Plan: | Pastorie Rodenborchweg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0796.0002063-1501 |
Met de invoering van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg (WAMZ) d.d. 1 september 2007 behoren nieuwe bestemmingsplannen te omschrijven hoe omgegaan dient te worden met de bekende en de te verwachte archeologische waarden in het bestemmingsplangebied. Hieronder volgt een korte schets van de samenstelling en aard van de archeologische waarden. Vervolgens wordt een overzicht geboden van de randvoorwaarden die het gemeentelijke archeologische monumentenzorgbeleid stelt aan bodemingrepen in het bestemmingsplangebied.
In 2007 is de archeologische verwachtingskaart voor de gemeente 's-Hertogenbosch opgesteld (het deel buiten de middeleeuwse stadskern). Deze kaart vormt de basis voor het archeologiebeleid van de gemeente. Op de van deze kaart afgeleide beleidskaart staan gebieden aangeven met respectievelijk lage, middelhoge en hoge verwachting. Tevens staan hier de gewaardeerde gebieden en archeologische monumenten op.
De locatie, van de nieuwe bebouwing tussen de Lambertuskerk en Rodenborchweg 4/6 thans parkeerterrein, bevindt zich in de oude dorpskern van Rosmalen. Het terrein bevindt zich op de noordelijke begrenzing van de oost-west verlopende dekzandrug die zich van Oss naar 's-Hertogenbosch uitstrekt. Door middel van archeologisch onderzoek en waarnemingen is in het verleden aangetoond dat deze dekzandrug vanaf de IJzertijd tot in de late Middeleeuwen intensief bewoond is geweest.
In 1996 is door het bureau RAAP een archeologische inventarisatie verricht voor de Vinex-lokatie de Groote Wielen en de uitbreiding van Empel. Deze inventarisatie heeft geleid tot diverse opgravingen (onderzoek Annenborchweg) binnen dit gebied en heeft aangetoond dat de noordelijke rand van deze dekzandrug zeer intensief bewoond is geweest.
Op basis van eerder verricht archeologisch onderzoek op het aangrenzende perceel (onderzoek Rodenborchweg 6) in 1999 zijn gefundeerde uitspraken te doen over de verwachting op het thans te ontwikkelen parkeerterrein. Met de nieuwbouw zal, het mogelijk aanwezige, bodemarchief totaal verdwijnen aangezien ter plaatse tot ca. 1 meter beneden maaiveld ontgraven zal worden.
Op ca. 750 meter van het plangebied heeft het onderzoek aan de Annenborchweg sporen van bewoning uit de Midden Bronstijd en Vroege - of Midden IJzertijd opgeleverd. De sporen bevinden zich op de overgang van de hogere dekzandrug naar het lagere uiterwaarden gebied dat onder directe invloed van de Maas stond. Uit beide perioden zijn paalsporen van spiekers, opslaggebouwtjes voor vermoedelijk het bewaren van graan, aangetroffen. Van de bijbehorende boerderijen zijn wel paalsporen en kuilen aangetroffen maar deze waren onvoldoende bewaard om volledige plattegronden te kunnen reconstrueren.
Het onderzoek aan de Rodenborchweg (direct aangrenzend aan het plangebied) leverde bewoningssporen uit de IJzertijd en uit de 9de-13de eeuw op. De sporen betreffen paalsporen van boerderijen en de bijbehorende waterputten. Op basis van deze onderzoeken is met vrij grote zekerheid te zeggen dat op het te ontwikkelen terrein bewoning moet zijn geweest. De vraag is echter of de sporen nu nog aanwezig zijn of dat deze door latere activiteiten verstoord zijn.
In 2008 is in opdracht van de gemeente 's-Hertogenbosch een archeologische verwachtingskaart gemaakt. Op basis van deze kaart is thans een beleidsnota in voorbereiding die naar verwachting in eind 2009 zal worden vastgesteld.
Het terrein valt op de archeologische verwachtingskaart in de categorie hoge verwachting. Aangezien het een niet opgehoogd terrein binnen een oude dorpskern betreft valt deze op de archeologische beleidskaart in de categorie 4E: Terreinen binnen de oude kernen van de dorpen met een hoge verwachting op het aantreffen van resten van vroegere dorpsbewoning.
Terreinen met een hoge of middelhoge archeologische verwachting zonder recente ophogingspakketten.
Categorie 4E:
Op basis van het bovengenoemde beeld is een waarderend onderzoek door middel van proefsleuven over de bouwlocatie benodigd. Het doel van het onderzoek is om vast te stellen of de natuurlijke bodemopbouw nog aanwezig is en zo ja of er nog archeologische waarden (bewoningssporen) aanwezig zijn.
Op basis van de resultaten van dit vooronderzoek kunnen in de bouwvergunning voorwaarden opgenomen worden voor een definitief archeologisch onderzoek voorafgaand aan de nieuwbouw.
De kosten van de onderzoeken zijn conform de nieuwe wetgeving (WAMZ) voor de initiatiefnemer van het plan.