direct naar inhoud van Hoofdstuk 7 Waterparagraaf
Plan: Hoogwater 's-Hertogenbosch
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0796.0002125-1401

Hoofdstuk 7 Waterparagraaf

Watertoetsproces en wateradvies

Het Rijk heeft voor ruimtelijke plannen de opstelling van een waterparagraaf verplicht gesteld. Hierin wordt verwoord hoe binnen het plan met waterbelangen rekening wordt gehouden als ruimtelijke functie. Het waterschap heeft dan ook de rol van adviseur bij het opstellen van ruimtelijke plannen, waar de gemeenten het bevoegd gezag zijn in het kader van de Wet ruimtelijke ordening.

Het waterschap is initiatiefnemer en trekker van het project HOWABO en daarnaast initiatiefnemer van het Projectplan (conform Waterwet) voor de inrichting HOWABO. Het bestemmingsplan is in nauw overleg met het waterschap Aa en Maas tot stand gekomen. Daarmee is het watertoetsproces voor dit plan doorlopen.

Waterbeleid en -regelgeving

Het waterbeleid is vastgelegd in het Provinciaal Waterplan (2010-2015), het Waterbeheerplan 2010-2015 van het waterschap en in de Brabantse Reconstructieplannen (in dit geval het Reconstructieplan Maas en Meierij). In het Provinciaal Waterplan is het waterbeleid uitgewerkt (o.a. voor wat betreft het diepere grondwaterbeheer). Ruimtelijke doorwerking van dit plan vindt plaats in de provinciale Verordening Ruimte. In het Waterbeheerplan is het waterbeleid van het waterschap binnen het betrokken stroomgebied opgenomen. Genoemd beleid is verwerkt in het bestemmingsplan. Verder vormt bestaande regelgeving van provincie en waterschap, zoals vigerende water- en milieuverordeningen, de Keur en het nog op te stellen peilbesluit een separaat toetsingskader.

Keur

De Keur van het waterschap bevat onder andere bepalingen ten behoeve van de bescherming en het beheer en onderhoud van watergangen en oppervlaktewater, maar ook van de waterkeringen. In het plan worden geen bepalingen opgenomen die dubbelop zijn, dan wel indruisen tegen deze regelgeving. Normale waterstaatskundige werkzaamheden zijn uitgesloten van een omgevingsvergunningplicht.

Peilbesluit

Voor het gebied 'Koningsvliet' is in de provinciale Waterverordening opgenomen dat er een peilbesluit (regulier peilbeheer) genomen zal moeten worden door het waterschap. HOWABO valt binnen dit gebied. De inzet van HOWABO heeft naar verwachting geen relatie met het reguliere peilbeheer. Dit is voor de natte natuur in het gebied wel het geval. De benodigde grondwaterstanden voor de natte natuur binnen het plangebied van het bestemmingsplan zullen als één van de randvoorwaarden worden meegenomen in het opstellen van het peilbesluit 'Koningsvliet'.

Uitgangspunten watertoets

Om aan het watertoetsproces inhoud te geven hanteert het waterschap de "uitgangspunten watertoets" (november 2007):

  • 1. Wateroverlast vrij bestemmen
  • 2. Vuil water en hemelwater scheiden
  • 3. Doorlopen van de afwegingsstappen: "hergebruik - infiltratie - buffering -afvoer"
  • 4. Hydrologisch neutraal ontwikkelen
  • 5. Water als kans
  • 6. Meervoudig ruimtegebruik
  • 7. Voorkomen van vervuiling
  • 8. Waterschapsbelangen

Het bestemmingsplan Hoogwater 's-Hertogenbosch geeft invulling aan bovenstaande uitgangspunten. Ook is dit grotendeels al in het MER gebeurd en gemotiveerd. Met betrekking tot het uitgangspunt 'waterschapsbelangen' is naast de HOWABO-doelstellingen een aantal zaken in het bestemmingsplan geregeld:

  • Rioolwatertransportleidingen: Hiervoor geldt een zakelijk recht strook van 3,5 m aan gemeten vanuit het hart van de leiding. Deze is opgenomen op de plankaart.
  • Leggerwaterlopen: De leggerwaterlopen in het plangebied worden bestemd als 'water' op de plankaart. De zones van 5 m aan weerszijden van een leggerwatergang zijn obstakelvrije zones om het onderhoud aan de watergang te kunnen waarborgen. Het aanbrengen van obstakels in de keurzone is watervergunningplichtig. Slechts in beperkte gevallen kan een watervergunning worden verleend.

Met betrekking tot het uitgangspunt 'Hydrologisch neutraal ontwikkelen' geldt het volgende:

  • Voor nieuw verhard oppervlak geldt dat als er sprake is van afvoer naar een nabijgelegen leggerwatergang / overig oppervlaktewater, deze alleen vertraagd mag plaatsvinden. Hierbij mag de afvoernorm (afvoercoëfficiënt) die voor de locatie geldt niet worden overschreden om overbelasting van het watersysteem te voorkomen. In het plangebied geldt grotendeels een afvoernorm van 0,33 l/s/ha. De waterafvoer vanuit de bergingsvoorziening mag deze norm niet overschrijden. Het water uit een bergingsvoorziening kan via een uitstroomvoorziening (bijvoorbeeld een pijp) vertraagd worden afgevoerd naar oppervlaktewater. Dit betekent dat voor elke 100 m2 nieuwe verharding 7 m3 compenserende waterberging gerealiseerd dient te worden. Voor een uitstroomvoorziening (van een verhard oppervlak groter dan 2000 m2) en het graven van een oppervlaktewater (bergingsvoorziening die contact maakt met het grondwater) dient een watervergunning te worden aangevraagd bij het waterschap.

Waterberging in het kader van HOWABO

Hieronder wordt kort ingegaan op waterberging in het kader van HOWABO. In hoofdstuk 5 wordt hier uitgebreid bij stilgestaan.

De taakstelling ten behoeve van het MER is om het beschermingsniveau te verhogen. Dit betekent dat 's-Hertogenbosch beschermd is voor een hoogwatersituatie vanuit het regionale watersysteem met een kans van eens per 150 jaar. Deze taakstelling wordt gerealiseerd doordat in het totale HOWABO-gebied een bergingsvolume wordt mogelijk gemaakt van 4,5 miljoen m3.

Informatie voortkomend uit het Projectplan HOWABO conform de Waterwet

Functioneren waterberging

Bij ingebruikname van het waterbergingsgebied wordt het water vanuit het Drongelenskanaal - via een regelbaar inlaatkunstwerk - in een deel van de Vughtse Gement en - via een onderdoorgang (sifon) onder de A59 - ook in het Engelermeer geborgen. Zodra berging niet meer nodig is, wordt het water terug gepompt op het Drongelenskanaal via het inlaatkunstwerk. Ook verlaat het water het bergingsgebied via de Bossche sloot en het Engelermeer. Het gemaal Groenendaal loost het water op de Maas.

Infrastructurele veranderingen

In het waterbergingsgebied zijn doorgaande watergangen aanwezig. In deze watergangen zijn aanpassingen noodzakelijk om bij overstroming te voorkomen dat het water via deze watergangen naar andere gebieden stroomt. Deze aanpassingen bestaan vooral uit afsluitbare duikers. Daarnaast dient - tijdens een overstroming - de afwatering van de gebieden buiten de waterberging in stand te worden gehouden. Dit gebeurt met enkele mobiele noodgemalen die overtollig water over de kade in het retentiebekken pompen.

Specifieke informatie betreffende de gemeente 's-Hertogenbosch:

Via een inlaatkunstwerk wordt het water vanuit het Drongelenskanaal het waterbergingsgebied ingelaten. Het inlaatkunstwerk bevindt zich in de kade van dit afwateringskanaal in de uiterste oosthoek van deelgebied Vughtse Gement.

In het Engelermeer is ruimte voor berging van circa 1,65 miljoen m3 water. De hogere gronden rondom het meer dienen hier als waterkering. Deze 'natuurlijke' kade laat overstroming toe tot een niveau van 2,90 m+NAP. Wegen zijn zodanig bestemd dat deze niet verlaagd kunnen worden. Het agrarisch bedrijf dat in het Engelermeergebied ligt, behoort niet tot het waterbergingsgebied.