direct naar inhoud van 5.8 Archeologie
Plan: Verplaatsing LPG-opslagtank Jan Heijmanslaan
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002159-1501

5.8 Archeologie

Archeologisch is er weinig bekend over het gebied van het bestemmingsplan Hintham. Grote delen van het gebied zijn bebouwd in een periode waarin de archeologie nog weinig aandacht had. Op basis van de kennis over archeologie in vergelijkbare gebieden in de nabije omgeving en op basis van oud kaartmateriaal en historische gegevens kan een aantal zones worden aangewezen waar mogelijk belangrijke archeologische resten in de ondergrond aanwezig zijn. Of er daadwerkelijk resten in de ondergrond aanwezig zijn zal in voorkomende gevallen nader onderzocht moeten worden.

Hintham ligt op een hoge dekzandrug die loopt van het centrum van 's-Hertogenbosch richting Rosmalen. Dergelijke zandruggen waren aantrekkelijk voor bewoning en in de omgeving zijn op vergelijkbare locaties dan ook sporen terug gevonden van bewoning uit de prehistorie en de Romeinse Tijd. De aanwezigheid van de rivier de Aa ten zuiden van de zandrug maakte deze extra aantrekkelijk. Over de zandrug lag van oudsher een doorgaande weg vanuit 's-Hertogenbosch die zich hier splitste richting Rosmalen en Grave en richting Coudewater en Berlicum. Langs de weg is in de middeleeuwen het lintdorp Hintham ontstaan.

De dorpsbebouwing was verspreid over een lange strook langs de weg. Vanaf het midden van de 16de eeuw werden de meeste huizen en gebouwen die binnen het vrijdom van de stad lagen afgebroken om voldoende schootsveld te krijgen vanuit de stad en vijandelijke troepen te verhinderen zich er te verschansen. Na de 16de eeuw verschuift de kern van Hintham zich naar het oostelijk deel van het dorp, buiten het vrijdom. De huizen zijn geconcentreerd langs de doorgaande weg en bestaan voornamelijk uit boerderijen. Plaatselijk is er sprake van een meer gesloten bebouwingslint met tweelaags gebouwen. De oudste hiervan dateren uit de in ieder geval uit de 18de eeuw. In de negentiende eeuw vonden er grote veranderingen plaats in de infrastructuur rond Hintham. Tussen 1822 en 1835 werd de verharde rijksweg tussen 's-Hertogenbosch en Nijmegen (via Grave) aangelegd en in 1881 kwam de spoorlijn ten noorden van Hintham gereed.

Vanwege de strategische ligging in de nabijheid van 's-Hertogenbosch was Hintham ook van militair belang. Zo werd het dorp en de directe omgeving tijdens het beleg van de stad in 1629 onderdeel van het legerkamp van Ernst Casimir en de aanvalslinies rond de stad. Van de oorspronkelijke omwalling en omgrachting van deze versterking is niets meer herkenbaar. Archeologisch gezien zal plaatselijk nog wel wat over zijn. Er zijn slechts een beperkt aantal onbebouwde locaties waar nog iets van deze stelling en het legerkamp te vinden zal zijn.

Op grond van de hierboven beschreven bewoningsgeschiedenis kunnen meerdere zones worden onderscheiden met een verschillende mate van archeologische verwachting.

  • De zone van het oudste bebouwingslint van Hintham waar resten verwacht kunnen worden van huizen en boerderijen die terug gaan tot de Late Middeleeuwen. Op sommige plaatsen kunnen de resten hiervan op vrij geringe diepte in de bodem worden aangetroffen.
  • De zone waar in de 17de en 19de eeuw een legerkamp, vestingwerken en linies hebben gelegen. Vaak zijn resten hiervan moeilijk terug te vinden, maar aangezien er archeologisch weinig over bekend is dient er wel zorgvuldig mee omgesprongen te worden.
  • De zone waar een hoge zandrug is gelegen en een zone in het stroomdal van de Aa. Hier zijn bewoningssporen te verwachten uit de prehistorie, Romeinse Tijd en Middeleeuwen. Ondanks bebouwing in de 20ste eeuw kunnen onder recent verstoorde bovengrond resten verwacht worden. Hier zal nader onderzoek de mate van verstoring moeten uitwijzen.
  • De relatief laag gelegen zone buiten de bovengenoemde gebieden. Deze zones waren over het algemeen te nat om aantrekkelijk te zijn voor bewoning. Hier is de kans op archeologische resten gering en onderzoek zal ook niet noodzakelijk zijn.

In het bestemmingsplan zijn twee zones opgenomen om archeologische (verwachtings)waarden te beschermen. Hierop wordt in hoofdstuk 7 nader ingegaan.