2.2 Provinciaal beleid
Structuurvisie Ruimtelijke Ordening Noord-Brabant (2011)
Op 1 januari 2011 is de Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant in werking getreden (vastgesteld door Provinciale Staten op 1 oktober 2010). De provincie wil minder vervoer van gevaarlijke stoffen over de weg en het spoor, en geeft de voorkeur aan vervoer per buis of over het water. Vanuit het oogpunt van veiligheid draagt dit bij aan een beperking van het vervoer van gevaarlijke stoffen door bestaand stedelijk gebied. Het buisleidingennetwerk dient te voldoen aan de eisen van veiligheid. Een veilig buisleidingennetwerk is van belang voor de economische ontwikkeling van de provincie.
Verordening Ruimte (2011)
In de Structuurvisie Ruimtelijke Ordening (SRO) wordt het provinciale beleid van de provincie Noord-Brabant beschreven. De onderdelen van het beleid waaraan de provincie groot belang hecht zijn vastgelegd in de Verordening Ruimte (VR). Deze verordening is op 1 maart 2011 in werking getreden.
In zijn algemeenheid kunnen de volgende onderdelen uit de VR relevant zijn voor de aanleg van gasleidingen:
- de ecologische hoofdstructuur (EHS): doel is het behoud herstel en de duurzame ontwikkeling van de ecologisch waarden van de aangewezen gebieden;
- de groenblauwe mantel: de groenblauwe mantel vormt een buffer ten opzichte van de EHS en is opgebouwd uit de volgende deelgebieden:
-
1. gebieden die vanuit het bodem- of watersysteem essentieel zijn voor het behoud van de ontwikkeling van natuurwaarden van Noord-Brabant en/of;
-
2. van belang zijn voor het opvangen van omgevings- en klimaatinvloeden op de EHS en/of;
-
3. zelf hoge actuele of potentiƫle natuurwaarden hebben en/of;
-
4. van belang zijn voor de geleding tussen steden, de groenblauwe verbinding en dooradering van het stedelijk netwerk en het agrarische cultuurlandschap;
- het agrarisch gebied: het gebied waar een gemengde plattelandseconomie wordt nagestreefd;
- ecologische verbindingszones: doel is de verwezenlijking, het behoud en beheer van de ecologische verbindingszones;
- zoekgebieden voor behoud en herstel watersystemen: waterlopen die in aanmerking komen voor herstel van het oorspronkelijke watersysteem;
- de attentiegebieden EHS: doel is het voorkomen van ingrepen die een negatieve invloed hebben op de natte natuurgebieden;
- regionale waterberging: doel is het voorkomen van ingrepen die een negatieve invloed hebben op het waterbergend vermogen;
- reserveringsgebied voor waterberging: gebied dat mogelijk in de toekomst noodzakelijk is om wateroverlast uit regionale watersystemen tegen te gaan;
- waterwingebied, 25-jaarszone kwetsbaar en boringvrije zone: doel is de instandhouding van de openbare drinkwatervoorziening; voor ontwikkelingen binnen de 25 jaarszone kwetsbaar moet uit een verantwoording blijken dat de risico's voor de kwaliteit van het grondwater geheel of nagenoeg geheel gelijk blijven; ontwikkelingen in de boringvrije zone mogen de beschermende kleilaag in de bodem niet aantasten.
Voor de aanleg van de gasleiding zijn de volgende elementen uit de VR van toepassing:
- de ecologische hoofdstructuur (EHS): het bosgebieden en militaire terreinen;
Figuur 2.1. EHS (groen) zoals opgenomen in de VR (fragment ruimtelijkeplannen.nl)
- waterwingebied, 25-jaarszone kwetsbaar en boringvrije zone van waterwingebied Dorst.
Figuur 2.2. Waterwinning (oranje), 25-jaarszone kwetsbaar (roze) en boringvrije zone (lila) zoals opgenomen in de VR (fragment ruimtelijkeplannen.nl)