direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Facetplan geluidszone gezoneerd industrieterrein Heesch West (gemeente 's-Her...
Status: ontwerp
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002440-1301

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding

Op basis van hoofdstuk V van de Wet geluidhinder (Wgh) dient rondom een industrieterrein, waarop bepaalde typen lawaaiproducerende bedrijven kunnen worden gevestigd, een geluidzone te worden vastgesteld. Deze bedrijven zijn aangewezen in bijlage 1, onderdeel D van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en worden in de volksmond 'grote lawaaimakers' genoemd. De geluidszone vormt een bufferzone tussen de bedrijven op het industrieterrein en de geluidsgevoelige bestemmingen in de omgeving. Buiten deze zone mag de geluidsbelasting vanwege alle bedrijven op het industrieterrein tezamen niet hoger zijn dan 50 dB(A) etmaalwaarde. Binnen de zone gelden beperkingen voor geluidgevoelige bestemmingen.

Het industrieterrein "Heesch West" is een gezoneerd industrieterrein en wordt op grond van de Wet geluidhinder voorzien van een geluidszone. Het gezoneerde terrein (met de bestemming 'Bedrijventerrein') is mogelijk gemaakt in het bestemmingsplan "Heesch West" van de gemeentes 's-Hertogenbosch en Bernheze. De invulling qua geluidruimte op deze bedrijfskavels wordt echter mogelijk gemaakt met het voorliggende facetbestemmingsplan. Vanuit het bestemmingsplan "Heesch West" is een (juridische) verwijzing gemaakt naar het facetbestemmingsplan. De zone rondom Heesch West ligt niet alleen in de gemeenten 's-Hertogenbosch en Bernheze, maar ook in Oss.

Ook de zone rondom het industrieterrein wordt via het voorliggende facetbestemmingsplan geregeld, en in juridische zin vastgesteld. Gesproken wordt van een 'facet'-bestemmingsplan, omdat het plan zich slechts op één facet richt: namelijk industrielawaai. Binnen de geluidszone, maar buiten het industrieterrein, zijn diverse bestaande woningen gelegen.

Overigens wordt in dit facetbestemmingsplan overal gesproken van 'geluidszone', dus met een 'tussen-s', in analogie met de Wet geluidhinder. De Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP) schrijft echter de naamgeving 'geluidzone - industrie' - dus zonder 'tussen-s' voor. Uiteraard wordt dezelfde zone bedoeld.

1.2 Ligging plangebied

Het plangebied waarop dit facetbestemmingsplan betrekking heeft, is het gebied van en rondom het (nieuwe) gezoneerde industrieterrein "Heesch West", bepaald door de berekende geluidswaarden. Afbeelding 1.1. geeft de ligging van het gezoneerde industrieterren en de bijbehorende geluidszone weer, oftewel de begrenzing van het onderhavige facetbestemmingsplan.

Omdat een bestemmingsplan door een gemeenteraad alleen voor het eigen grondgebied kan worden vastgesteld, is de verbeelding van het bestemmingsplan geknipt in drie verschillende deelgebieden (één voor iedere afzonderlijke gemeente). De toelichting en de regels (m.u.v. de specifieke plangegevens zoals de IDN-code) blijven, voor de duidelijkheid, voor alle drie de verschillende bestemmingsplannen gelijk, hoewel in Oss de inhoudelijke regeling voor de geluidverdeling dus geen rechtskracht heeft, omdat daar het gezoneerde industrieterrein zelf niet voorkomt.

Voor de overzichtelijkheid is een afbeelding van de totale verbeelding, oftewel een samenstelling van de drie afzonderlijke bestemmingsplanverbeeldingen, opgenomen als Bijlage 1 bij deze toelichting.

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002440-1301_0001.jpg"

Afbeelding 1.1.: ligging gezoneerd industrieterrein "Heesch West" (grijze arcering) en bijbehorende geluidszone (oranje arcering). Deze kaart is ook opgenomen als bijlage 1 bij deze toelichting.

1.3 Voorgaande plannen en ruimtelijke besluiten

Dit facetbestemmingsplan vult de onderliggende bestemmingsplannen en besluiten aan voor wat betreft het onderdeel industrielawaai:

Naam voorgaand plan of besluit   Gemeente   Vaststelling  
Bestemmingsplan "Buitengebied Maasdonk, herziening Sassendreef 16A te Geffen"   Gemeente Maasdonk, nu 's-Hertogenbosch   1 augustus 2011  
Bestemmingsplan "Buitengebied Maasdonk 2012"   Gemeente Maasdonk, nu 's-Hertogenbosch   30 september 2014  
Bestemmingsplan "Buitengebied Bernheze"   Gemeente Bernheze   onherroepelijk 8 oktober 2014  
Bestemmingsplan "Buitengebied Oss - 2020"   Gemeente Oss   16 april 2020  
Parapluplan "Geitenhouderijen Oss - 2019"   Gemeente Oss   5 maart 2020  
Bestemmingsplan "Vrijkomende Agrarische bebouwing Bernheze 2018'   Gemeente Bernheze   3 december 2018  
Bestemmingsplan "BPL Teeltondersteunende voorzieningen gemeente Bernheze"   Gemeente Bernheze   13 december 2018  
Omgevingsvergunning "Zonnepark Achterste Groes"   Gemeente Bernheze   18 november 2019  
Bestemmingsplan "Heesch West"   Gemeente Bernheze   PM  
Bestemmingsplan "Heesch West"   Gemeente 's-Hertogenbosch   PM  

Diverse vigerende bestemmingsplannen en andere ruimtelijke besluiten staan toe, dat nieuwe geluidgevoelige objecten binnen de geluidszone kunnen worden gebouwd of dat bestaande geluidsgevoelige objecten kunnen worden uitgebreid in de richting van het industrieterrein. Dit zou een belemmerende invloed kunnen hebben op de bedrijfsvoering van de aanwezige bedrijven of toekomstige bedrijven, doordat de geluidsruimte wordt aangetast. Om dit te voorkomen is in dit facetbestemmingsplan een regeling opgenomen. Aan de geluidszone is een gebiedsaanduiding "Geluidzone - industrie" gegeven. De buitenste grens van de geluidszone van Heesch West wordt bepaald door de ligging van de berekende 50 dB(A) contour (etmaalwaarde). Met andere woorden, buiten deze zone mag de 50 dB(A) etmaalwaarde niet worden overschreden door geluid van bedrijven op het industrieterrein.

Het bestemmingsplan "Heesch West", waarmee de bedrijven op het bedrijventerrein mogelijk worden gemaakt, staat ook in het rijtje. De nadere invulling van de bestemming 'Bedrijventerrein' die in dat plan is toegekend aan de gronden, voor wat betreft het aspect industrielawaai, wordt geregeld met het voorliggende facetbestemmingsplan.

1.4 Leeswijzer

Na dit inleidende hoofdstuk wordt in Hoofdstuk 2 Gezoneerd industrieterrein nader ingegaan op de inhoudelijke aspecten van de geluidzone. In Hoofdstuk 3 Juridische aspecten wordt vervolgens de juridisch-planologische regeling nader toegelicht. Daarna wordt in Hoofdstuk 4 Economische uitvoerbaarheid op de economische uitvoerbaarheid van het bestemmingsplan ingegaan en tot slot in Hoofdstuk 5 Maatschappelijke uitvoerbaarheid en procedure op de maatschappelijke uitvoerbaarheid.

Hoofdstuk 2 Gezoneerd industrieterrein

2.1 Inleiding

De zonering van industrielawaai is vastgelegd in hoofdstuk V "Zones rond industrieterreinen" van de Wet geluidhinder (Wgh) en hoofdstuk 2 van het Besluit Geluidhinder. De grootte van de zone is niet vastgelegd in de Wgh of een daaraan gekoppeld besluit. Een zone wordt in een bestemmingsplan gelegd rond een industrieterrein, waar volgens dat bestemmingsplan de vestiging van inrichtingen als bedoeld in artikel 2.1. derde lid van het Besluit omgevingsrecht (Bor) en bijlage I onderdeel D van het Bor mogelijk is ('grote lawaaimakers'). De nadere invulling c.q. de verdeling van geluid binnen de bedrijfsbestemmingen kan, indien gewenst, planologisch worden geregeld zodat wordt voorkomen dat één bedrijf alle beschikbare geluidruimte benut.

De grootte van de zone is afhankelijk van de benodigde of gewenste geluidsruimte van het gezoneerde industrieterrein. In het bestemmingsplan moet de zone (die niet kleiner mag zijn dan de 50 dB(A)-contour etmaalwaarde) worden vastgelegd.

Binnen de zone rond een industrieterrein kunnen echter wel geluidsgevoelige bestemmingen liggen. De hoogte van de maximaal toelaatbare geluidsbelasting op deze bestemmingen is onder andere afhankelijk van de aard van de geluidsgevoelige bestemming en of het gaat om nieuwbouw dan wel bestaande bouw.

Bij omgevingsvergunningverlening aan bedrijven op het industrieterrein in het kader van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) wordt de aangevraagde geluidsbelasting van de desbetreffende inrichting en de al bestaande geluidsbelasting van de andere bedrijven, getoetst aan de zone (in het bestemmingsplan vastgesteld) en aan de vastgestelde hogere waarden bij geluidgevoelige objecten, zoals woningen.

2.2 Wat is een geluidszone

Zonering van industrielawaai in het kader van de Wet geluidhinder is het ruimtelijk scheiden van industrieterreinen waarop (grote) lawaaimakers zijn gevestigd enerzijds en woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen anderzijds.

Met zonering wordt beoogd rechtszekerheid te bieden aan zowel bedrijven als aan bewoners/gebruikers van woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen. Bedrijven kunnen aan de ene kant hun geluidsproducerende activiteiten niet onbeperkt uitbreiden ter bescherming van woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen binnen en buiten de zone. Aan de andere kant wordt, ter bescherming van hun akoestische ruimte, voorkomen dat woningen en andere geluidsgevoelige bestemmingen te dicht bij de bedrijven worden gerealiseerd.

2.3 Onderzoek

In het kader van het MER en het bestemmingsplan "Heesch West" is, gebaseerd op het principe van inwaartse zonering, een akoestisch onderzoek uitgevoerd. Daarin is de ligging van de geluidzone bepaald. Tevens is in dat onderzoek bepaald, voor welke woningen hogere waarden als gevolg van het industrielawaai noodzakelijk zijn, en is de aanvaardbaarheid afgewogen. Voor de volledigheid is het akoestisch onderzoek, dat als bijlage is opgenomen bij het bestemmingsplan "Heesch West", ook bij dit facetbestemmingsplan opgenomen als Bijlage 2. Het ontwerpbesluit hogere waarden, dat als bijlage is opgenomen bij het bestemmingsplan "Heesch West", is voor de volledigheid ook opgenomen bij dit facetbestemmingsplan, als Bijlage 3.

2.4 Geluidverdeling

Omdat nog niet bekend is hoe de bedrijfspercelen op Heesch West precies uitgegeven gaan worden, is in het bestemmingsplan "Heesch West" - en in het verlengde daarvan in het akoestisch onderzoek - het principe van inwaartse zonering gehanteerd. Dat houdt in dat ten opzichte van de bestaande omliggende woningen, de richtafstanden (behorende bij het gebiedstype 'gemengd gebied') inwaarts zijn uitgezet en daarmee de maximale toegestane milieucategorie is bepaald. Deze vlakken met milieucategorieën zijn in het akoestisch onderzoek vertaald naar oppervlaktebronnen en deze vlakken hebben ten grondslag gelegen aan de geluidruimteverdeling.

Gekozen is voor het vastleggen van een basisemissie van geluid per vierkante meter (het emissiebudget), die de maximale invulling van de zone (ruimschoots) respecteert. Via een binnenplanse afwijkingsmogelijkheid kan een bedrijf op individueel niveau ook een hogere geluidemissie vergund krijgen, als dit aantoonbaar vanuit de bedrijfsvoering noodzakelijk is, de belangen van de omliggende percelen niet onevenredig worden geschaad, de beste beschikbare technieken worden toegepast en de grenswaarden uit de Wet geluidhinder in acht worden genomen (de zone en de verleende hogere waarden).

Het emissiebudget is vastgelegd in Bijlage 1 Kaart emissiebudget, waarin ook de verschillende waarden per beoordelingsperiode (dag, avond, nacht) zijn opgenomen. De wijze waarop de geluidemissie moet worden bepaald en getoetst aan het emissiebudget, is vastgelegd in Bijlage 2 Geluidverdeling Heesch West.

In overleg met de geluidspecialisten van de gemeente 's-Hertogenbosch en de Omgevingsdienst Brabant Noord is ervoor gekozen om op de emissiekaart met een beperkt aantal deelgebieden te werken, die meerdere milieucategorieën kunnen bevatten. Door met minder deelgebieden te werken kunnen het terrein en de zone eenvoudiger en doelmatiger beheert en bewaakt worden. Bij deze vereenvoudiging is voor verschillende deelgebieden de geluidemissie verlaagd en/of uitgemiddeld ten opzichte van de milieucategorieën in het akoestisch onderzoek.

Omdat de concrete invulling en de verkaveling van het terrein nog niet bekend zijn, is gekozen om enigszins terughoudend te zijn met het vastleggen van emissiebudgetten. De vastgelegde emissiebudgetten zijn dan ook lager dan op basis van het akoestisch onderzoek mogelijk zou zijn. Hiermee wordt voorkomen dat onnodig veel geluidemissie wordt vastgelegd op locaties waar deze later niet nodig blijkt te zijn. Daarnaast wordt hiermee ruimte gecreëerd om door middel van de afwijkingsbevoegdheid extra geluidemissie toe te kennen aan bedrijven waarvoor dat noodzakelijk blijkt te zijn.

Met het vastleggen van emissiebudgetten is geborgd dat op elk deel van het terrein geluidruimte beschikbaar is en wordt voorkomen dat kavels niet kunnen worden uitgegeven omdat er geen geluidruimte meer beschikbaar is.

Bij het vastleggen van het emissiebudget zijn de zone en hogere waarden in acht genomen en bij het gebruik van de afwijkingsbevoegdheid moet getoetst worden of de zone en hogere waarden in acht worden genomen. Met deze toetsing wordt geborgd dat het geluid in de omgeving aanvaardbaar blijft.

Hoofdstuk 3 Juridische aspecten

3.1 Planmethodiek

Dit bestemmingsplan heeft de vorm van een ‘facetplan’. Dit betekent dat het gaat over slechts één onderwerp en dat het over andere bestemmingsplannen heen ligt.

3.2 Regels

De regels bestaan uit drie hoofdstukken:

  • Inleidende regels (hoofdstuk 1)
  • Algemene regels (hoofdstuk 2)
  • Overgangs- en slotregels (hoofdstuk 3)

Hierna wordt een korte toelichting gegeven op de in het voorliggende plan voorkomende artikelen.

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

In dit hoofdstuk is, in Artikel 1 Begrippen, een aantal begrippen verklaard dat wordt gebruikt in de regels. Dit voorkomt dat er bij de uitvoering van het plan onduidelijkheden ontstaan over de uitleg van bepaalde regelingen. Logischerwijs gaat het met name om begrippen uit het milieuspoor.

Hoofdstuk 2 Algemene regels

In dit hoofdstuk wordt middels de aanduiding 'Geluidzone - industrie', de feitelijke geluidszone geregeld. Geregeld is dat buiten deze zone, de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein, de waarde van 50 dB(A) etmaalwaarde niet te boven mag gaan. Nieuwe geluidgevoelige bebouwing is niet toegestaan. Hiervan kan worden afgeweken (waaronder zowel bouwen als gebruik wordt begrepen) als wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarden van de Wet geluidhinder, of wanneer wordt voldaan aan vastgestelde hogere waarden (inclusief de daarbij gestelde voorwaarden/maatregelen).

Vervolgens is in dit hoofdstuk, middels de aanduiding 'Overige zone - gezoneerd industrieterrein' de verdeling van geluid op de bedrijfspercelen geregeld. De bedrijfspercelen zijn van een bedrijfsbestemming voorzien in het bestemmingsplan "Heesch West", van waaruit juridisch wordt verwezen naar dit voorliggende facetplan. De regeling in dit artikel regelt de nadere onderverdeling van de geluidruimte op het industrieterrein. Daarbij wordt verwezen naar Bijlage 1 Kaart emissiebudget waarop per terreindeel het emissiebudget is aangegeven, en naar Bijlage 2 Geluidverdeling Heesch West waarin is aangegeven hoe de geluidemissie van een bedrijf moet worden bepaald en hoe moet worden getoetst aan het emissiebudget. Het emissiebudget is conservatief vastgelegd; als dit geheel ingevuld wordt is er nog ruimte op de zonegrens. Deze ruimte kan gecontroleerd extra worden uitgegeven middels afwijkingsvergunningen op individueel bedrijfsniveau.

Tot slot is in dit hoofdstuk aangegeven welke onderliggende bestemmingsplannen en besluiten voor wat betreft dit onderdeel worden herzien of aangevuld. Dat betreft dus ook het bestemmingsplan "Heesch West", waarop de bedrijven in planologisch opzicht mogelijk worden gemaakt.

Hoofdstuk 3 Overgangs- en slotregels

In het overgangsrecht (Artikel 5 Overgangsrecht) is een regeling opgenomen voor bebouwing en gebruik dat al bestond bij het opstellen van het plan, maar dat strijdig is met de opgenomen regeling. Onder bepaalde voorwaarden mag deze strijdige bebouwing en/of strijdig gebruik worden voortgezet of gewijzigd.

In de slotregel (Artikel 6 Slotregel) is de officiële naam van het plan bepaald. Onder deze naam kan het bestemmingsplan worden aangehaald.

3.3 Geometrische plaatsbepaling

Voor het verbeelden van de geometrisch bepaalde bestemmingen is een BGT-ondergrond gebruikt. Dit bestand is opgebouwd in coördinaten in het stelsel van de Rijksdriehoeksmeting, of kortweg Rijksdriehoekscoördinaten (ook wel: RD-coördinaten). Dit zijn de coördinaten die in Nederland worden gebruikt als grondslag voor onder meer geografische aanduidingen, waarbij de exacte locatie van een gebied wordt vastgelegd. In het plan is met behulp van lijnen, coderingen en arceringen aan gronden een bepaalde bestemming toegekend; in dit geval alleen de aanduidingen 'Geluidzone - industrie' en 'Overige zone - gezoneerd industrieterrein''. Op een afdruk van de geometrische plaatsbepaling, de verbeelding, zijn de aanduidingen naast elkaar zichtbaar.

Hoofdstuk 4 Economische uitvoerbaarheid

Het Besluit ruimtelijke ordening schrijft voor dat de economische uitvoerbaarheid van een plan wordt aangetoond. Met deze thematische herziening wordt een geluidszone vanwege een industrieterrein ex artikel 40 Wgh vastgesteld, alsmede de interne geluidverdeling op het terrein. Hierbij ontstaan geen saneringssituaties. Voor een aantal woningen wordt een hogere waarde vastgesteld. Gezien het maatschappelijk belang van het realiseren van het bedrijventerrein wordt dit als acceptabel beoordeeld. Het plan is uitvoerbaar.

Het plan voorziet niet in een bouwplan als bedoeld in artikel 6.12 van de Wet ruimtelijke ordening. Het opstellen van een exploitatieplan is dan ook niet vereist en de economische uitvoerbaarheid is gewaarborgd.

Hoofdstuk 5 Maatschappelijke uitvoerbaarheid en procedure

5.1 Draagvlak

Met het vaststellen van de geluidszone is de akoestische situatie rondom Heesch West van een passende juridisch-planologische grondslag voorzien. Hiermee is sprake van een rechtszekere situatie en een situatie waarbij voor elke bestaande woning inzichtelijk is hoe hoog de geluidbelasting ter plaatse mag bedragen.

In de bestaande situatie wordt het gebied met name gebruikt voor agrarische doeleinden, met incidentele, kleinschalige bedrijvigheid. In de toekomst komt hier een bedrijventerrein waar ook ruimte wordt geboden aan 'grote lawaaimakers'. Dat er een toename is van (industrie)lawaai, is dus evident. In het akoestisch onderzoek, het MER en het bestemmingsplan Heesch West is uitgebreid aangegeven welke afwegingen er zijn gemaakt en is de conclusie getrokken dat sprake is van een aanvaardbare situatie. De hogere waarden voldoen aan de voorwaarden uit de Wet geluidhinder.

In het onderzoek uit 2019 (bij het voorontwerpbestemmingsplan) was voor 29 woningen een hogere waarde nodig als gevolg van industrielawaai van Heesch West. In het nu voorliggende onderzoek 2021 (bij het ontwerpbestemmingsplan) is dat het geval voor 22 woningen; 7 woningen minder. Dit is het gevolg van de beslissing om de mogelijkheid voor milieucategorie 5.1.-bedrijven te verkleinen.

5.2 Inspraak

Het voorontwerpbestemmingsplan van het facetplan is in juni 2019 ter inzage gelegd. De inhoudelijke regeling was ten tijde van het voorontwerp nog niet uitgewerkt en ingevuld; alleen de zone was toen aangegeven. Het voorliggende ontwerpbestemmingsplan bevat wel een inhoudelijk uitgewerkte regeling voor industrielawaai.

Gedurende de periode van de terinzagelegging kon iedereen een schriftelijke inspraakreactie indienen. Het facetplan is gelijktijdig met het voorontwerpbestemmingsplan "Heesch West" in procedure gebracht. Voor veel omwonenden zijn de plannen als één geheel beschouwd. Daardoor is het lastig om te bepalen in hoeverre specifiek opmerkingen op het voorontwerp-facetplan zijn gemaakt.

Er zijn ongeveer 1300 inspraakreacties op het voorontwerpbestemmingsplan "Heesch West" ingediend. In 39 unieke reacties wordt in de aanhef ook specifiek het voorontwerp-facetplan genoemd. Hiervan zijn er 17 ingediend in de gemeente 's-Hertogenbosch, 17 in Bernheze en 7 in Oss.

In het eindverslag inspraak, dat als bijlage bij het ontwerpbestemmingsplan "Heesch West" is gevoegd, zijn alle ingediende inspraakreacties opgenomen, ook de reacties die ook zien op het facetplan geluid. In het merendeel van die reacties is dus niet expliciet een onderscheid gemaakt tussen de twee plannen. Er zijn geen wijzigingen doorgevoerd in het facetplan geluid in de ontwerpfase, als gevolg van de inspraakreacties. Wel is de regeling ambtshalve nu veel verder uitgewerkt dan in het voorontwerp.

5.3 Vooroverleg

Conform artikel 3.1.1. van het Bro dienen burgemeester en wethouders bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg te plegen met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met de rijks- en provinciale diensten die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn.

Het voorontwerpbestemmingsplan is in juni 2019 ter inzage gelegd. Er zijn drie vooroverlegreacties ingediend, die hieronder zijn samengevat en waarbij is aangegeven of dit tot aanpassingen van het facetbestemmingsplan heeft geleid.

  • 1. Provincie Noord-Brabant, vooroverlegreactie voorontwerpbestemmingsplan "Facetplan geluidszone gezoneerd industrieterrein Heesch West', 14-08-2019: "uw voorontwerpbestemmingsplan geeft ons geen aanleiding tot het maken van opmerkingen".
    • a. Reactie: wij nemen deze vooroverlegreactie voor kennisgeving aan.
  • 2. Tennet, vooroverlegreactie voorontwerpbestemmingsplan "Facetplan geluidszone gezoneerd industrieterrein Heesch West', 11-06-2019: "Binnen de grenzen van dit plan heeft TenneT (na een eerste beoordeling) noch bovengrondse-, noch ondergrondse hoogspanningsverbindingen in beheer. Wij hebben dan ook geen opmerkingen op genoemd plan en wensen u veel succes bij de verdere uitwerking hiervan".
    • a. Reactie: wij nemen deze vooroverlegreactie voor kennisgeving aan.
  • 3. Waterschap Aa en Maas, vooroverlegreactie voorontwerpbestemmingsplan "Facetplan geluidszone gezoneerd industrieterrein Heesch West, 17-07-2019: "het facetplan geluid heeft geen effect op de waterhuishouding. Alhoewel dit praktisch geen gevolgen heeft, zou ik u wel willen verzoeken om de waterbelangen planologisch te borgen. In de verbeelding zijn namelijk de volgende waterbelangen van toepassing: beschermd gebied Keur, Grondwaterbeschermingsgebied en Reserveringsgebied waterberging. Het verzoek zou zijn om deze gebieden middels een aanduiding of dubbelbestemming in de verbeelding van het bestemmingsplan op te nemen."
    • a. Reactie: het klopt dat deze gebieden in het plangebied van het facetbestemmingsplan voorkomen, alleen het borgen ervan in het plan is niet nodig en ook niet gewenst. Het facetplan regelt alleen maar het onderdeel 'geluid' als gevolg van het industrieterrein Heesch West. Alle andere aspecten, zoals ook de waterbelangen, worden - en blijven - in de onderliggende bestemmingsplannen geborgd. Het facetplan komt als het ware als een paraplu over die andere plannen te liggen, om het onderdeel 'geluid' te regelen.

5.4 Ontwerpfase

Na afronding van de inspraak en het vooroverleg is het ontwerpbestemmingsplan opgesteld. Het ontwerpbestemmingsplan wordt gedurende zes weken ter inzage gelegd. Binnen deze termijn wordt een ieder in de gelegenheid gesteld schriftelijk en/of mondeling een zienswijze op het plan in te dienen. Van de eventueel te ontvangen zienswijzen wordt te zijner tijd in deze paragraaf verslag gedaan. De Zienswijzennota zal dan als bijlage worden toegevoegd aan de toelichting.

5.5 Vaststellingsfase

Na de termijn van terinzagelegging dient de gemeenteraad te beslissen omtrent de vaststelling van het bestemmingsplan. Tegen het besluit tot vaststelling staat, voor belanghebbenden, direct beroep open bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. Direct na de beroepstermijn treedt, indien tijdens de beroepstermijn geen verzoek om voorlopige voorziening is ingediend, het plan in werking waarna tot vergunningverlening kan worden overgegaan.