen bij het betreffende waterschap.

8.2 vrijwaringszone - molenbiotoop
8.2.1 Verbod

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' mag niet worden gebouwd.

8.2.2 Omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning (voorheen: ontheffing) verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 8.2.1, met dien verstande dat:

  • a. de windvang van de molen daardoor niet in onevenredige mate wordt aangetast. Uitgangspunt hierbij is dat de optimale windvang tot maximaal 5% mag worden beperkt;
  • b. dit vanuit stedenbouwkundig oogpunt verantwoord is.
8.3 vrijwaringszone - radar
8.3.1 Aanduidingsomschrijving

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - radar' zijn de gronden, in aanvulling op het bepaalde in de ter plaatse geldende bestemmingen, mede bestemd voor de bescherming van de radarsystemen van de vliegbasis Volkel.

8.3.2 Bouwregels

Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - radar' mag de hoogte van bouwwerken niet meer bedragen dan 65 meter + NAP.

8.3.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en Wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.3.2 en toestaan dat de in de basisbestemmingen genoemde gebouwen en bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd, die afwijken van de voorgeschreven hoogtes, mits:

  • a. de grotere hoogte past binnen de overige bouwregels die gelden voor de betreffende bestemming;
  • b. de werking van de radar niet in onaanvaardbare mate negatief wordt beïnvloed;
  • c. vooraf schriftelijk advies wordt ingewonnen van de beheerder van het radarverstoringsgebied.