direct naar inhoud van 2.1 Historische ontwikkeling
Plan: Rosmalen Centrum
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002141-1501

2.1 Historische ontwikkeling

'Een groot dorp, liggende ten Noord-oosten van 's-Hertogenbosch, komt reeds ten jaare van 815 voor, in een diploma van de abtdij van Laurisham, nu Lorsch, gelegen in Duitsland aan de Rhijn, bij het bisdom van Worms, onder de naam Rosmalln en Rosmella, toen er reeds aldaar goederen aan gemelde Abtdij werden geschonken.

Dit dorp, waar de huizen zeer verspreid liggen, dan alleen bij de Kerk, is niet fraaij, en de grond is er zeer zandig, echter ligt het zeer laag, waardoor het 's-winters dikwijls door het water over-stroomt word; waarvan het volgende vaarsjen herkomstig is: Rosmaalen is een ellendig land, 's winters in 't water en zomers in het zand.'

Bron: De Stad en Meierij -A.C. Brock- Circa 1825

Vanaf de 13e eeuw tot de 20e eeuw was Rosmalen een agrarisch gehucht met een verzameling van enkele boerderijen op de overgang van de droge zandgronden naar de natte komgronden. De oorsprong van Rosmalen ligt op de hoge dekzandrug. Ten zuiden hiervan ligt een lager gelegen en vochtigere dekzandvlakte. Vanuit het landschap is de oorspronkelijk sterk oost-west gerichte opbouw van Rosmalen typerend. Het centrum van Rosmalen is ontstaan op de plek van het voormalig buurtschap Kerkenhoek, dat via een fijnmazige structuur van wegen en paden was verbonden met andere buurtschappen in de omgeving zoals, Molenhoek, Hintham en Bruggen. Dit stelsel van linten is een belangrijke historische cultuurdrager van Rosmalen. Aan het eind van de 13e eeuw werd de Sint-Lambertuskerk gebouwd. Hieromheen bestond ook enige niet-agrarische bebouwing zoals bedrijfjes en een herberg.

Op de eerste kadastrale kaart van omstreeks 1825 van dit gebied zijn enkele wegen weergegeven waarvan het tracé nagenoeg onveranderd is gebleven. Dit betreft de Dorpstraat, Molenstraat, Weidestraat, Schoolstraat en Burgemeester Nieuwenhuijzenstraat. In de negentiende eeuw stond dit gebied bekend onder de naam Kerkenhoek. Het had voornamelijk een agrarisch karakter. De bebouwing, veelal boerderijen, lagen verspreid over het land. Langs de Dorpstraat is sprake van een beperkte concentratie van panden in de vorm van lintbebouwing. Hier, in het centrum van het dorp, liggen onder meer het dorpshuis en de laatgotische kerk. Opvallend is dat een pand dat aangeduid wordt als zijnde pastorie, vrij afgezonderd van de overige bebouwing midden in de velden ligt. Het betreffende gebouw is, na eerst in gebruik te zijn geweest als protestantse predikantenwoning, in 1818 is overgedragen aan de katholieke pastoor. Vanaf 1823 werd de Lambertuskerk weer in gebruik genomen als R.K. parochiekerk.

Nabij het huidige kruispunt Dorpsstraat/Burgemeester Nieuwenhuizenstraat is op de negentiende-eeuwse kaart het gereformeerd godshuis met pastorie afgebeeld. De percelering in het gebied is zowel qua vorm als omvang onregelmatig.

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002141-1501_0004.jpg"

Detail kadasterkaart Rosmalen sectie F blad 1. Aan de Dorpstraat is bebouwing in de vorm van een lint waarneembaar.

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002141-1501_0005.jpg"

Historische kaart 1890

Lange tijd zou Rosmalen zijn landelijke karakter weten te bewaren. Voornamelijk natuurlijke omstandigheden (overstromingen, droogten, stormen) hebben ertoe geleid dat Rosmalen niet erg snel groeide. Pas na de Tweede Wereldoorlog kwam daarin verandering. Toch waren er in de eerste helft van de twintigste eeuw al plannen gemaakt voor de uitbreiding van het centrum rond de Dorpsstraat.

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002141-1501_0006.jpg"

Het uitbreidingsplan van ir. C.G. Geenen van maart 1950. Het was een eerste opzet die later werd aangepast.

De eerste plannen daartoe dateren van 1932, echter door de crisis van de jaren dertig stagneerden deze. Een aantal jaren later, in 1936, werden de plannen verder uitgewerkt door ingenieursbureau 'Het Oversticht' uit Deventer. Maar ook toen werden ze niet verwezenlijkt vanwege het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Rond 1950 kwamen de voor-oorlogse ideeën weer op tafel en kreeg de Eindhovense stedenbouwkundige ir. C.G. Geenen van de gemeente Rosmalen opdracht met een nieuw uitbreidingsplan te komen. Uit de tekening die bij zijn voorstel hoort, blijkt dat tot dan toe de bebouwing en het aantal wegen in het centrum nog zeer bescheiden van omvang zijn.

Vanaf het midden van de jaren zeventig van de twintigste eeuw stelde het gemeentebestuur zich ten doel de verbetering en verdere ontwikkeling van Rosmalen ter hand te nemen. Een van de redenen was dat destijds een studie had uitgewezen dat Rosmalen een onevenwichtig voorzieningenpakket had ten opzichte van andere winkelvoorzieningen in de regio. Behalve dat er nieuwbouw in het centrum plaatsvond zouden in de loop der tijd verschillende plannen voor nieuwbouwwijken het licht zien. De meest opvallende –en controversiële- wijziging van de dorpskern bestond uit het bebouwen van het Marktveld tussen Lambertuskerk en pastorie en de vestiging van een winkelcentrum naast kerk en kerkhof.

Het centrum van Rosmalen heeft zich ontwikkeld tussen twee, historisch gezien, belangrijke kruispunten:

  • het kruispunt Dorpsstraat met de Nieuwstraat: hier zijn de kerk en de begraafplaats gesitueerd;
  • het kruispunt Dorpsstraat met de Burgemeester van Nieuwenhuijzenstraat: hier was oorspronkelijk het marktveld gelegen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002141-1501_0007.png"

Linten

De Dorpsstraat vormt van oorsprong de belangrijkste route in noord-zuid richting tussen enerzijds de Maas en anderzijds Berlicum en Vinkel. Zij vormen de structuurdragers van Rosmalen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0796.0002141-1501_0008.png"

Dorpsstraat in 1900 en in 1990