direct naar inhoud van Artikel 6 Algemene bouwregels
Plan: Heikant 20
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0798.BPheikant20-VG01

Artikel 6 Algemene bouwregels

6.1 bestaande afmetingen, afstanden en percentages

In die gevallen dat de goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud, de afstand tot enige op de plankaart aangegeven lijn van bouwwerken en/of het bebouwingspercentage, die in overeenstemming met het bepaalde in de Woningwet tot stand zijn gekomen, op het tijdstip van terinzagelegging van het ontwerp van het plan meer respectievelijk minder bedraagt dan in de bouwregels in hoofdstuk 2 van deze regels is voorgeschreven respectievelijk toegestaan, geldt die goothoogte, bouwhoogte, oppervlakte, inhoud, afstand en/of bebouwingspercentage in afwijking daarvan als minimaal respectievelijk maximaal toegestaan.

6.2 Ondergronds bouwen

Het bepaalde in deze regels en op de verbeelding omtrent de situering, de horizontale diepte en de oppervlakte van bouwwerken, alsmede het bebouwingspercentage, is op overeenkomstige wijze van toepassing op ondergronds bouwen, met dien verstande dat de verticale diepte van ondergrondse bouwwerken niet meer dan 5 m mag bedragen.

6.3 Overschrijding van gevellijnen

Gevellijnen, niet zijnde bestemmingsgrenzen, mogen, in afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2 van deze regels, uitsluitend worden overschreden door tot hoofdgebouwen behorende ondergeschikte bouwdelen, zoals stoepen, stoeptreden, trappen(huizen), galerijen, hellingbanen, funderingen, balkons, erkers, entreeportalen, veranda’s en overkappingen, mits:

  • a. de overschrijding niet meer bedraagt dan 1,5 m, met dien verstande dat de diepte van een erker maximaal 1,1 m mag bedragen;
  • b. de goot- en bouwhoogte van erkers, entreeportalen en veranda’s niet meer bedraagt dan 3 meter;
  • c. de breedte van erkers, entreeportalen en veranda’s niet meer bedraagt dan 40% van de breedte van de betreffende gevel van het gebouw, met dien verstande dat:
  • een erker voor de gevellijn niet buiten de zijgevel mag uitsteken;
  • de afstand van een erker aan de zijgevel tot de zijdelingse perceelsgrens mi-
  • nimaal 1 m dient te bedragen;
  • een erker aan de zijgevel tenminste 3 m achter de gevellijn dient te liggen;
  • d. de afstand tot de bestemmingsgrens minimaal 2 m bedraagt;
  • e. andere ondergeschikte onderdelen van gebouwen, mits de overschrijding niet meer bedraagt dan 1 m.