direct naar inhoud van Artikel 9 Groen
Plan: Empel
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002142-1401

Artikel 9 Groen

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groen en groenvoorzieningen;
  • b. (bruggen ten behoeve van) fiets- en voetpaden;
  • c. sport- en speelvoorzieningen, waaronder wijkspeelplaatsen;
  • d. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'kinderboerderij' tevens voor dierenverblijven en dierenweide;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'jongerenontmoetingsplek' tevens een jongerenontmoetingsplek en sport- en speelvoorzieningen;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting' tevens een ontsluiting van de aangrenzende woningen en maatschappelijke voorzieningen, waaronder een kinderdagverblijf/kinderboerderij;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - balkon' tevens balkons van de aangrenzende woningen;
  • i. aan de hoofdfunctie ondergeschikte voorzieningen, zoals openbare verblijfsvoorzieningen, verkeersvoorzieningen en nutsvoorzieningen.
9.2 Bouwregels
9.2.1 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen gebouwen ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de oppervlakte van een gebouw mag niet meer bedragen dan 30 m²;
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 3 meter.
9.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan 5 meter;
  • b. de bouwhoogte van kunstobjecten en bouwwerken ten behoeve van verlichting, geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mag, in afwijking van het bepaalde onder a, niet meer bedragen dan 10 meter.
9.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.